Burgerlijk recht 1
Hoofdstuk 1
In het verbintenissenrecht staat de rechtsrelatie tussen personen
onderling centraal. Deze relatie heet dan verbintenis.
In het goederenrecht staat de rechtsrelatie tussen persoon en een goed
centraal.
Het verbintenissenrecht en het goederenrecht vormen samen het
vermogensrecht. Het regelt verhoudingen die op geld waardeerbaar zijn
tussen burgers onderling.
Vermogensrecht vormt samen met personenrecht het privaatrecht.
Een natuurlijk persoon is een mens van vlees en bloed. Een rechtspersoon
staat volgens de wet gelijk aan een natuurlijk persoon. Bedrijven,
stichtingen, verenigen en gemeentes zijn voorbeelden van
rechtspersonen.
Rechtsrelaties worden ook wel rechtsverhoudingen genoemd.
Verbintenis: Een rechtsrelatie tussen twee personen, waarbij de ene partij
verplicht is om een prestatie te leveren, terwijl de andere partij hier recht
op heeft.
Degene die moet presteren wordt schuldenaar genoemd. Degene die recht
heeft op de prestatie is schuldeiser.
Een rechtsfeit is een feit dat een rechtsgevolg heeft. Gewone feiten
hebben geen rechtsgevolg.
Rechtsfeiten kunnen worden onderverdeeld in rechtens relevante
handelingen en blote rechtsfeiten.
Blote rechtsfeiten zijn geen handelingen, maar hebben toch een
rechtsgevolg. Denk hierbij aan geboren worden en tijdverstrijking. Een
rechtens relevante handeling is een handeling met rechtsgevolg.
Rechtens relevante handelingen kunnen worden onderverdeeld in
rechtshandelingen en feitelijke handelingen.
Feitelijke handelingen zijn handelingen die wel rechtsgevolg hebben, maar
die niet op dat gevolg gericht waren. Een rechtshandeling is ook een
handeling, maar deze is gericht op een rechtgevolg. Wilsuitsluiting is
nodig; handelende persoon laat duidelijk blijken dat hij bedoeling heeft het
rechtsgevolg tot stand te brengen. De bedoeling, ook wel het oogmerk
genoemd, van de handelende persoon speelt een doorslaggevende rol.
Rechtshandelingen kunnen worden onderverdeeld in eenzijdige
rechtshandelingen en meerzijdige rechtshandelingen.
,Bij eenzijdige rechtshandelingen wordt het rechtsgevolg tot stand
gebracht door één persoon, zonder dat de medewerking van een ander
persoon nodig is. Voor een meerzijdige rechtshandeling is het noodzakelijk
dat twee personen of meer een bepaald rechtsgevolg tot stand willen
brengen.
Eenzijdige rechtshandelingen kunnen worden onderverdeeld in
persoonsgerichte en niet-persoonsgerichte eenzijdige rechtshandelingen.
Persoonsgerichte rechtshandelingen worden verricht door een van beide
partijen en zijn gericht tot de andere partij. Een niet-persoonsgerichte
rechtshandeling wordt ook wel een ongerichte rechtshandeling genoemd.
Dit is een handeling die door één partij wordt verricht, maar die niet tot
een specifiek persoon is gericht.
Meerzijdige rechtshandelingen kunnen worden onderverdeeld in
overeenkomsten en andere meerzijdige rechtshandelingen. Er zijn
verschillende soorten overeenkomsten.
‘Een meerzijdige rechtshandeling, waarbij een of meer partijen jegens een
of meer andere een verbintenis aangaan.’ – Art. 6:213 lid 1 BW.
Overeenkomsten kunnen worden onderverdeeld in verbintenis
scheppende overeenkomsten en andere overeenkomsten.
Bij een verbintenis scheppende overeenkomst ontstaan er een of
meerdere verbintenissen tussen partijen. Dit type overeenkomst wordt
ook wel een obligatoire overeenkomst genoemd. Voorbeelden hiervan zijn
de arbeidsovereenkomst en schenkingsovereenkomst.
Verbintenis scheppende overeenkomsten kunnen worden onderverdeeld in
eenzijdige overeenkomsten en meerzijdige overeenkomsten.
Een eenzijdige overeenkomst schept slechts voor een van beide partijen
een verplichting. Bij een meerzijdige overeenkomst hebben beide partijen
verplichtingen jegens elkaar. Dit wordt ook wel een wederkerige
overeenkomst genoemd. Een voorbeeld hiervan is de huurovereenkomst.
Hoofdstuk 2
Handelingsbekwaamheid;
,‘Iedere natuurlijke persoon is bekwaam tot het verrichten van
rechtshandelingen, voor zover de wet niet anders bepaalt.’ – Art 3:32 lid 1
BW.
Ieder natuurlijk persoon is dus in principe bekwaam. Wel staat in de wet in
welke gevallen iemand handelingsonbekwaam is. Dit is het geval bij
minderjarige die geen toestemming krijgen van hun ouders om een
rechtshandeling te verrichten.
Een meerderjarige kan handelingsonbekwaam zijn wanneer deze door de
rechter onder curatele gesteld is. Een curator mag dan voor deze persoon
beslissen. Een curator is een persoon die belast is met het toezicht op de
onder curatele gestelde.
Het curatele register is een openbaar register dat kan worden
geraadpleegd via www.rechtspraak.nl. Iedereen kan via dit register
nagaan of de persoon met wie hij bijvoorbeeld een overeenkomst wil
sluiten bekwaam is om zelfstandig rechtshandelingen te verrichten.
Beschikkingsbevoegdheid wil zeggen dat een eigenaar van een zaak is
bevoegd om over zijn zaak te beschikken. Deze zaak mag hij dan ook aan
een ander verkopen of schenken als hij dat wil. De bevoegdheid kan dus
gedefinieerd worden als het recht om te vervreemden.
Wilsverklaring: Verklaring waarmee op een bepaald rechtsgevolg gerichte
wil wordt geopenbaard. De verklaring kan zowel mondeling als schriftelijk
worden gedaan.
De wilsverklaring kan ook stilzwijgend plaatsvinden. Deze wilsverklaring
uit zich dan door een bepaalde handeling of door bepaald gedrag.
Tot slot is het ook mogelijk dat de wil van de handelende persoon blijkt uit
het feit dat hij zich meegaand opstelt zonder dit uitdrukkelijk te verklaren.
Een wilsverklaring moet altijd gericht zijn tot een persoon. Wanneer de
wilsverklaring de persoon tot wie zij is gericht niet (tijdig) bereikt door
toedoen van de persoon zelf, dan heeft deze wilsverklaring wel werking.
Een verklaring die tot een persoon is gericht kan worden ingetrokken tot
het moment dat deze de betreffende persoon heeft bereikt. Daarna is dit
niet meer mogelijk.
Een persoon die tijdelijk of blijvend aan een geestelijke stoornis lijdt, kan
in beginsel wel een verklaring doen. Wanneer de wil ontbreekt geldt dit
alleen niet als rechtshandeling. De wil ontbreekt wanneer de geestelijke
stoornis van de handelende persoon hem belemmert in een redelijke
waardering van zijn eigen belangen. De wil ontbreekt ook als de
rechtshandeling nadelig is voor de geestelijk gestoorde.
Vertrouwensbeginsel:
Er is een verklaring gedaan richting een persoon.
, Deze persoon heeft een bepaalde betekenis gegeven aan die
verklaring.
Gelet op de omstandigheden mocht deze persoon die betekenis daar
redelijkerwijs aan toekennen.
=
Er kan geen beroep worden gedaan op het ontbreken van een met
de verklaring overeenstemmende wil.
De ontvanger mag er redelijkerwijs vanuit gaan dat de verklarende
persoon een bepaalde bedoeling heeft met zijn verklaring. De ontvanger
moet te goeder trouw zijn.
Goede trouw: Niet weten en niet hoeven weten dat feiten of het recht
waarop de goede trouw betrekking heeft, niet juist zijn.
Derden bescherming: Degene die een verklaring of gedraging heeft
gedaan kan zich niet op de onjuistheid van die veronderstelling beroepen
tegenover een derde, die op grond van die verklaring of gedraging het
ontstaan, bestaan of tenietgaan van een bepaalde rechtsbetrekking heeft
aangenomen en in redelijk vertrouwen op de juistheid van die
veronderstelling heeft gehandeld.
In dit geval doen twee anderen alsof er sprake is van een bepaalde
rechtsbetrekking, terwijl dit niet het geval is.
Een rechtshandeling kan onder een tijdsbepaling of onder een bepaalde
voorwaarde worden verricht. Dit is een voorwaardelijke rechtshandeling.
Tijdsbepalingen en voorwaarden kunnen zowel opschortend als
ontbindend zijn; beide zijn afhankelijk van een toekomstige gebeurtenis.
Ook treedt het rechtsgevolg pas in werking op het moment dat de
gebeurtenis plaatsvindt. Er is sprake van een
opschortende tijdbepaling/voorwaarde wanneer het rechtsgevolg pas in
werking treedt met het plaatsvinden van een bepaalde gebeurtenis.
Een ontbindende tijdsbepaling/voorwaarde zorgt ervoor dat het
rechtsgevolg vervalt op het moment dat de gebeurtenis plaatsvindt.
Het is mogelijk dat een persoon rechtshandelingen uitvoert namens een
ander. Dit heet vertegenwoordiging.
Wanneer een ouder voor zijn of haar minderjarige kind een
rechtshandeling uitvoert is er sprake van wettelijke vertegenwoordiging.
Dit geldt ook voor handeling van een curator voor een onder curatele
gestelde.
Volmacht: Bevoegdheid die een volmachtgever verleent aan een
gevolmachtigde om in zijn naam rechtshandelingen te verrichten. Het
verlenen van een volmacht is op zichzelf ook een rechtshandeling; het
rechtsgevolg is dat de gevolmachtigde bevoegd is om de volmachtgever
te vertegenwoordigen.
De wijze waarop volmacht verlening plaatsvindt is vormvrij. Deze kan
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller HBOrechtenstudent. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.36. You're not tied to anything after your purchase.