100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Medische & Verpleegkundige Kennis (VPK-VPMK3.1.V021) $5.96   Add to cart

Summary

Samenvatting Medische & Verpleegkundige Kennis (VPK-VPMK3.1.V021)

 8 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

In dit document heb ik bijna alle leerdoelen samengevat door middel van de verplichte literatuur. Ook staan mijn voorbereidingsopdrachten en de aantekeningen van de lessen erin.

Preview 4 out of 85  pages

  • October 26, 2021
  • 85
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
MK&VPK 3.1
Week 1
Medische kennis
Uitleggen hoe het proces van bevruchting plaatsvindt.
Bij de bevruchting versmelten 2 haploïde gameten (elk 23 chromosomen) met elkaar, hierdoor
ontstaat een bevruchte eicel (zygote) met 46 chromosomen.
Spermacellen bijdragen alleen de mannelijke chromosomen. De vrouwelijke gameet, een secundaire
oöcyt, alle celorganen, voedingsstoffen en de genetische programmering om de ontwikkeling van ht
embryo te ondersteunen.

Meestal vindt de bevruchting binnen een dag na de ovulatie plaats in het bovenste derde gedeelte
van het oviduct.

Zodra de membranen van eicel en spermacel met elkaar in contact zijn, beginnen ze te versmelten,
waarmee de activering van de eicel in gang wordt gezet. Hierdoor dringt de gehele spermacel het
cytoplasma van de eicel binnen.

Polyspermie: bevruchting door meer dan 1 spermacel.
Amfimixis: het versmelten van de mannelijke en de vrouwelijke pronucleus met elkaar

Benoemen hoe in het eerste trimester de vroegste delingen, innestelingen en placentatie
plaatsvinden.
Gestatie: de periode waarin de prenatale ontwikkeling plaatsvindt (zwangerschap).

De prenatale ontwikkeling wort meestal in 3 trimesters ingedeeld, die elk 3 maanden duren:
1. Het eerste trimester
a. Embryonale en vroege foetale ontwikkeling
b. Ontstaan alle belangrijke orgaanstelsel
2. Het tweede trimester
a. Ontwikkeling van organen en orgaanstelsels
b. Lichaamsverhoudingen foetus veranderd
c. Duidelijke menselijke vorm te herkennen tegen het einde
3. Het derde trimester
a. Snelle groei van foetus
b. Meeste belangrijkste orgaanstelsel functioneel

Klievingsdelingen: een reeks celdelingen die onmiddellijk na de bevruchting beginnen.
Hier worden steeds meer genetische identieke dochtercellen gevormd die steeds kleiner worden
(=blastomeren).

Bij de eerste klievingsdeling ontstaan 2 dochtercellen die elk half zo groot zijn als de oorspronkelijke
zygote. De eerste deling is na ong. 30 uur, daarna met tussenpozen van 10 tot 12 uur. Gedurende de
klieving wordt de zygote een pre-embryo.

Morula: na 3 dagen ligt het aan het einde van het oviduct.
Blastocyste: na 2 dagen gaat het de baarmoederholte (cavum uteri) binnen (=holle bol met een
binnenste holte: blastocoele)
Trofoblast: de buitenste laag van de blastocoele
Deze cellaag biedt voeding voor het ontwikkeling van de embryo
Embryoblast: ligt bij elkaar in een gedeelte van de blastocyste. Hieruit zal de embryo ontstaan.

1

,Innesteling begint wanneer het oppervlak van de blastocyste dat het dichste bij de embryoblast ligt,
zich hecht aan de bekleding van de uterus. Bij het contactoppervlak ondergaan de gelegen cellen
snelle celdelingen, waardoor het trofoblast verschillende cellagen dik wordt.

Cellulaire trofoblast: cellen die het dichtst bij de binnenkant van de blastocyste liggen
Syncytiotrofoblast: nabij de baarmoederwand verdwijnen de celmembranen tussen de cellen van de
trofoblast, waardoor een laag cytoplasma ontstaat die celkernen bevat.

Na ong. 10 dagen is het herstel compleet en is de blastocyste niet langer in contact met de
baarmoederholte. De verdere ontwikkeling vindt geheel plaats binnen de functionele laag van het
endometrium.

Ectopische zwangerschap: innesteling niet in de baarmoeder
Amnionholte: een met vloeistof gevuld compartiment
Gastrulatie: op dag 12 begint een derde laag cellen te ontstaan tussen de oppervlakkige en de diepe
cellagen van de binnenste celmassa.

4 vruchtvliezen die de ontwikkeling van embryo en foetus beschermen:
1. Dooierzak: eerste vruchtvlies dat ontstaat (dag 10)
2. Amnion: bestaat uit ectoderm en mesoderm
3. Allantoïs: een blaas van endoderm en mesoderm die zich vanaf het embryo uitstrekt (week
3).
a. Uit de basis van het allantoïs ontstaat later de urineblaas
4. Chorion: ontstaat wanneer migrerende mesodermcellen een laag vormen onder de
trofoblast, waardoor deze van de blastocoele wordt gescheiden (week 2 en 3)

Placenta: tijdleijke structuur in de baarmoederwand die en plaats biedt voor uitwisseling van
componenten tussen de bloedsomloop van de foetus en de moeder.
Placentatie (placentavorming): bloedvaten ontstaan in het chorion rond de buitenkant van de
blastocyste.

Benoemen wat de ontwikkelingskenmerken van de foetus zijn in het tweede en derde trimester in
de zwangerschap.
Tijdens het tweede trimester groeit de foetus, omgeven door het amnion, sneller dan de omringende
placenta. Als het buitenste oppervlak van het amnion tegen het binnenste oppervlak van het chorion
aanlig, vergroeien deze lagen.

Tijdens het derde trimester zijn alle orgaanstels aangelegd en de meeste organen zijn gereed om hun
normale functies te vervullen. De groeisnelheid neemt af, maar de absolute gewichtstoename vindt
plaats. De foetus wordt ong. 2.6 kilo zwaarder (bij geboorte ong. 3.2kg)

Beschrijven welke prenatale zorg wordt geboden door verloskundigen aan zwangere vrouwen in
Nederland. Inclusief de verschillende vormen prenatale screening.
Het doel van prenatale screening is om (ernstige) aangeboren afwijkingen vroegtijdig te
diagnosticeren. Ouders krijgen 3 screeningsonderzoeken aangeboden:
1. Bloedonderzoek
Onderzoek naar antistoffen, resusfactor en infectieziekte (syfilis, hepatitis B of hiv). Deze ziekten zijn
overdraagbaar op het kind.

Wordt betaald door de overheid.



2

, 2. Niet-invasieve prenatale test (NIPT)
Het DNA wordt onderzocht op syndroom van Down en edwards- en pataussyndroom.

Iedere zwangere vrouw mag deze test doen.

3. De twintigweken echo
Echoscopisch onderzoek waarmee aangeboren afwijkingen kunnen worden opgemerkt:
o Open rug of open schedel
o Waterhoofd
o Hartafwijkingen
o Breuk of gat in het middenrif
o Breuk of gat in de buikwand
o Afwezigheid of afwijkingen van nieren of botten
o Afwijkingen armen of benen

Verder wort er gekeken of het kind goed groeit en of er voldoende vruchtwater is.

Ook zijn er invasieve onderzoeken mogelijk om aangeboren afwijkingen te diagnosticeren:
1. Chorionvillusbiopsie (CVB) (=vlokkentest)
Afname van chorionvlokken uit de placenta om chromosoomafwijkingen vast te stellen.

Vindt vaginaal of abdominaal plaats. Er is kans op een miskraam (0,5-1%). En hij kan vroeg in de
zwangerschap plaatsvinden (voor 13 weken). Kan ook voor DNA onderzoek gebruikt worden.

2. Amniocentese
= het verkrijgen van vruchtwater via een transabdominale punctie (vruchtwaterpunctie).

Gebeurt meestal bij 16 weken. Dit wordt gedaan als er ook onderzoek gedaan moet worden op
neuralebuisdefecten of metabole aandoeningen. Ook hierbij wort er gescreend op chromosoom- en
DNA afwijkingen. Het risico op miskraam is 0,3-1%.

Dit gebeurt alleen op indicatie:
o Uit prenatale screening blijkt dat er verhoogd risico is
o De vrouw medicijnen moet gebruiken die schadelijk kunnen zijn
o Aangeboren of erfelijke aandoeningen in de familie voorkomen
o Ouders al eerder een kind met aangeboren of erfelijke aandoeningen hebben gekregen
o Als de ouders bloedverwanten zijn, bijv. neef en nicht.
o Vrouw twee of meer miskramen heeft gehad

Positieve discongruentie: baarmoeder staat hoger dan verwacht (meerling of grote hoeveelheid
vruchtwater)
Negatieve discongruentie: baarmoeder staat lager dan verwacht (groeiachterstand)

Per orgaanstelsel herkennen welke veranderingen en kwaaltjes er bij de zwangere optreden
gedurende de zwangerschap.
De belangrijkste veranderingen die plaatsvinden in de orgaanstelsels van de moeder zijn:
o De ademhalingssnelheid van de moeder neemt toe en het ademvolume neemt toe.
Hierdoor kunnen de longen extra zuurstof leveren die de foetus nodig heeft en kunnen ze het
additionele kooldioxide verwijderen dat door de foetus wordt gevormd.

o Het volume van het moederlijk bloed wordt groter.

3

, 1. Doordat bloed de placenta instroomt is er minder bloed in het overige deel van de grote
bloedsomloop
2. De PO2 daalt en de PCO2 stijgt, dit bevorderdt de vorming van renine en erytropoëtine (EPO)
door de nieren, wat leidt tot toename van het bloedvolume van moeder
Aan het eind van de zwangerschap is het bloedvolume van moeder bijna 50% toegenomen.

o De behoefte van de moeder aan voedingsstoffen neemt met 20 tot 30% toe
Meer eetlust, omdat ze zichzelf en de foetus moeten voeden.

o De glomerulaire filtratiesnelheid van de moeder stijgt met ong. 50%
De uitscheiding van afvalproducten neemt toe die door de foetus worden gevormd. Moeders moeten
vaker plassen om het gewicht van de baarmoeder op de urineblaas drukt en er meer urine wordt
geproduceerd.

o De baarmoeder wordt enorm veel groter
Tegen het einde van de zwangerschap is de lengte van de baarmoeder gemiddeld van 7,5 tot 30cm
toegenomen en het gewicht neemt toe van 60 tot 1100g. Dit vindt plaats door de vergroting van
bestaande cellen (gladde spiercellen).

De uitrekking gaat gepaard met een geleidelijke toename van het aantal spontane samentrekking van
glad spierweefsel van het myometrium (spierwand). In het begin zijn deze zwak, pijnloos en kort. Na
9 maanden werken verschillende factoren samen zodat de weeën beginnen in het myometrium van
de baarmoederwand. Zodra deze zijn begonnen zorg positieve terugkoppeling ervoor dat de weeën
doorgaan tot de bevalling is voltooid.

o De melkklieren worden groter en beginnen melk af te geven
Tegen het einde van de 6e maand zijn de melkklieren volledig ontwikkeld en beginnen ze melk te
vormen die in de afvoergangen van deze klieren worden opgeslagen.

Uitleggen welke leefstijladviezen zwangere krijgen en waarom.
het gebruiken van bepaalde geneesmiddelen kan leiden tot een verhoogde kans op aangeboren
afwijkingen. Vooral bij het gebruik in het eerste trimester treedt veelal een verwstroing in de aanleg
van organen op, daarna treden meer algemene verschijnselen op zoals groeivertraging,
groeistoornissen, bloedingen tot zelfs intra-uteriene vruchtdood.

Straling in verband met onderzoek tijdens de zwangerschap levert voor de zwangere meestal geen
nadelige gevolgen op en voor de foetus alleen wanneer deze in directie linie van de stralingsbundel
ligt.

- Voeding
Bij een verloskundige krijgt de zwangere vrouw adviezen over voeding. Een aantal voedingsmiddelen
wordt afgeraden tijdens de zwangerschap in verband met mogelijke gevolgen voor het kind, bijv.
o Te veel vitamine A (geen lever)
o Eten van rauw vlees (besmetting met toxoplasma)

Tijdens het geven van borstvoeding heeft zij meer behoefte aan eten, omdat het veel energie kan
kosten. Advies om vitamine D te blijven slikken.

- Middelen gebruik




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller aniekscholten2. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.96. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80467 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$5.96
  • (0)
  Add to cart