100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Biologie Nectar vwo 4 Hoofdstuk 5 Erfelijkheid $3.45   Add to cart

Summary

Samenvatting Biologie Nectar vwo 4 Hoofdstuk 5 Erfelijkheid

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Een samenvatting van het biologie boek Nectar. Het hele hoofdstuk over erfelijkheid, in één bestand overzichtelijk weergegeven, in iets meer dan 4 pagina's.

Preview 2 out of 5  pages

  • No
  • Hoofdstuk 5
  • November 14, 2021
  • 5
  • 2019/2020
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Hoofdstuk 5
Erfelijkheid
Paragraaf 1 Verschillen tussen mensen
Uniek
Eigenschappen dat ons mensen maakt zitten in DNA in de chromosomen. Zit veel variatie in (oogkleur,
lengte, etc.). Soms kun je kijken van wie je eigenschappen hebt gekregen. Milieu en leefstijl spelen ook
een rol.

Fenotype: door omstandigheden en genotype
Fenotype (FT): de waarneembare en de eigenschappen die te maken hebben met het functioneren van je
lichaam.
Genotypen (GT): ‘handleiding’ van het vormen van die eigenschappen in de genen op je DNA.
Genen: stukjes DNA met code voor eiwit. Samen met rest van DNA en DNA in mitochondriën vormen ze
jouw genoom.
Sommige eigenschappen uitsluitend genotype (bloedgroep), bij andere ook omstandigheden en leefstijl.
Andere veranderen tijdens je leven (gezichtsvermogen). Haarkleur kan veranderen met kleurspoeling.

Cholesterol (hoef je niet echt te weten voor de toets, een keer
doorlezen is goed)
Cholesterolgehalte hoog  kans op hartinfarct hoog.
Cholesterol komt via voedsel in het bloed. 80% van cholesterol gemaakt in lichaam door genen in lever en
spieren. Bloed vervoert hydrofobe cholesterol in blaasjes  worden opgenomen met speciale
receptoren, maken endocytose van blaasjes mogelijk.
Veel genen nodig (bv bij: afbraak, aanmaak receptoren)

Variatie
Genoom in 23 paren chromosomen. DNA van chromosomen bevat bv. genen voor bloedeiwitten en
enzymen. Ieder mens heeft eigen genoom, maar wel meerdere overeenkomsten.
Allelen: varianten van een gen (verschillende voor cholesterol. Meest werken goed. Ander niet,(mutaties)
bv. minder aanmaakt receptoren).
Chromosomen paar 19 bevat ook andere genen, vb. oogkleur.
Combinatie waarin de allelen samen op één chromosoom voorkomen: haplotype van chromosoom.
Bij bevruchting een complete set chromosomen van moeder en vader  maken samen weer paren 
eigen combinatie van allelen  eigen haplotype.


Paragraaf 2 Chromosomen bekijken
Chromosomenportret

, Kernen van normale mensen 23 paar chromosomen, twee aan twee gelijk aan grote (behalve X en Y) en
vormen paren homologe chromosomen.
Onderling grootte en plaats centromeer verschilt.
Karyogram (chromosomenportret): laat het karyotype zien.
Langste chromosomenpaar is 1 daarna 2, 3, etc. Eerste 22 paar zijn autosomen. 23 e paar zijn
geslachtschromosomen. Jongen: X- en Y-chromosoom. Meisje: twee keer X-chromosoom.
X-chromosoom bevat informatie over aantal eigenschappen. Y-chromosoom: bevat slechts een vijftigtal
genen. Eén is SRY-gen  zorgt voor ontwikkeling geslachtsorganen in mannelijke richting.

Wat karyogrammen niet laten zien
46 chromosomen, 20.000 genen. Die kun je niet onder microscoop zien chemische technieken nodig
om die te zien. Genen zijn onregelmatig verdeeld over de chromosomen.
Genmutaties zijn niet te zien in een karyogram.

Te veel of te weinig chromosomen
Wel te zien in karyogram: monosomie (chromosoom te weinig) of trisomie (een teveel).  heet een
genoommutatie.
Ontstaan: afwijking in meiose, homologe chromosomen van chromosomen paar (meiose I) of
chromatiden (meiose II)  geslachtscellen te weinig of te veel chromosomen
Gevolg: ernstige afwijkingen of niet levensvatbare embryo’s. Embryo ontwikkelt meestal niet, soms wel
levensvatbaar.
Syndroom van turner: één X-chromosoom (monosomie, karyotype: 45,X), zijn vaak klein en hebben
hartafwijking.
Syndroom van down: trisomie 21 (47,XX,+21 of 47,XY,+21). Ontwikkelen langzaam en korte
levensverwachting.

Chromosomale veranderingen
Chromosoommutaties: verandering in erfelijk materiaal. Twee niet homologe chromosomen in
uitgewisseld of chromosoomdeel verplaatst naar ander chromosoom (translocatie).
Translocatie  geen effect op drager, kinderen kunnen mono- of trisomie krijgen als het in
geslachtscellen zit.
Crossing-over: tijdens meiose wisselen homologe stukken DNA uit  recombinatie. Evenveel allelen van
ene kant gaan naar andere kan en andersom.

Variatie door veranderingen in het DNA
Translocatie/crossing-over/mutaite in DNA  verandering haplotype.
Puntmutatie: verandering in één basenpaar  verkeerde aminozuur  werking eiwit kan veranderen.
Cellen herstellen vaak zelf van puntmutatie.

Variatie door geslachtelijke voortplanting
Welk chromosoom in geslachtscel komt is toeval. Meiose kan genetisch verschillende vormen.
Recombinatie: de herverdeling van erfelijk materiaal.
Zonder crossing-over zijn er 223 combinatiemogelijkheden mogelijk.


Paragraaf 3 Stamboomonderzoek
Stamboom

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fleurthomassen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.45. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76449 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.45
  • (0)
  Add to cart