100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Hoofdstuk 1, 4VWO aardrijkskunde $5.16   Add to cart

Summary

Samenvatting Hoofdstuk 1, 4VWO aardrijkskunde

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Level

De wereld van MAX 4vwo, samenvatting hoofdstuk 1.

Preview 2 out of 10  pages

  • December 1, 2021
  • 10
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Samenvatting aardrijkskunde [hoofdstuk 1]| Mirte Mulder V4Tb

Paragraaf 1
[Steeds meer grensoverschrijdende interactie]

Netwerken
Een transportnetwerk is een netwerk van aanvoer-, doorvoer- en afzetlijnen van grondstoffen,
halffabricaten en eindproducten. Die lijnen komen amen in transport knooppunten, de locatie van
deze punten hang samen met de absolute en relatieve ligging ervan. De absolute liggen wijzigt niet,
de relatieve ligging kan veranderen door te investeren in infrastructuur. Waardoor de bereikbaarheid
beter wordt.




Afstandsverval is de interactie tussen gebieden die afneemt naarmate de afstand toeneemt. De
mate van afstandsverval verandert door transporttechnologie: technologische ontwikkelingen in de
transportsector. Steeds meer landen, bedrijven en individuen zijn onderdeel van mondiale en
transnationale netwerken. Dit zijn wereldwijde of internationale fysieke en digitale infrastructuur
die nodig is om, bijvoorbeeld, mensen met elkaar te verbinden.

Informatietechnologie
De verandering van besef van tijd en afstand is te danken aan de informatietechnologie. De
overdrachtssnelheid van gegevens stijgt nog steeds, terwijl de kosten voor deze uitwisseling dalen.

Globalisering
De tijd-ruimtecompressie is de combinatie van ontwikkelingen in de transporttechnologie en
informatietechnologie waardoor tijd en ruimte er niet meer toe doen door de afname van relatieve
afstanden. De absolute afstand (kilometers) veranderd niet, maar de relatieve afstand (reistijd,
koste en moeite) wel: die is veel kleiner geworden. Door de verkleinde relatieve afstand kan het
voelen alsof de hele wereld in een stad woont, dit wordt de global village genoemd. De samenhang
van de hele wereld heet globalisering.

Globalisering leidt tot standaardisering: veel wereldburgers lijken steeds meer op elkaar doordat ze
eet- en kleedgewoonten van elkaar overnemen. Maar het kan ook leiden naar conflicten: wanneer
mensen zich buitengesloten voelen, of hun cultuur wordt aangetast.

Interactietheorie van Ullman
Met de interactietheorie van Ullman kun je mobiliteit van mensen, goederen, etc. tussen gebieden
verklaren. De theorie gaat ervan uit dat er voor ruimtelijke interactie tussen gebieden aan drie
voorwaarden moet worden voldaan:
 Complementariteit: gebieden vullen elkaar aan
 Transporteerbaarheid: het moet makkelijk zijn om de relatieve afstand tussen landen te
overbruggen.
 Tussenliggende mogelijkheden: als er dichter bij gebied A een gebied ligt dat ook goedkope
energie tegen dezelfde prijs kan leveren zoals land C, dan ontstaat er alleen vanuit C
transport van energie.


1

, Samenvatting aardrijkskunde [hoofdstuk 1]| Mirte Mulder V4Tb

Paragraaf 2
[Ontstaan van centrum en periferie]

Hegemoniale staten
Een staat die met behulp van politieke, economische, financiële en militaire middelen een
overheersende rol speelt in de wereldorde wordt ook wel een hegemoniale staat genoemd. Op dit
moment is dat de Verenigde Staten, maar de VS staat onder druk en dat komt door globalisering.
China lijkt de VS over te gaan nemen, de wereldorde is aan het veranderen.

Europa als wereldmacht
Aan het eind van de vijftiende eeuw ontstond het kolonialisme, waarin overzeese gebieden werden
bezet door West-Europese landen. Tijdens de europeanisering werden de inwoners van de koloniën
geforceerd om zich aan te passen aan de Europese gewoontes.

Fase 1: handelskolonialisme
Tussen de zestiende en twintigste eeuw koloniseerden West-Europese landen grote delen van
Amerika, Azië en Afrika. De koloniën dienden vooral als leveraars van inheemse producten. Destijds
waren Spanje, Portugal, Nederland en Groot-Brittannië de machtigste landen.

Fase 2: imperialisme (exploitatiekolonialisme)
Door de industrialisatie groeide aan het eind van de achttiende eeuw de welvaart in Europa, wat
leidde tot bevolkingsgroei. De Europese staten hadden meer vraag naar grond- en voedingsstoffen.
Daarom breidden ze hun macht in de koloniën uit en bezetten nieuwe gebieden. Dit werd
imperialisme genoemd. Een van de gevolgen voor de koloniën was ruilvoetverslechtering: de
verhouding tussen de prijzen was ongunstig.

Fase 3: dekolonisatie
Tegelijk met de kolonisatie van Afrika begon in Midden- en Zuid-Amerika de dekolonisatie, waarbij
de koloniën zelfstandig werden van hun moederland. Het uitroepen van onafhankelijkheid werd vaak
gepaard met oorlog, onder andere grote sociale ongelijkheid kwam vaak voor. Veel voormalige
koloniën werden snel ‘arm’, ‘onderontwikkeld’ en ‘perifeer’ genoemd door tv-beelden. Deze
verschillen in ontwikkeling tussen gebieden heet regionale ongelijkheid.


Centrum en periferie
Na de dekolonisatie werden West-Europa en Noord-Amerika het mondiale centrum. Er groeide
steeds meer verschillen tussen de centrumlanden en periferie landen. Wat voor een wereldwijde
internationale arbeidsverdeling zorgden. Het idee
van deze verdeling is dat de landen in periferie
grondstoffen leveren aan het centrum, en de
centrumlanden maken hier industrieproducten van,
die worden geleverd aan landen in periferie.

Theorie van de cumulatieve causatie
De voormalige koloniën worden voortdurend
geconfronteerd met de backwash-effecten van hun
periferie situatie. Deze effecten wegen zwaarder dan
de spread-effecten, waarin de periferie profijt heeft
van economische ontwikkeling in het centrum. In de
cumulatieve causatie, van de Zweedse econoom Gunnar Myrdal, staat het beeld van de
ontwikkelingskansen van het gebied veroorzaakt door deze effecten.


2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mirte5. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.16. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76669 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.16
  • (0)
  Add to cart