Migratierecht
600350-M-6 | Master Rechtsgeleerdheid | Tilburg University |
(Tentamen: 13 december 2021)
College 1. Plaatsbepaling van het migratierecht
Migratierecht
Gaat over grenzen en het overschrijden daarvan. Het heeft betrekking op
toegang, verblijf en vertrek en gaat doorgaans over mensen die niet de
Nederlandse nationaliteit bezitten: vreemdelingen. Het gaat over o.a.
vluchtelingen, maar ook expats, evenals gezinshereniging en slachtoffers van
mensenhandel.
Over het algemeen gaat migratierecht over belang (en het recht) van de
individuele migrant om te worden toegelaten en een verblijfsvergunning te
krijgen en het belang van de staat om hem die te weigeren. Migratierecht is een
rechtsgebied wat zich zeer op grens van recht en politiek bevindt. Actuele
situatie van Afghanistan is bijvoorbeeld relevant.
Het is in eerste instantie aan het bestuur, maar uiteindelijk aan rechters, om te
beoordelen hoe het individuele belang en recht zich verhouden tot belang van de
staat en tot welke beslissing dat moet leiden in een concreet geval.
Wanneer een migrant verblijfsrecht krijgt, kan dit verblijfsrecht meer of minder
sterk zijn; rechten die een vreemdeling heeft hangen vaak af van de aard van het
verblijfsrecht en duur van het verblijf. Naarmate een migrant meer geworteld is
in Nederland , worden de rechten meestal sterker. Ook personen die niet
rechtmatig in NL verblijven hebben recht op minimale opvangvoorzieningen:
gezondheidszorg en onderwijs voor kinderen. Zelfs een vreemdeling met
langdurig verblijf kan deze onder omstandigheden verliezen. In veel gevallen is
na bepaalde tijd naturalisatie mogelijk, waardoor men Nederlander wordt.
Migratierecht ligt zoals eerder aangegeven op de grens van recht en politiek; het
gaat niet alleen over staatbelang tegenover persoonlijk belang, maar ook over
anonieme macht/staatsmacht tegenover persoonlijke concrete voorbeelden.
Anderzijds zien we in debatten ook vraagstukken omtrent nationalisme,
universalisme, identiteit en globalisering terugkomen. bij uitzonderlijke situaties
(zoals vluchtelingencrisis vanaf 2013) dan zijn politieke middelen nodig om
hiermee om te gaan. Migratierecht is dan ook constant in ontwikkeling.
,Nederlands migratiebeleid
Algemene doelstelling: ‘Een op maatschappelijk verantwoorde wijze en in
overeenstemming met internationale verplichtingen gereglementeerde en
beheerste toelating tot, verblijf in en vertrek uit NL van vreemdelingen,
alsmede verkrijging van het Nederlanderschap of de intrekking daarvan.’
- Art. 37 begroting Ministerie van Justitie en Veiligheid 2020
Wettelijke vertaling: Geen recht op toegang tenzij! art. 13 Vw 2000:
‘Een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning wordt slechts
ingewilligd indien: a. internationale verplichtingen daartoe nopen; b. met
de aanwezigheid van de vreemdeling een wezenlijk Nederlands belang is
gediend, of c. klemmende redenen van humanitaire aard daartoe nopen.
Integrale benadering in migratiebeleid kabinet:
1. Voorkomen van irreguliere migratie > voorkomen dat mensen illegaal
migreren
2. Versterken van opvang en bescherming voor vluchtelingen en ontheemden
in de regio > in landen waar mensen uit vluchten moet eerst voor opvang
gezorgd worden
3. Solidair en solide asielstelsel binnen EU en NL
4. Minder illegaliteit, meer terugkeer
5. Bevorderen legale migratieroutes
6. Stimuleren integratie en participatie
Migratierecht is constant in ontwikkeling met ingrijpende veranderingen >
politieke beslissingen en internationale beslissingen en regelgeving. Denk aan
Amerika die zich terugtrekt uit Afghanistan > leidt tot migratie en migratierecht
moet dan respons bieden, vandaar steeds in beweging. Ook bijvoorbeeld door
covid-19 uitdaging ontstaan voor migratierecht. Denk ook aan toeslagenaffaire:
‘ongekend onrecht’ > dit begrip is ook te noemen in migratierecht
Historische ontwikkeling beleid
1800-1965: algemene toegankelijkheid, tenzij
Vanaf 1965: meer restrictief toelatingsbeleid i.v.m. ontwikkeling
verzorgingsstaat en dekolonisatie -> door de ontwikkeling van de
verzorgingsstaat werden namelijk allerlei voorzieningen in het leven
geroepen, waar je alleen onder bepaalde omstandigheden/voorwaarden
gebruik van kon maken.
Restrictief beleid na 1990 actueel: val Berlijnse muur, destabilisatie landen
i.v.m. verdwijnen van oude orde, bevolkingsstromen uit vooral Afrika,
Klein-Azië en Oost-Europa komen op gang
Verdere aanscherping restrictief beleid sinds 11 september 2001
Immigratiestromen na WO II
, Jaren ‘50 – ’62: personen uit Nederland-Indië en Nieuw-Guinea
Jaren ’60 – ’75: ‘gastarbeiders’
Jaren ’70 – ’80: gezinsmigratie ‘gastarbeiders’ n Surinamers
Vanaf 1989: asielzoekers (o.a. Joegoslaven, Irakezen, Somaliërs, Iraniërs,
Ghanezen, Afghanen, Vietnamezen, Chinezen, inwoners Sovjet-Unie)
Jaren ’90: Antillianen
Vanaf 2014: Eritreeërs en Syriërs
Redenen om te migreren
Pushfactoren Pullfactoren
Politieke redenen Economische kansen, sociale
mobiliteit
Godsdienstige redenen Veiligheid, rechtvaardigheid en
vrijheid (democratie/godsdienst)
Belangrijk punt blijft: wie is vreemdeling > wie is Nederlander en wie is
vreemdeling
Wie is vreemdeling?
Art. 2 Grondwet
1. De wet regelt wie Nederlander is
2. De wet regelt toelating en uitzetting van vreemdelingen
Uit dit artikel blijkt het nationaliteitscriterium
Vreemdeling: ‘Ieder die de Nederlandse nationaliteit niet bezit en niet op
grond van een wettelijke bepaling als Nederlander moet worden
behandeld’. (art. 1 Vw 2000)
Nationaliteit
= juridische band tussen individu en staat
Resulteert in rechten en plichten
- Recht om te verblijven in een staat, politieke rechten, diplomatieke
bescherming
, - Plicht om belasting te betalen, dienstplicht
Vorm van identiteit en saamhorigheid, het onderscheidt ‘ons’ van ‘hen’
Manieren om nationaliteit te verkrijgen (wie is Nederlander):
- Ius soli: wet van de bodem > zorgt ervoor dat als je op grondgebied
geboren wordt, je de nationaliteit van dat grondgebied ook krijgt > dit is
ook zo in NL > heeft ook te maken met dat men anders misschien
staatloos wordt.
- Ius sanguinis: recht van het bloed, je krijgt nationaliteit van je ouders >
vaak uitgangspunt in veel landen
- Naturalisatie: Nationaliteit in verband met effectieve link die de persoon
heeft met staat > zodanig niet als principe toegepast door staten hoewel
alle staten wel naturalisatie optie kennen: houdt in dat na aantal jaar
verblijf (in nl 5) je de nationaliteit kan krijgen, maar dan moetje aan
bepaald aantal voorwaarden doen : inburgeringsvereisten, aantal jaren
verblijf etc.
Verlies van nationaliteit
- Automatisch; bijvoorbeeld doordat men langdurig in het buitenland
verblijft
- Intrekking; bijvoorbeeld i.v.m. fraude of ontneming nationaliteit i.v.m.
nationale veiligheid en terrorisme
- Opgeven; soms als voorwaarde voor nieuwe nationaliteit bij naturalisatie
bijvoorbeeld
Er zijn ook mensen die tussen wal en schip vallen en die dus nooit nationaliteit
ontvangen bij de geboorte, omdat zij tot bepaalde religieuze of etnische
minderheid behoren die gediscrimineerd worden of die te maken krijgen met
conflicterende nationaliteitswetgeving = staatlozen.
Nationaliteit: betekenis
Nederlander: Nederlander is het kind waarvan ten tijde van zijn geboorte
de vader of de moeder Nederlander is, alsmede het kind van een
Nederlander die voordien is overleden (artikel 3, eerste lid, Rijkswet op het
Nederlanderschap hierna: RWN)
Unieburger: Burger van de Unie is een ieder die de nationaliteit van een
lidstaat bezit. Het burgerschap van de Unie komt naast het nationale
burgerschap doch komt niet in de plaats daarvan (art. 9 VEU; art. 20 lid 1
VWEU)
Derdelander: Staatsburger van een land dat niet tot de EU behoort (ook
staatlozen).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kendi. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.05. You're not tied to anything after your purchase.