Volledige oplossing examenvragen socialezekerheidsrecht.
Dit document is heel volledig en volstaat voor het afleggen van het examen. Ik behaalde hiermee een mooi punt!
1) Het Belgische socialezekerheidsrecht bedient zich grotendeels van twee technieken met het
oog op het verlenen van socialezekerheidsprestaties. (p. 28-33)
a) Leg uit wat onder elk van beide technieken wordt verstaan.
Bijdrage: sociaal verzekerden moeten hun schade niet alleen dragen. Hiervoor zijn zij een bijdrage
verschuldigd
Risicoconcept: sociale verzekering gaat uit van risicoconcept (= onzekere, niet van wil verzekerde
afhankelijke gebeurtenis)
Twee vormen van solidariteit: horizontale (personen die minder worden bedreigd door risico vs.
diegene die meer blootstaan aan risico) en verticale solidariteit (personen met hoger inkomen vs.
diegene voor wie socialezekerheidsbijdragen moeilijker te dragen zijn).
Kunnen vorm aannemen van een volksverzekering die hele bevolking verzekert voor bepaald sociaal risico.
Onderscheid tussen eigen en afgeleide rechten op sociale verzekering
Kosten gefinancieerd door bijdragen en/of belastingen → opbrengst aangevuld met rijkstoelagen
Federale sociale verzekeringen vertonen professioneel karakter. De BE professionele verzekeringen zijn
ingedeeld per beroepscategorie (afzonderlijke verzekeringen voor ambtenaren, WN, zelfstandigen).
Techniek 2: sociale bijstand
- Verleent subjectief recht op socialezekerheidsprestaties indien men voldoet aan wettelijke
voorwaarden
- Geen bijdragebetaling vereist van uitkeringsgerechtigden, maar financiering door overheid
- Uitkeringen voorbehouden voor gerechtigden die behoeftig zijn en onvoldoende bestaansmiddelen
hebben (bestaansmiddelenonderzoek)
1
, b) Vergelijk beide technieken met elkaar en met andere in de syllabus besproken
socialezekerheidstechnieken.
Sociale bijstand eist geen bijdragebetaling van uitkeringsgerechtigde, maar wordt gefinancierd door
overheid. Sociale verzekering wordt collectief gefinancierd d.m.v. belastingen/bijdragen. Bij sociale
bijstand is er bestaansmiddelenonderzoek en worden uitkeringen voorbehouden voor behoeftigen.
Andere:
Deze technieken verschillen van demogrante uitkeringen doordat bij demogrante uitkering geen
bestaansmiddelenonderzoek gevoerd wordt en geen bijdragen verschuldigd, wel risico (vb. Vlaamse
gezinsbijslag) en van de techniek van basisinkomen: inkomen wordt toegekend aan iedereen, ongeacht
intrede sociaal risico en zonder bijdragebetaling of bestaansmiddelenonderzoek.
c) Bespreek in het bijzonder de band tussen de arbeid van de sociaal verzekerde en de toegang
van de betrokkene en andere personen tot de socialeverzekeringssystemen.
In principe heeft enkel wie beroepsactiviteit uitoefent toegang tot sociale verzekeringen. De Belgische
professionele sociale verzekeringen zijn ingericht per beroepscategorie. Er bestaan afzonderlijke
sociale verzekeringen voor ambtenaren, werknemers en zelfstandigen. De uitoefening van een
beroepswerkzaamheid in één van de hoedanigheden opent de toegang tot de sociale verzekeringen
voor de desbetreffende beroepscategorie. De diverse categorieën worden niet op dezelfde wijze
beschermd. Zo is er geen arbeidsongevallenverzekering voor ambtenaren omdat dit al in hun
statuutwet verwerkt zit. Ambtenaren hebben ook geen werkloosheidsverzekering omdat zij vaste
benoeming hebben.
2) De Belgische Staat moet zich door wetgeving kwijten van verplichting om een
socialezekerheidssysteem in te richten. (p. 15-27)
a) Leg uit hoe de bevoegdheden zijn verdeeld tussen de regelgevers van de Europese
Unie, de Belgische federale staat en de gemeenschappen en gewesten
EU: weinig regelgevende bevoegdheden op vlak van sociale zekerheid, wel verleent VWEU in sommige
domeinen uitdrukkelijk wetgevingsbevoegdheid. Afbakening bevoegdheden beheerst door: beginsel
van bevoegdheidstoedeling (= Unie handelt enkel binnen grenzen bevoegdheden die haar in de
verdragen zijn toegedeeld door lidstaten). Uitoefening bevoegdheden beheerst door beginsel van
subsidiariteit (voor gebieden die niet vallen onder haar exclusieve bevoegdheid treedt de Unie slechts
op indien doelstellingen overwogen optreden niet voldoende kunnen worden verwezenlijkt door de
lidstaten, maar de gevolgen beter kunnen worden bereikt door de Unie). Unie ondersteunt optreden
lidstaten. Lidstaten bevoegd om fundamentele beginselen vast te leggen, maar mogen Unierecht niet
schenden.
Bevoegd voor: sociale zekerheid voor grensoverschrijdende personen
BWHI:
- Federale staat: grootste deel SZ = federaal
2
, - Gemeenschappen: gezondheidsbeleid en bijstand aan personen (= persoonsgebonden zaken) +
gezinsbijslagenregeling + bevoegdheid om steunmaatregelen te nemen t.v.v. verschillende
categorieën van personen
- Gewesten: bevoegd om te zien of er voldoende werkbereidheid is bij werklozen
b) Bespreek de verhouding tussen de formele wetgever en de uitvoerende macht (p. 24-25)
Formele wetten inzake sociale zekerheid komen tot stand t.g.v. regeringsinitiatief. De Gw. verleent aan
Koning bevoegdheid om besluiten nodig voor de uitvoering van wetten te nemen en
uitvoeringsmodaliteiten vast te leggen, zo nodig, toe aan zijn ministers. Essentiële beleidskeuzes
moeten worden vastgesteld door wetgevende vergadering en slechts nadere uitwerking daarvan
wordt overgelaten aan UM. Bevoegdheidsdelegatie mag niet onbepaald of te ruim zijn.
Een merkwaardigheid is dat de formele wetgever een beperkte verordende bevoegdheid toekent aan
bepaalde socialezekerheidsinstellingen of hun beheerscomité (geen parlementaire controle + geen
controle Afd. Wetgeving RvS).
3) Grondrecht op sociale zekerheid (p. 4-15)
a) Hoe sturen de grondrechtennormen de Belgische regelgevers aan (zie
socialezekerheidsplicht, het ongestoord genot van uitkeringen, het standstill- en het
gelijkheidsbeginsel)
Grondrechtnormen leggen socialezekerheidsplicht op en verplichten de BE staat enkele rechten en
beginsels te respecteren:
- Socialezekerheidsplicht: internationale normen omschrijven de sociale risico’s en geven aan
welk beschermingsniveau SZregelingen minstens moeten bereiken (minimumnormen). Deze
grondrechtennormen laten BE staat diverse mogelijkheden om te voldoen aan SZplicht (open
normen) Noch grondrechtennormen, noch art. 23 Gw. verlenen subjectieve
socialezekerheidsrechten t.a.v. BE staat. BE staat kan zich niet onttrekken aan
socialezekerheidsplicht door: toezicht op naleving grondrechtennormen door organen
internationale instellingen. GwH kan enkel kennelijk onredelijke maatregelen afkeuren.
- Ongestoord genot van uitkeringen: EHRM beschouwt SZuitkeringen als eigendom. Art. 1 Eerste
Aanvullend Protocol EVRM waarborgt ongestoord genot van reeds verkregen uitkeringen +
legitieme verwachting. Inmenging in genot van uitkeringen zijn toegelaten, maar moeten bij wet
worden vastgesteld, algemeen belang nastreven en redelijke en evenredig zijn (ruime
appreciatiemarge).
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ddarno. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.23. You're not tied to anything after your purchase.