Voorbeeld examen economie:
Deel 2; macro
1: meerkeuzevragen:
1) De Japanse economie kampt al meer dan een decennium met deflatie. Waarom bindt
de Japanse gouverneur van de Japanse centrale bank de strijd aan tegen deflatie?
- B; deflatie leidt tot dalende bestedingen.
2) Welke uitspraak is FOUT?
- A; de euro is geapprecieerd.
3) Het bruto nationaal inkomen is?
- B; is gelijk aan het bruto binnenlands product vermeerderd met de netto-
gezinsinkomsten uit het buitenland.
4) Kies de enige FOUTE bewering?
- B; Het nominale loon betreft de koopkracht van het reële loon.
3: geld, monetair beleid en inflatie:
a. Hoe wordt dit, sedert 2015 door de ECB gevoerde beleid, genoemd? En wat houdt dit
beleid in?
- Monetaire beleid. De monetaire politiek heeft tot doel de beïnvloeding van de
geldhoeveelheid en/of van de geldomloopsnelheid.
- OF
- Expended Asset Purchase Program (app). De ECB koop obligaties in van de Europese
overheid.
b. Waarom heeft de ECB dit beleid gevoerd? (2 redenen)
- (redenen bij het antwoord van APP) :
- Om de inflatie aan te wakkeren.
- Het stimuleren van de economie.
c. Verklaar dit mechanisme:
- (verklaring bij antwoord van APP) :
- De ECB koopt obligaties in waardoor er terug geld in de economie komt. Doordat er
terug geld in de economie zit worden leningen goedkoper. Hierdoor zijn leningen
goedkoper geworden, en is het aantrekkelijker om te investeren. de economie
gaat terug beter.
4: EMU:
In november ’17 ondertekenden de lidstaten de “Europese Pijler van Sociale Rechten”
a. Deze Europese Pijler bestaat uit 3 luiken, welke?
- Gelijke kansen en toegang tot de arbeidsmarkt
- Billijke arbeidsvoorwaarden
- Sociale bescherming en inclusie
b. Hoe scoort België op deze 3 luiken tegen over het Europese gemiddelde?
- Gemiddeld tot goed, de werkloosheidsgraad blijft een zorgenkind,
werkgelegenheidsgraad steeg in 2018 naar 69,4%
, 5: marktvormen:
Op woensdag 17 oktober ’18 verscheen in De Standaard een artikel met de volgende
krantenkop:
“verwachte stijging van rente woonkredieten duwt prijs de hoogte in.”
HUIS IN ANTWERPEN VOOR HET EERST DUURDER DAN 300.000 EURO.
“Voor het eerst in de geschiedenis ligt de gemiddelde prijs van een verkocht huis in de
provincie Antwerpen hoger dan 300.000 euro.”
Welke marktvorm typeert de huizenmarkt? Motiveer je antwoord aan de hand van de
kenmerken van deze marktvorm.
- Onvolkomen concurrentie, oligpolie = veel vragers, weinig aanbieders,
ondoorzichtige markt, beperkte toetreding, homogeen en heterogeen
2: arbeidsgraad:
Wat geeft de activiteitsgraad weer (geen formule):
- De procentuele verhouding tussen de beroepsbevolking en de bevolking op
arbeidsleeftijd. (tussen de 15-64 jaar)
Formule:
- Beroepsbevolking / bevolking op arbeidsleeftijd * 100
Bereken de activiteitsgraad voor 2011 en 2017:
2011: 5158..041 * 100 =71,40%
2017: 5327..037 * 100 = 72,83%
Wat kan je uit deze cijfers concluderen? Kan je dit verklaren?
- Er is een trage groei van de beroepsbevolking.
2: marktevenwicht:
De vraag van het product x wordt weergegeven door:
Qv = 120 – 3p
Qa = -40 + 2p
a. Bereken het evenwicht:
Qe: 120 - 3p = -40 + 2p
120 + 40 = 2p + 3p
160 = 5p
= p
32 = p
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ericiaverschaeren. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.78. You're not tied to anything after your purchase.