Beroep op rechter en de voorlopige voorziening
1. Kwantum Nederland BW: Praxis en Maxis 1996 blz. 11
2. Art. 8:69 ambtshalve aanvulling van rechtsgronden blz.
3. Strijd met goede procesorde 2002 blz.
4. Lopik 2006 blz. 11
5. Aangepast auto 2007 blz. 11
6. Benzinestation Ameland 2008 blz. 11
Hoger beroep bij de bestuursrechter en rechtsbescherming bij de burgerlijke rechter
1. Guldemond/Noordwijkerhout 1915 blz. 12
2. Limmen/Houtkoop 1973 blz. 12
3. Heesch/ Van de Akker 1986 blz. 12
4. Van Gog/Nederweert 1991 blz. 13
5. Sint Oedenrode/Van Aarle 1993 blz. 13
1
, JURISPRUDENTIE BESTUURSRECHT
ABRvS 30 november 1995, Stichting Silicose Oud-mijnwerkers
Rechtsvraag
Kan de stichting aangemerkt worden als bestuursorgaan in de zin van Art. 1:1 lid 1 sub b AWB?
Feiten:
De stichting Silicose is een stichting volgens het privaatrecht opgesteld. De stichting heeft geen wettelijke
bevoegdheden toegekend gekregen op het terrein van publiekrecht. De stichting is een stichting die
uitkeringen geeft aan oud-mijnwerkers die aan de ziekte longsilicose lijden. Enkele belanghebbenden
gingen in beroep bij de bestuursrechter.
Overwegingen:
De vraag of de stichting een bestuursorgaan is in de zin van Art. 1:1 lid 1 sub b AWB moet worden
beantwoord aan de hand van de beslissingen (uitkeringen) die door de stichting genomen worden kunnen
worden aangemerkt als het uitoefenen van enig openbaar gezag. Hiervoor moet beoordeeld worden
welke rol de overheid heeft bij de besluitvorming door de stichting. Voorts somt de rechter een lange lijst
op met de overheidsbemoeienis op. De minister sprak van ereschuld. De regering en de TK hebben enkele
malen over deze kwestie gesproken. De staatssecretaris heeft een bedrag toegezegd aan de provincie
Limburg voor dit probleem. Hierna werd de staatsecretatris geraadpleegd over de toekenningen van de
uitkeringen.
Rechter overweegt:
De rijksoverheid heeft een financiële regeling getroffen, die voorziet in de toekenning van een eenmalige
vergoeding. Dat zulks is geschied zonder grondslag in de materiele wet, doet aan de oordeel niet af.
Conclusie: De stichting wordt aangemerkt als bestuursorgaan, die materieel een overheidstaak verricht
en haar beslissingen moet worden gezien als besluit.
Rechtsregel
In Artikel 1:1 lid 1 AWB worden twee categorieën bestuursorganen opgesomd. Namelijk onder sub a: een
orgaan van een rechtspersoon krachtens publiekrecht, en onder sub b: een persoon of college, met enig
openbaar gezag bekleed. Over de reikwijdte van sub b is veel discussie ontstaan. In dit arrest is
uitgemaakt dat de Art. 1:1 lid 1 sub b een groter gebied beslaat dan uit de letterlijke tekst te lezen valt.
Relevante artikelen:
Art. 1:1 AWB
2
, JURISPRUDENTIE BESTUURSRECHT
ABRVS 17 september 2014, Stichting bevordering kwaliteit leefomgeving Schipholregio
Rechtsvraag:
Wanneer is een orgaan van een privaatrechtelijke rechtspersoon in beginsel een bestuursorgaan in de zin
van Art. 1:1 lid 1 sub b?
Feiten:
Iemand heeft een uitkering aangevraagd aan de stichting omdat hij veel hinder ondervindt van het
vliegverkeer rondom Schiphol. Dit werd geweigerd omdat zijn situatie niet als schrijnend werd
beoordeeld. Nu is het eerst de vraag of het bestuur van de stichting een bestuursorgaan is in de zin van
Art. 1:1 AWB, als dit namelijk NIET zo is is de bestuursrechter onbevoegd en is het een civiele zaak.
Uitspraak:
De afdeling stelt dat een orgaan van privaatrechtelijke rechtspersoon is te zien als B orgaan als deze met
openbaar gezag is bekleed. Voor het vaststellen van openbaar gezag is van belang of het orgaan
publiekrechtelijke bevoegdheden, om de rechtspositie en rechtssubjecten te bepalen heeft gekregen. Als
dit niet bij wettelijk voorschrift is verkregen dan is het in principe geen bestuursorgaan. Een uitzondering
hierop kan zijn een privaatrechtelijk orgaan dat geldelijke uitkeringen of op geld waardeerbare
voorzieningen aan derden verstrekt. Voor die uitzondering moet aan twee eisen worden voldaan:
1. Inhoudelijke vereiste: de criteria dat een uitkering wordt gegeven in beslissende mate door een a
bestuursorgaan.
2. Financiële vereiste: de verstrekking van de uitkeringen wordt voor tweederde of meer
gefinancierd door een a orgaan.
Conclusie: uit de inhoudelijke band tussen de overheid en een privaatrechtelijk orgaan kan worden
opgemaakt dat privaatrechtelijke orgaan ook een b orgaan is. Bij de inhoudelijke band wordt gelet op
de mate waarin een a orgaan bepalend is voor de werkzaamheden van het privaatrechtelijke orgaan en
de mate van financiering van de werkzaamheden door een A-orgaan.
In het geval van de Stichting was er geen sprake van beiden vereisten en verwierp de ABRvs het beroep
van het stichtingsbestuur.
LTO-Noord 2006
Rechtsvraag:
Is er ook sprake van behartiging van het collectief belang indien een
belangenorganisatie opkomt voor individuele belangen of mag zo een vereniging alleen opkomen
voor de gebundelde belangen?
Feiten:
Organisatie LTO Noord komt op tegen een besluit dat een van haar leden raakt. De stichting
behartigt het collectief belang, namelijk het belang van Land- en Tuinbouwers in een bepaalde regio.
Uitspraak:
Er is sprake van een collectief belang als een belangenorganisatie opkomt voor een
individueel belang van haar aangeslotenen. Hiermee kan zo een organisatie belanghebbende worden
bij een besluit. Aan de overige vereisten voor belanghebbendheid van organisaties moet wel worden
voldaan. Deze zijn dat de behartiging van het belang blijkt uit de statutaire doelstelling van de
organisatie en dat de behartiging van het belang ook moet blijken uit fysieke handelingen (wat bij
organisaties die een collectief belang behartigen ook alleen mag bestaan uit proceshandelingen).
Conclusie:
Relevante wetsartikelen:
Art. 1:2 AWB
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ChristinevW. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.47. You're not tied to anything after your purchase.
