LES 1: STRUCTUUR EN FUNCTIE VAN HET ADEMHALINGSSYSTEEM
AFKORTINGEN
V Volume (l) a Arteriële bloed (slagader)
V’ Ventilatie (l/min) v Gemengd veneus bloed
AMV Ademminuutvolume A Alveolair (in de longblaasjes)
V’e Exopiratoir volume I Inspiratoire lucht
i Inspiratie t Teug
e Expiratie f Frequentie
F Fractie P Druk
AF Ademfrequentie Pb Barometerdruk
FiO2 Inspiratoire O2 fractie PiO2 Inspiratoire O2 druk
1. Ademhalingssysteem
▪ FUNCTIE: Het in stand houden van adequate gaswisseling (O2 en CO2 zijn producten van
metabolisme)
- dit gaat enkel via de longen = afwisseling van zuurstofopname en CO2 afgifte
- gem. 3l lucht verdeeld over 500 miljoen longblaasjes in je longen in rust (bij een
afwijking kan dit meer of minder zijn met als gevolg dat je last kan hebben van je
ademhalingsspieren)
- longen zijn nooit leeg, dus ook niet tijdens het uitademen (uitz.: tweezijdige
klaplong)
- hersenen sturen vooral CO2, minder O2 (zo proberen om druk P op 40 mmHg te
houden)
▪ STRUCTUUR van de long:
• Het is een ademhalingspomp:
➢ Statische longvumes
➢ Ademminuutvolume (AMV= V’E= Af×Vt, met Af= ademfrequentie en
Vt=teugvolume)
Zorgt voor luchtverversing van de longblaasjes tot in het diepste van de longen. actief
bestuurbaar (zelf het ademen kunnen kiezen, snel, traag, …)
1
,Menselijke fysiologie
K.De Soomer
Indien geen spieractiviteit = rustvolume of het FRC (functioneel residuele capaciteit)
van gemiddeld 3 liter
Maximaal volume van de longen bij sterke inademing = TLC of totale long capaciteit
Minimum volume van de longen bij volledige uitademing = Residueel volume of RV
Longen zijn niet helemaal leeg want door de borstkas op te spannen knellen de
kleinste luchtwegen dicht en dit volume dat achterblijft is het RV.
Als we gewoon ademen gaan we niet van max naar min volume maar we nemen teugen van
500 ml gemiddeld → Ademfrequentie is gemiddeld 15 keer / min
Dus Ademminuutvolume (AMV) = V’e = Ademfrequentie (Af) x Volume teug (Vt) = 500 . 15 =
7,5 liter/ min
• Gaswisselingsorgaan:
➢ Groot opp (75 m2)
➢ dunne alveolocapillaire wand (0.5 μm) (= dun zodat diffusie sneller gaat)
In de longblaasjes transport van zuurstof en CO2
Opgenomen zuurstof uitgewisseld in de richting v/h bloed
Hoe dunner de alveolo-capillaire wand hoe beter dit transport.
2. Normale (ideale) long
Grote luchtwegen vertakken in de richting van de 2
longen. De inspiratoire lucht (lucht die we inademen) is
zuurstofrijk en CO2 arm. De zuurstofspanning is
150mmHg O2 en 0mmHg CO2
Dit zijn partiële drukken.
- AMV = hoeveel liter lucht er per minuut in de
longen gaat
- V’ = 5 à 10 l/min (6 l/min) (neemt toe bij een
inspanning, tot > 100 l/min)
- AMV is geen bepalende factor voor een inspanning
(spieren en hart wel)
Normaal ademvolume Hoeveelheid lucht die in rust wordt in- of uitgeademd (0.5 l)
Ademfrequentie (AF) Aantal ademhalingen per minuut
Ademvolume (V) Hoeveelheid lucht die per ademhaling wordt in- of uitgeademd
Ademminuutvolume (AMV) Hoeveelheid lucht die per minuut wordt in- of uitgeademd
2
,Menselijke fysiologie
K.De Soomer
Hier komt in de richting van de alveoli het
bloed terug dat reeds voorzien is van
zuurstof dus de gemengd veneuze
zuurstofspanning in de pulmonale arterie
ligt veel lager, slechts 40 mmHg aan O2,
want de weefsels hebben hier reeds
zuurstof onttrokken. De gemengd
veneuze co2 spanning is 45 mmHg omdat
dit bloed langs de weefsels gepasseerd is
en zij hebben hun afvalproducten aan dit
bloed toegevoegd, dus er zit nu wel CO2
in het bloed. Beiden komen toe in de
alveoli waar je een reservoir hebt:
aanvoer zuurstofrijke lucht en aan de
andere kant zuurstofarm bloed en je krijgt eigenlijk een uitwisseling van de zuurstof.
Zuurstof wordt uitgewisseld van een hogere partieel spanning naar een lagere en een
hogere CO2 spanning. Het bloed gaat in de richting van de alveoli bewegen en we krijgen
een evenwichtstoestand waarbij een alveolaire O2 spanning van 100 mmHg, en een
alveolaire CO2 spanning van 40 mmHg. Als een gasuitwisseling goed werkt, dan gaat de
evenwichtstoestand ontstaan.
Vervolg op alinea hierboven: met andere
woorden: het bloed dat vanuit die long
paseert en nu vanuit de pulmonale venen
naar het hart stroomt bevat nu ook een
arteriële O2 spanning van 100 mmHg en
een arteriële CO2 spanning van 40
mmHg.
3. Partiële druk (sowieso examenvraag) WET VAN DALTON: Px=Fi x (PB−PH2O)
De partiële druk van een gas X (PX) in een gasmengsel is gelijk aan het product van:
De totale gasdruk (de barometer Pb) en de volumefractie van dat gas (Fi)
, Menselijke fysiologie
K.De Soomer
- Fi = volumefractie van dat gas
- PH2O = waterdampspanning = 47 mmHg
- Zuurstofdruk buiten (PiO2) > zuurstofdruk in de longen
- CO2 druk buiten (0 mmHg) < CO2 druk in de longen
Luchtdruk buiten (barometerdruk Pb) = 1 atmosfeer = 1013 hPa = 760 mmHg
=een barometer meet de volledige luchtdruk, wij werken met droge lucht dus moet je de
waterdampspanning er nog afdoen
- luchtdruk in de bergen wordt lager aangezien de lucht ijler wordt (minder luchtdeeltjes:
botsen tegen elkaar en zorgen zo voor druk, minder O2 en meer N2)
- Zuurstofdruk buiten hangt af van luchtdruk en zuurstoffractie (ook waterdampspanning)
- Partieel drukverschil = deeldruk die gas ve gasmengsel uitoefent, als het alleen zou zijn
- Hoeveelheid waterdamp stijgt wanneer het warm of vochtig is
Vraag 1: Wat is de pO2 van het vochtige, ingeademde gas van een bergbeklimmer op de
Mount Everest bij een barometerdruk van 247 mmHg?
0.209 . (247 – 47) = 41,8 mm Hg (denk ik?)
Vraag 2: Wat is de pO2 in de buitenlucht?
De partiële waterdampspanning in de buitenlucht is 10 mmHg.
De droge buitenlucht heeft 21 procent O2, en 78 procent stikstof. De barometerdruk is
gemiddeld op zeeniveau 760 mmHg, dus de 21 procent van O2 is 159 mmHg (=partiële
spanning)
Inspiratie lucht: Waterdampspanning is 47 mmHg. De N2 en O2 zijn wat lager.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller geertvanneylen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.40. You're not tied to anything after your purchase.