1. Microscopische technieken
Microscopen (Totale vergroting = vergroting oculair (10) * vergroting objectief (4, 10,40 of 100))
o Lichtmicroscoop
o Donkerveldmicroscoop (voor levende bacteriën)
o Fase-contrastmicroscoop (voor levende bacteriën)
o Fluorescentiemicroscoop
o Elektronenmicroscoop
Kleurtechnieken
Cellen zijn
kleurloos
Eerst kleuren
o Gramkleuring Paarse kleur – lugol (jodium) – alcohol - roze kleurstof
Grampositief
Dikke celwand houdt paarse kleurstof vast
Gramnegatief
Dunnere celwand laat paarse kleurstof los
tegenkleuren met roze kleurstof
o Oplossend vermogen!
,2. Morfologie van bacteriën
2.1 grootte, vorm en groepsverband
Cytoplasma celwand/ -membraan buitenomgeving
Metabole activiteiten Vorm, stevigheid, isolatie en uitwisseling van de stoffen in en uit de cel
Snelheid van interne reacties is afhankelijk van de hoeveelheid contactoppervlak
Hoe groter het celoppervlak ten opzichte van het volume van de cel hoe meer uitwisseling, hoe
sneller het metabolisme.
Relatie tussen celvolume (V) en celoppervlak (S).
Oppervlakte van een bol met straal r: S=4 . π . r 2
S =3
V r
Volume van een bol met straal r: 4
V = . π . r3
3
Verhouding S/V is niet constant
Hoe kleiner de straal, des te groter de verhouding S/V
Elektronentransport en oxidatieve fosforylatie (waar bij eukaryoten?)
Functie: productie ATP
Afscheiding exo-enzymen
Receptoren
, Selectieve barrière
Cytoplasma
o 80% water
o Eiwitten, suikers, vetten, ionen, laag-moleculaire stoffen
hoge osmotische druk (tegen celwand geduwd)
o Geen cytoskelet, geen cytoplasmastroming
Genetisch materiaal
o Één circulair chromosoom dsDNA
o Negatief geladen associatie met Mg2+ of polyaminen
o Geen kernmembraan
o Lengte DNA: 1mm Kluwen = supercoil = opgerold DNA
o Plasmiden
Kleine, extrachromosomale, circulaire dsDNA
moleculen
Autonoom
5 à 100 genen
Kunnen doorgegeven worden
Ribosomen
o 3000-10000/cel
o Functie
Synthese van eiwitten
o Bestaat uit
2 subeenheden: rRNA + eiwitten (≠ eukaryoten)
Insluitsels
o Granulen ( kleine korrels)
Kunnen aanwezig zijn in bepaalde species
Opslagplaats voor reservestoffen
Volutine-granulen: fosfaatreserve: lange ketens polyfosfaat: 1
Zetmeel-granulen: polysacchariden
Glycogeen: ‘dierlijk zetmeel’
Vetgranulen: poly-β-hydroxybutyraat (PHB) ‘BIOPOL’: 2
Zwavelgranulen: elementair S (S-bacteriën)
Gasvacuolen: verticale beweging in water
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller astleray. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.