Samenvatting GNKZVN
Week 1: Verloskunde: normale en gestoorde zwangerschap; normale
bevalling
Merck manual – aandoeningen bij vrouwen – normale zwangerschap –
zwangerschap en zwangerschapsduur vaststellen
Wanneer een vrouw over tijd is, kan ze met behulp van een zwangerschapstest
zelf vaststellen of ze zwanger is. Met een zwangerschapstest kan HCG (humaan
choriongonadotrofine, productie door placenta) in de urine worden aangetoond.
Een arts of verloskundige stelt via bloed- of urineonderzoek vast of een vrouw
zwanger is. In de eerste 60 dagen van een normale zwangerschap van één
foetus, verdubbelt de hoeveelheid HCG in het bloed ongeveer elke 2 dagen.
Nadat de zwangerschap is vastgesteld, wordt er geïnformeerd wanneer de vrouw
voor het laatst heeft gemenstrueerd. De zwangerschapsduur wordt uitgedrukt in
weken, beginnend bij de eerste dag van de laatste menstruatie. De
waarschijnlijke bevallingsdatum wordt berekend door vanaf de eerste dag van de
laatste menstruatie 3 kalendermaanden terug te tellen en bij die datum 1 jaar en
7 dagen op te tellen. Een bevalling die 3 weken voor of 2 weken na de
uitgerekende datum plaatsvindt, wordt als normaal beschouwd.
De ovulatie valt meestal ongeveer 2 weken na het begin van de menstruatie en
de conceptie vindt meestal kort na de ovulatie plaats. Een vrouw die 4 weken
zwanger is, draagt een embryo van 2 weken oud. En zwangerschap duurt
gemiddeld 266 dagen, gerekend vanaf de dag van de bevruchting of 280 dagen,
gerekend vanaf de eerste dag van de laatste menstruatie wanneer de vrouw
regelmatig menstrueert. De zwangerschap wordt in drie perioden van 3 maanden
verdeeld: het eerste trimester (0-12 week), het tweede trimester (13-24 week) en
het derde trimester (25-tot aan de bevalling).
Merck manual – aandoeningen bij vrouwen – normale zwangerschap –
lichamelijke veranderingen
Doelstelling: de normale zwangerschap: lichamelijke veranderingen en
verloskundige zorg
Bij bepaalde symptomen die zich tijdens een zwangerschap voordoen, moet
onmiddellijk een arts geraadpleegd worden. Dit is onder andere het geval bij:
- Aanhoudende hoofdpijnen
- Aanhoudende misselijkheid en aanhoudend braken
- Duizeligheid
- Gezichtsstoornissen
- Hevige pijn of krampen in onderbuik
- Weeën
- Vaginaal bloedverlies
- Vruchtwaterverlies
- Gezwollen handen of voeten
- Verminderde of toegenomen urineproductie
- Elke ziekte of infectie
Algemene gezondheidstoestand: veel vrouwen hebben last van
vermoeidheid, vooral de eerste 12 weken en aan het eind van de zwangerschap
voldoende rust.
Voortplantingssysteem: rond de 12e week van de zwangerschap kan de buik
van de vrouw door de groter wordende baarmoeder dikker worden. In de loop van
de zwangerschap wordt dit steeds meer. De normale vaginale afscheiding, die
helder of witachtig is, neemt vaak toe. Wanneer de afscheiding een ongewone
1
,kleur of geur heeft of met vaginale jeuk of een branderig gevoel gepaard gaat,
moet de vrouw de arts raadplegen.
Borsten: de borsten worden meestal groter omdat ze door hormonen op de
melkproductie worden voorbereid melkklieren nemen geleidelijk in aantal toe
en kunnen melk gaan produceren. In de laatste weken van de zwangerschap
kunnen de borsten colostrum gaan produceren, wat ook de eerste dagen na de
bevalling wordt geproduceerd rijk aan mineralen en antilichamen.
Hart en bloedsomloop: het hart van de vrouw moet harder werken omdat het
meer bloed naar de baarmoeder moet pompen naarmate de foetus groter wordt.
Aan het eind van de zwangerschap gaat 1/5 van het bloedvolume van de vrouw
naar de baarmoeder. Tijdens de zwangerschap neemt de hoeveelheid bloed die
door het hart wordt rondgepompt met 30-50% toe. De hartfrequentie stijgt van
de normale 70 slagen/min in rust voor de zwangerschap tot 80-90 slagen/min.
Ongeveer 6 weken na de bevalling is het niveau van voor de zwangerschap
bereikt.
Omdat het hart harder werkt, kunnen bepaalde hartgeruisen en
onregelmatigheden in het hartritme voorkomen normaal. Bepaalde
hartritmestoornissen moeten wel worden behandeld.
Meestal daalt in het 2e trimester de bloeddruk, maar in het 3e trimester kan deze
weer op het normale niveau van voor de zwangerschap komen.
Het bloedvolume neemt toe met 50%. De hoeveelheid vocht in het bloed neemt
sterker toe dan het aantal rode bloedcelen lichte anemie.
De groter wordende baarmoeder bemoeilijkt de bloedstroom vanuit de benen en
het bekkengebied naar het hart oedeem, vooral in de benen. Vaak ontstaan er
spataders in de benen en vulva.
Urinewegen: de nieren moeten harden werken. Ze filteren een steeds groter
wordende hoeveelheid bloed bereikt zijn max. tussen de 16e en 24e week en
blijft tot kort voor de bevalling op dat niveau. Aan het eind van de zwangerschap
neemt de nieractiviteit meer toe wanneer de vrouw op haar zij gaat liggen. Door
op de linkerzij te liggen, vermindert de druk die de vergrote baarmoeder
uitoefent op de belangrijkste ader die het bled uit de benen afvoert
bloedstroom verbetert, nieractiviteit neemt toe.
Luchtwegen: door de toegenomen productie van progesteron, worden de
hersenen tot een verlaging van de kooldioxidespiegel in het bloed aangezet
sneller en dieper ademen om meer kooldioxide uit te ademen en de
kooldioxidespiegel laag te houden. Doordat er meer bloed wordt rondgepompt,
wordt het slijmvlies van de luchtwegen meer doorbloed en zwelt dit wat op
luchtwegen raken vernauwd.
Spijsverteringskanaal: misselijkheid en braken, vooral in de ochtend, komen
veel voor hoge concentraties oestrogeen en HCG. Met ander voedsel of een
ander voedingspatroon kunnen de misselijkheid en het braken worden verlicht.
Wanneer de misselijkheid en braken zo ernstig zijn of zo lang aanhouden dat er
uitdroging, gewichtsverlies of andere problemen ontstaan, kan de behandeling
met een antibraakmiddel nodig zijn. Ook kan de vrouw tijdelijk in het ziekenhuis
worden opgenomen i.v. vocht toedienen.
Maagzuur en oprispingen komen veel voor, mogelijk omdat voedsel langer in de
maag blijft en omdat de sluitspier onder aan de slokdarm de neiging heeft zich te
ontspannen, waardoor de maaginhoud naar de slokdarm kan terugstromen.
2
,Naarmate de zwangerschap vordert, kan obstipatie ontstaan toenemende druk
van de steeds groter wordende baarmoeder op de endeldarm en het onderste
deel van de darmen. Het kan verergeren doordat de hoge progesteronspiegel
tijdens de zwangerschap vertragend werkt op de onwillekeurige, golvende
spiersamentrekkingen in de darmen.
Hemorroïden (aambeien) kunnen het gevolg zijn van de druk van de groter
wordende baarmoeder of van obstipatie.
Huid: een zwangerschapsmasker, melasma, is een vlekkerige, bruine
pigmentatie van de huid op het voorhoofd en de wangen. Ook de huid rond de
tepels kan donkerder worden. Vaak is er ook een donkere streep in de lengte over
het midden van de buik te zien kan ontstaan doordat de placenta een hormoon
produceert dat de melanocyten stimuleert.
Op de buik verschijnen soms striae snelle groei van de baarmoeder en stijging
van de contracties bijnierhormonen. Kleine bloedvaten kunnen een rood
stervormig patroon op de huid vormen, meestal boven de taille stervormig
angioom/angioma stellatum.
Hormonen: zwangerschap heeft invloed op bijna alle hormonen in het lichaam,
voornamelijk door de effecten van de hormonen die de placenta produceert.
De oestrogeen- en progesteronspiegels stijgen vroeg in de zwangerschap. HCG,
het belangrijkste hormoon dat de placenta aanmaakt, zet de eierstokken namelijk
aan tot een aanhoudende productie van deze hormonen.
In de zwangerschap hebben de veranderingen in de hormoonspiegels invloed op
de manier waarop het lichaam glucose verwerkt. In het begin van de
zwangerschap kan de BG-spiegel licht dalen, maar in de 2 e helft kan deze stijgen
meer insuline nodig, die door de pancreas wordt geproduceerd bestaande
DM kan verergeren of DM ontstaat.
Spieren en gewrichten: de gewrichten en –banden in het bekken van de vrouw
worden soepeler en elastischer groter wordende baarmoeder krijgt meer
ruimte en het lichaam wordt voorbereid op de bevalling.
Merck manual – aandoeningen bij vrouwen – normale zwangerschap –
medische zorg tijdens de zwangerschap
Doelstelling: de normale zwangerschap: lichamelijke veranderingen en
verloskundige zorg
Het is verstandig om van te voren een arts/verloskundige te raadplegen over het
zo gezond mogelijk laten verlopen van een zwangerschap. De vrouw moet vragen
naar factoren die haar gezondheid of die van de groeiende foetus kunnen
schaden. Enkele van deze factoren zijn het gebruik van tabak of alcohol en
blootstelling aan mogelijk schadelijke stoffen. Contact met katten of
kattenuitwerpselen die buiten leven moet vermeden worden toxoplasmose kan
worden overgedragen, dit is een Protozoa-infectie waardoor de hersenen van de
foetus beschadigd kunnen raken. Rodehond (rubella) kan aangeboren afwijkingen
veroorzaken.
Nadat de zwangerschap is bevestigd, moet de vrouw zich lichamelijk laten
onderzoeken (bij voorkeur tussen week 6 en 8). Het eerste onderzoek is zeer
uitgebreid: gewicht, lengte en bloeddruk, vroege echoscopie. Er wordt bloed
afgenomen en onderzocht Hb-gehalte bepalen, onderzoek op infectieziekten
en aanwijzingen voor immuniteit tegen rodehond. De bloedgroep en resusfactor
worden bepaald. Ook wordt een Hiv-test aangeraden. Soms wordt er een
urineonderzoek en een uitstrijkje gemaakt om eventuele baarmoederhalskanker
op te sporen. Wanneer de vrouw resusnegatief bloed heeft, wordt dit op
3
, antilichamen tegen de resusfactor onderzocht. De aanwezigheid van
resusantilichamen kan bij een foetus met resus+ bloed ernstige problemen
veroorzaken. Als de antilichamen in het bloed van de vrouw vroegtijdig worden
ontdekt, kan de arts maatregelen nemen om de foetus te beschermen. Vrouwen
van Afrikaanse afkomst worden onderzocht op sikkelcelanemie als bij een eerste
controle een zeer laag Hb-gehalte is vastgesteld. Een TBC-test is bij alle vrouwen
aan te raden.
De zwangerschapscontroles vinden tot aan de 26 e week van de zwangerschap
elke 4 weken plaats, vervolgens tot aan de 30 e week elke 3 weken en tot aan de
36e week elke 2 weken en tot aan de bevalling iedere week.
Bij controle kan urine op suiker worden onderzocht suiker in urine kan wijzen
op DM. Vrouwen die dit hebben moeten worden onderzocht worden op DM,
evenals vrouwen die eerder een grote baby hebben gehad, om onduidelijke
redenen een doodgeboren baby hebben gehad, vrouwen die te zwaar zijn of die
een naaste familielid hebben met DM. De urine wordt op eiwit onderzocht
wanneer er een verhoogde bloeddruk wordt vastgesteld. Proteïnurie kan wijzen
op preëclampsie hoge bloeddruk die tijdens de zwangerschap ontstaat en
waarbij eiwitverlies via de nieren optreedt.
Merck manual – aandoeningen bij vrouwen – normale weeën en bevalling
– bevalling
Doelstelling: de normale bevalling
Bevalling: passage van de foetus en de placenta uit de baarmoeder naar de
buitenwereld.
Veel vrouwen willen liggend bevallen. Ook kan de vrouw een halfopgerichte
positie aannemen tussen liggen en zitten. Ook zittend bevallen op een baarkruk
is mogelijk. Tijdens het verloop van de bevalling wordt de vagina onderzocht om
de positie van het hoofd van de foetus te bepalen. De vrouw wordt gevraagd om
met elke wee te persen om het hoofd van de foetus door haar bekken te helpen
bewegen en om de vaginale opening op te rekken steeds groter deel van het
hoofd verschijnt. Wanneer 4-5 cm van het hoofd is verschenen, wordt er een
hand op het hoofd van de foetus geplaatst om de voortgang van de foetus te
controleren. Wanneer het hoofd staat, worden hoofd en kin voorzichtig door de
vaginale opening geleid om te voorkomen dat de weefsels van de vrouw
scheuren.
Een forceps (verlostang) is een metalen instrument met afgeronde kanten die om
het hoofd van de foetus passen wanneer de foetus in nood is of de bevalling te
lang duurt.
Een episiotomie (inknipping) wordt niet als een routineprocedure beschouwd en
wordt alleen uitgevoerd wanneer dit nodig is voor een onmiddellijke bevalling
knip in weefsel tussen perineum en vaginawand onder plaatselijke verdoving. Als
de kringspier rond de opening van de anus wordt beschadigd, geneest hij vaak
goed, mits de arts de spier onmiddellijk hecht.
Wanneer het hoofd van de baby is verschenen, draait het lichaam een kwartslag
zodat de schouders gemakkelijk één voor één zichtbaar worden rest volgt
meestal snel.
Na de geboorte van de baby legt de arts/verloskundige een hand op de buik van
de vrouw om te controleren of de baarmoeder zich samentrekt. De placenta laat
meestal binnen 3-10 min. na de bevalling los van de baarmoederwand
hoeveelheid bloed stroomt naar buiten. Meestal kan de vrouw zelf de placenta
naar buiten persen. Wanneer dit niet kan en vooral als ze hevig bloedt, oefent de
arts/verloskundige stevige neerwaartse druk uit op de buik van de vrouw
placenta laat los en komt naar buiten.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller liannewildeman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.