100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Uitwerking leerdoelen AF PIP $5.76
Add to cart

Summary

Samenvatting Uitwerking leerdoelen AF PIP

 0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Hierbij een uitwerking van alle leerdoelen A&F OWE 6/7 (PIP). Zelf heb ik dit tentamen in 2022 gehaald.

Preview 3 out of 21  pages

  • No
  • Meerdere relevante hoofdstukken
  • January 31, 2022
  • 21
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Anatomie en Fysiologie
Week 1
1. De student kan de oögenese (eicelontwikkeling) en spermatogenese (zaadcelontwikkeling)
beschrijven.
Eicelontwikkeling
Als het embryo vier weken oud is, ontstaan er stamcellen in de net aangelegde ovaria. Zo’n stamcel
wordt een oogonium genoemd. Tot aan de vijfde maand van de foetale ontwikkeling vermeerderen
de stamcellen zich door mitose. Ondertussen beginnen deze cellen aan de meiose. Je noemt ze dan
primaire oöcyten. De meiose 1 stopt in een vroeg stadium. De verdere ontwikkeling blijft slapend tot
puberteit.
Elke primaire oöcyt wordt in de eierstok omgeven door een laag follikelcellen. Het geheel is een
onrijpe ei-follikel. Vanaf de puberteit wordt er 1 keer per vier weken een primaire oöcyt hormonaal
geactiveerd om de meiose 1 te voltooien.
Na deze deling ontstaan er twee haploïde cellen, waarvan de ene veel groter is dan de andere.
Respectievelijk secundaire oöcyt en poollichaampje. Hier stopt de meiose opnieuw.
Secundaire oöcyt komt vrij in eileider. Poollichaampje verdwijnt. Nog steeds is eicel niet helemaal
rijp. Dit gebeurt pas bij meiose 2 en dit is wanneer een spermatozoön de eicel binnendringt.




Zaadcelontwikkeling
Begint in de eerste maanden van de embryonale ontwikkeling. In de vierde week ontstaan
stamcellen in de wand van de zaadbuisjes van de zich ontwikkelde testis. Deze stamcellen worden
spermatogonia genoemd. Zij zijn diploïd en liggen in de wand van de zaadbuisjes. Vanaf de puberteit
gaan de spermatogonia onder invloed van mannelijke hormonen delen. Dit zijn mitotische delingen
waarbij primaire spermatocyten ontstaan. Worden in richting van zaadbuisjes geduwd en maken
meiose 1 door, waardoor ze haploïd worden en secundaire spermatocyten heten. Bij deze cellen
voltrekt zich vervolgens meiose 2. De cellen worden spermatiden genoemd. Deze differentiëren in
rijpe spermatozoa.

Dus:
Rijpe geslachtscellen zijn haploïd; ze hebben de helft van het aantal chromosomen dat in
normale lichaamscellen voorkomt. Hiertoe ondergaan toekomstige geslachtscellen een
meiose. De meiose bestaat uit twee fasen:
1. Halvering van het aantal chromosomen
2. Mitotische deling van de twee cellen die na de meiose 1 ontstonden

, De eicelontwikkeling: stamcel  oogonium  begin meiose 1  primaire oöcyt  einde
meiose 1  secundaire oöcyt  eicel wordt bevrucht  meiose 2.
De zaadcelontwikkeling: stamcel  spermatogonium  primaire spermatocyt  meiose
1  secundaire spermatocyt  meiose 2  spermatiden  spermatozoa.

2. De student kan de menstruele cyclus en ovariële cyclus beschrijven en hierin de verschillende
fasen onderscheiden.
Menstruele cyclus
Fase 1 menstruatiefase (bloedingsfase): duurt ongeveer 5 dagen. Treedt op wanneer er geen
bevruchting heeft plaatsgevonden. Corpus luteum is bezig te vergaan en produceert geen oestrogeen
en progesteron meer.
Daling van progesteron  vaatkrampen in de bloedvaten van het endometrium.
Baarmoederslijmvlies grotendeels afgesloten. Bloedverlies via vagina.
Fase 2 proliferatiefase (opbouwfase): vijfde tot de vijftiende dag. Dikte van het endometrium neemt
geleidelijk toe. Deze fase staat onder invloed van oestrogeen uit de follikelcellen van het ovarium:
oestrogene fase.
De proliferatiefase eindigt na de ovulatie, wanneer de graaffollikel gaat veranderen in het corpus
luteum.
Fase 3 secretiefase (afscheidsfase): vijftiende tot achtentwintigste dag. Het corpus luteum in het
ovarium zet de oestrogeenproductie voort en gaat progesteron produceren. Doorbloeding
endometrium neemt toe. Optimale conditie voor eventuele innesteling. Onder invloed van
progesteron deze fase: gestagene fase.

Ovariële cyclus
Gereguleerd door de gonadotrope hormonen uit de adenohypofyse.
Begint met rijping van een eifollikel. Dit proces in gang gezet door FSH. De eifollikel wordt rijper en
beginnen nu oestrogeen te produceren. Oestrogeen:
- Koppelt de hypofysevoorkwab negatief terug wat betreft de vorming van FSH. Productie FSH
neemt af.
- Stimuleert de hypofysevoorkwab om LH af te geven. LH bevordert het rijpingsproces van de
eifollikel en vervolgens de ovulatie.
Onder invloed van LH verandert de graaffollikel na de ovulatie in het corpus luteum. Dit gaat nu ook
progesteron produceren. Negatieve terugkoppeling waardoor LH-productie weer afneemt.

3. De student kan de invloed van gonadotrope hormonen bij de man beschrijven.
Gonadotrope hormonen bij man zijn: FSH en ISCH. Deze hormonen zetten de gonaden aan tot de
vorming van geslachtshormonen: ontwikkeling van geslachtscellen.

4. De student kan de invloed van gonadotrope hormonen bij de man beschrijven. weet in grote
lijnen op welke manier de erfelijke informatie van ouders wordt doorgegeven aan het kind
en welke overervingsprincipes een rol kunnen spelen bij het overdragen van genetische
aandoeningen.
FSH stimuleert de spermatogenese in de zaadbuisjes.
De leydigcellen in de testes produceren onder invloed van ICSH het mannelijke hormoon testosteron.
Testosteron:
- Bevordert en handhaaft de secundaire geslachtskenmerken.
- Stimuleert spermatogenese en de werking van zaadblaasjes en prostaat.

Overerving:
- Replicatie: verdubbelen DNA. Hierna kan cel gaan delen:
- Mitose: groei, reparatie.

, Meiose: voortplanting.




Dezelfde genen: homozygoot.
Verschillende genen: heterozygoot.

_________________________________________________________________________________
Week 2
1. De student kan beschrijven hoe de conceptie tot stand komt.
Wanneer een spermatozoön een eicel binnendringt. Daarna worden twee haploïde setjes genetisch
materiaal gemengd tot een nieuwe unieke diploïde set.

Zaadcel op weg naar eicel is 15 cm en duurt 12 tot 24 uur. Om zure milieu in vagina te overleven is
heeft sperma een hoge pH. Bereiken de eileider. Wanneer een eicel binnendringt, verandert de eicel
in een ondoordringbare barrière. Vrijwel tegelijkertijd voltooid de eicel de meiose 2. Eenmaal
binnengedrongen verliest de zaadcel zijn staart, middenstuk en hals. Vervolgens smelten beide
kernen samen  zygote.

2. De student kent globaal de ontwikkeling die de embryo/ foetus doormaakt van het moment
van conceptie tot het moment van geboorte.
Embryonale ontwikkeling
Vanaf het eencellig stadium tot ongeveer 9 weken. In deze periode nestelt het embryo zich in het
endometrium en ontwikkelen zich de placenta en de navelstreng. De embryonale ontwikkeling
eindigt wanneer alle orgaanstelsels zijn aangelegd. Dan spreken we van een foetus.
- Eerste tot vierde week
Ongeveer 24 uur na bevruchting ondergaat de zygote de eerste mitose. Mitose zonder plasmagroei
wordt klievingsdeling genoemd. Na ongeveer 40 uur delen de twee cellen weer en ontstaan vier, elk
weer half zo kleine, cellen. Na nog twee klievingsdelingen is er een massief bolletje van 16 cellen
ontstaan  morula.
Vier tot vijf dagen oude embryo is een met vocht gevuld blaasje  blastocyste. Aan één kant van de
blastocyste is een groepje cellen geconcentreerd. Hieruit ontstaat embryoblast.
Het embryo is nu zo ver dat innesteling in endometrium kan plaatsvinden. Dat gebeurt ongeveer 6
dagen na de bevruchting.
In de derde week van de embryogenese wordt een derde kiemblad, het mesoderm, gevormd tussen
het ectoderm en het entoderm in. Uit elk van de drie kiembladen zullen zich specifieke orgaanstelsels
gaan ontwikkelen.
- Vierde tot negende week
Embryo voert een draaiing van 180 graden uit.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller roosver6. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.76. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64232 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$5.76
  • (0)
Add to cart
Added