Balans heeft 2 kanten: actief en passief kant
Je hebt zelf een bedrijfje: bv vastgoedkantoor
Je pompt zelf geld in je bedrijf: dit is de oorsprong van je gemogen, namelijk het geld komt van jou.
Wat doe je met dat geld? Je gaat het investeren in bezittingen die zich in de actieve kant bevinden.
Met dat geld koop je een auto, mueibilair, dat zijn allemaal manieren om met je geld om te gaan. Dus
2 kanten: je kijkt van waar je geld komt, wat de oorsprong ervan is en je gaat dat geld ergens voor
gebruiken. Oorsprong -> gebruik.
Met die wagen die je hebt aangekocht ga je rondrijden, klanten bezoeken, zo haal je commissie
binnen, die commissie is ook opbrengst. Ik ga ook benzine in de wagen doen, benzine is een kost
voor mij.
Je vermogen laat je dus toe om je business te runnen, een business runnen betekend winsten en
kosten maken.
Balans: actief en passief.
Bij actief hebt je vaste en vlottende activa. Vaste activa zijn de bezittingen die langdurig in het bedrijf
aanwezig zijn dus het is niet de bedoeling dat je die snel uit je bedrijf haalt (langdurig betekent meer
dan een jaar). Dus dat betekent dat de wagen die je aankoopt langdurig in het bedrijf moet blijven,
ook het kantoor dat je aankoopt moet langdurig in het bedrijf blijven. Vlottende activa zijn
realiseerbare activa. Bv als je meubelhandelaar bent is het de bedoeling dat je onderandere stoelen
en kasten verkoopt, je hebt dus stock. Het is niet de bedoeling dat je die stoelen en kasten lang blijft
bijhouden, het is de bedoeling dat je die zo snel mogelijk verkoopt. Je wil deze dus zo snel mogelijk
weg hebben om zo geld binnen te krijgen. Dus alle zaken die realiseerbaar zijn (met de bedoeling om
die om te zetten in liquide middelen, geld), dat zijn vlottende activa. Je kan ze ook omzetten in
vorderingen maar het is niet de bedoeling dat vorderingen gewoon vorderingen blijven, vorderingen
moeten omgezet worden in geld uiteindelijk dus dat zijn ook vlottende activa.
Je merkt op dat je in die opdeling 2 grote delen hebt. Je kan een ordening maken aan de actief kant
en die ordening is gebaseerd op liquiditeit. Dus datgene wat het minst snel omzetbaar is in geld zet je
bovenaan en hetgene dat het snelst omzetbaar is in geld zet je beneden. Dus dat betekent dat
bovenaan dingen staan zoals kantoren, terreinen. Waarom staan die vanboven? Omdat als je die wil
omzetten in geld, dus verkopen, dat gaat een tijd duren omdat je allerlei documenten gaat nodig
hebben, notaris moet contacteren,… dat duurt misschien wel 6 maand. Terwijl het meest liquide
gewoon het geld is dat ik in mijn kas heb. Ik doe mijn kas open en ik haal daar 100 euro uit, dat is het
meest liquide.
De balans werkt altijd volgens bovenstaande structuur. Dus bij het actieve deel heb je een opdeling is
vaste en vlottende activa, geordend van hetgene dat het minst snel omzetbaar is in geld naar
hetgene dat het snelst omzetbaar is in geld.
Passieve kant: je eigen vermogen is eigenlijk een schuld van jezelf naar het bedrijf dat je zelf bezit. Dit
klinkt raar maar het is wel zo. Dat eigen vermogen is dus het geld dat je er zelf inpompt. Dit blijf ook
langdurig in het bedrijf, het is niet de bedoeling om na 1 jaar het eigen vermogen terug weg te halen.
De ordening op de passieve kant is volgens de graad van opeisbaarheid. Hetgeen dat minst snel
opeisbaar is dat staat vanboven. Het eigen vermogen is het minst snel opeisbaar terwijl het vreemd
vermogen op korte termijn snel opeisbaar is, dat ga je snel moeten terugbetalen. Bv ik doe een
aankoop van een wagen bij de garagist, dat betekend dat ik de garagist moet betalen want die gaat
geen jaar wachten op zijn geld. Dus dat is snel opeisbaar.
Een goede balans is dat het langdurig vermogen (dus eigen vermogen en vreemd vermogen op lange
termijn) de vaste activa dekt. Want als je je wagen en kantoor gaat financieren met korte termijn
vermogen dan heb je een probleem want je betaald dat geld terug maar als je dat geld terugbetaald
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller StudentjeVastgoed1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.08. You're not tied to anything after your purchase.