Samenvatting dierenartsassistentie technieken
Hoofdstuk 1: Fixatie en immobilisatie van de verschillende diersoorten
Fixatie en immobilisatie van de hond:
• Aan de leiband en kop vasthouden met beide handen
• Om een hond neer te leggen kan men lichtjes aan de voor- en achterpoot trekken die het
dichtst bij jou staan. De hond glijdt tegen je buik op tafel en de poten blijf je vasthouden
zodat de hond niet kan rechtkomen.
• Hondenvanger gebruiken bij onhandelbare honden (is een stang met aan het uiteinde een
lus dat rond de hals aangesnoerd wordt)
• Muilkorf of muilband gebruiken
• Bij operaties kan er kussen en touwtjes gebruikt worden om de hond te fixeren.
Fixatie en immobilisatie van de kat:
• Best lost op tafel laten en tegenhouden dat ze niet van de tafel springt
• Kat vasthouden bij het nekvel
• Dwangkooi bij onhandelbare katten
• Kat kan in onderzoekstas of handdoek geplaatst worden
Als een kat moeilijk te vangen is kan men een vangkooi gebruiken
• Kattenvanger voor onhandelbare katten (is een tang met een lang handvat waarmee op
een afstand de kop gefixeerd kan worden en in een transportkist of dwangkooi gestopt
worden.)
• Bij operaties kan er kussen en touwtjes gebruikt worden om de kat te fixeren.
Fixatie en immobilisatie bij het rund:
• Halter van touw gebruiken voor aan het hoofd
• Neusknijper gebruiken om het rund te kalmeren en af te leiden
• Een spanbeugel of melkbeugel of de staart omhoogsteken zorgt ervoor dat het rund niet
meer kan slaan
• Peesklem wordt op achillespees dichtgeschroefd, door de druk zal het rund het
achterbeen op de heffen
• Klauwbehandelingsbox is nodig voor pedicure
Fixatie en immobilisatie bij het schaap en de geit:
• Een halter (zoals bij rund) of halsband
• Het schaap kan op de achterhand geplaats worden om geschoren te worden of pedicure
te krijgen
• Bij een keizersnede wordt het schaap op haar rechterzijde gelegd met de poten
vastgebonden
Fixatie en immobilisatie bij het paard:
• Halster
• Neuspraam of neusknijper (hierbij komen edorphines vrij waardoor het paard rustiger
wordt, dit heeft maar 10 à 15 minuten effect)
• Als er een behandeling moet gebeuren aan 1 been dan kan een ander been opgetild
worden. Het paard kan dan minder gemakkelijk stampen
• Gekluisterd: er wordt een koord gespannen die rond de achterbenen gaan onder de borst
door en rond de hals. Als het paard dan wil stampen zal de hals naar beneden getrokken
worden
• Tijdens castraties of andere operaties: zal men boeien om de kogels binden en de benen
samenbinden
• Veulen fixeren: hand vooraan de hals te leggen en een hand op de staartbasis
Fixatie en immobilisatie bij het varken
• Neusstrop (in de mond en rond de neus wordt aangesnoerd)
• Met een drijfplank door een nauwe doorgang te jagen
Fixatie en immobilisatie bij dierentuindieren:
• Gebruik maken van transportkisten (daarom zijn de kisten niet veel groter dan het dier dat
erin zit)
• Herten: gebruikt men een crushbox (dieren gaan via een trechtergang een nauwe kist in.
Deze kist heeft weinig voetenruimte en schuine wanden. Als het dier in de box staat, klapt de
bodem weg en hangen de dieren op buiken)
Hoofstuk 2: Het algemeen klinisch onderzoek
Wat moet er allemaal in een signalement komen bij een klinisch onderzoek:
Gegevens van het dier Gegevens van de eigenaar
• Naam • Naam
• Identificatie (chipnummer) • Adres
• Diersoort • Telefoonnummer!
• Ras • Eventueel een email adres
• Geslacht (al dan niet gecastreerd?)
• Leeftijd
• Haarkleur
• Lichaamsgewicht
• Grootte
• Vaccinatiestatus
Anamnese: zijn gerichte vragen die gesteld worden aan de eigenaar van het dier. De vragen
die gesteld kunnen worden, kan men in 4 groepen onderverdelen:
• Vragen naar de klacht/reden van consultatie: welke symptomen, hoe lang heeft het dier
deze symptomen
• Algemene info over het functioneren van het dier: eet en drinkt het normaal? Urineert en
ontlast het dier zich normaal?, is het dier slomer of actiever? Is er abnormaal gedrag?
• Leefomstandigheden van het dier: hoe lang is het dier al bij de eigenaar, zijn er nog
andere huisdieren, is het dier mee geweest naar buitenland, verandering in voeding of
omgeving?
• Voorgeschiedenis van het dier: is het dier geopereerd of recent gevaccineerd, neemt het
dier medicatie, welke?
Algemene indruk let je best op de volgende zaken:
• Bewustzijnsniveau: is het dier alert, comateus, sloom, ….
• Gedrag: agressie, veel krabben, …
• Houding van het dier
• Gang: mankt het dier?
• Gewicht van het dier: weeg het dier
• Vacht: dof, alopecie, verkleuringen, huidpigmentatie
• Abnormale geluiden: uitgesproken ademhalingsgeluiden, borrelend geluid in de darmen,
hoesten & niezen, knappende geluiden bij lopen
Ademhaling onderzoeken: De ademhaling moet bekeken worden in rust en kan van opzij
en bovenaf bekeken worden.
Hierbij onderscheiden we 4 vormen:
• De costo-abdominale ademhaling: hierbij werken de ademhalingsspieren (intercostale) en
het diafragma samen.
• Pendelende ademhaling: de buik neemt af in bij het inademen. Dit kan komen bij een
ruptuur van het diafragma
• Een costale ademhaling: wordt gezien bij bv. erge koliek of buikpijn
• Een abdominale ademhaling: ziet men een buikpers op het einde van het uitademen. Dit
kan komen doordat de elasticiteit van de longen ster verminder is (pneumonie)
Dyspnee: bemoeilijkte ademhaling
Tachypnee: een versnelde ademhaling
Bradypnee: een vertraagde ademhaling
Apnee: ademhalingsstilstand
Palpatie pols: Het dier staat recht en de onderzoeker zet zich achter het
dier. De vingertoppen zoeken naar de arteria femoralis in de driehoek van
Scarpa. Altijd bilateraal palperen.
Waar op letten bij palpatie pols?
• Kracht: is de polsslag duidelijk voelbaar?
• Regelmaat: is de pols mooi in een continu ritme? Wat is de frequentie?
• Equaliteit: wordt elke slag even hard gevoeld?
• Symmetrie: wordt de pols goed gevoeld in zowel de linker als de rechter arterie?
• Synchroniteit: is de pols synchroon te voelen met de hartslag?
Temperatuur meten: wordt rectaal gemeten met glijmiddel op de top van thermometer als
het dier in rust is.
Vacht en huid onderzoeken:
• Dichtheid van de haren
• Pruritus of jeuk (otopedale reflex bij bv. aanwezigheid van vlooien)
• Geur
• Zijn er losse haren
• Alopecie
• Ectoparasieten? (kijk vooral op warme plaatsen zoals de lies en de oksels)
• Kleur van de huid en eventuele huidbloedingen
• Dikte van de huid
• Oplichtbaarheid en turgor van de huid
• Temperatuur van de huid
• Oedeem
Slijmvliezen beoordelen:
De bovenlip wordt omhoog gedaan terwijl de kop gefixeerd wordt. De conjunctiva kan
bekeken worden door het onderste ooglid met de duim naar beneden te trekken. Eventueel
kan ook het slijmvlies van de vulva geïnspecteerd worden. Je kijkt of de kleur normaal
lichtroze is of deze afwijkt.
• Gele slijmvliezen: kan leverproblemen betekenen
• Bleke roze slijmvliezen: kan anemie betekenen
• Blauwe slijmvliezen: kan cyanose (zuurstoftekort) betekenen
Capillaire vullingstijd (CVT of CRT) bij de slijmvliezen: Met een vinger wordt er kort op de
slijmvliezen van de mond gedrukt en losgelaten. Hierdoor zal een witte vlek ontstaan. Hoe
snel deze witte vlek terug roze wordt na het loslaten is de capillaire vullingstijd. Normaal is de
CVT niet langer dan 1 seconde
Vochtigheid van de slijmvliezen: moeten nat en blinkend zijn. Plakkerige slijmvliezen
kunnen wijzen op dehydratatie.
Bloedingen aan de slijmvliezen: Puntbloedingen kunnen wijzen op trauma,
vaatafwijkingen, stollingsproblemen, …
Controleren van gebit:
• Zien of het gebit volledig is
• Of er nog melktanden aanwezig zijn
• Zien of er tandsteen aanwezig is
• Zien of tandvlees rood of gezwollen is
Lymfeknopen palperen
Lymphonodi mandibulares:
• Gelegen ventraal van de kaakhoek
• Altijd te voelen
Lymphonodi parotidei
• Onder de oorspeekselklier
• Normaal niet te voelen
Lymphonodus retropharyngeus medialis
• Tussen atlas en larynx, wordt bedekt door de m. brachiocephalicus
• Normaal niet te voelen
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller estherplatini. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.06. You're not tied to anything after your purchase.