In mijn samenvatting staat een duidelijke samenvatting over de stof van hoofdstuk 3 van maatschappijleer uit het boek Dilemma, de verzorgingsstaat (inc. plaatjes en tabellen)
Deze samenvatting werkt voor mij heel goed, dus misschien voor jou ook!!
Succes met leren!
Wie moet zorgen voor de zieken? (hangt af van waarden die we centraal stellen)
Verzorgingsstaat: samenleving waarin de overheid zich garant stelt voor materiële en immateriële
voorzieningen voor alle burgers:
- Materiële: pensioen, uitkering, vergoeding
- Immateriële: psychische hulp
3 mechanismen hulp/inkomsten te produceren en verdelen:
1) Overheid: zorg regelen mensen die zorg/hulp/ondersteuning nodig hebben
Overheidsbeleid: ouderen zo lang mogelijk thuis: want verpleeghuis kost geld als ze toch
willen particulier verpleeghuis
Voordeel: alle mensen hebben hetzelfde recht op zorg/ondersteuning = gelijkheid
Nadeel: ondersteuning is via wetten geregeld iedereen moet verplicht meebetalen
(premie) voor hulp die ze zelf niet nodig hebben
- Overheid= gelijkheid (sociaaldemocraten)
- Markt= vrijheid (liberalen)
- Particulier initiatief= naastenliefde (christendemocraten)
Overheid Markt Particulier initiatief
Voordeel: voor iedereen Voordeel: zelf kiezen Voordeel: geen belasting
Nadeel: belasting Nadeel: duur Nadeel: kost tijd/expertise
Waarde: gelijkheid Waarde: vrijheid Waarde: naastenliefde
Partij: sociaaldemocraten Partij: liberalen Partij: christendemocraten
Taken van de overheid
Welvaart: nivelleren: kloof arm/rijk kleiner maken (gelijke kansen)
Welzijn: onderwijs (overheid betaalt subsidie)/ zorg (mentaal/fysiek)
2) Markt: zorgaanbieders sluiten contract zorgvragers (in vrijheid/ basis wederkerigheid)
Zorgvragers en -aanbieders bepalen welke zorg en wat betalen eens= contract
Voordeel: keuzevrijheid
Nadeel: duur (niet voor iedereen betaalbaar) bevat geen zorg/steun
3) Particulier initiatief: regulering doordat mensen elkaar ondersteunen zonder
winstoogmerk op basis van naastenliefde (familie/vrienden/buren)
Vrijwillig: dus geen wederkerigheid/wettelijke verplichting
Bv: georganiseerd vrijwilligerswerk/ mantelzorg
Voordeel: geen belasting
Nadeel: tijd/expertise
Mantelzorg: zorg door familieleden/buren/vrienden gebaseerd op affectieve relatie die zij hebben met
degene die die zorg nodig heeft (ze kunnen ook plek regelen privé- verpleeghuis
Voordeel:
- Banden tussen mensen in samenleving versterkt
- Kost de samenleving geen geld
Nadeel: geen ondersteuning als mensen geen sociaal netwerk hebben
= Reguleringsmechanismen: Mechanisme om in samenleving goederen/diensten te
produceren/verdelen (overheid, markt, particulier initiatief)
zorg/hulp/ondersteuning keuze tussen 3
Welfare triangle: figuur waarin mechanismen staan afgebeeld
Meningsverschillen politieke partijen:
1) Liberalen (vrijheid): voorkeur markt als reguleringsmechanisme
Voordeel= vrijheid in keuze= efficiënt gebruikmaken van middelen/welvaart
Nadeel= concurrentie: alleen best presterende (lage prijs/hoge kwaliteit) dus geen gelijkheid
2) Sociaaldemocraten (gelijkheid): SP/PvdA: Voorkeur overheid als reguleringsmechanisme
op basis van wetgeving zorg/hulp herverdelen
Iedereen (ook zwakkeren) zorg
Op markt ‘’verliezen zwakkeren van sterkeren’’
3) Christendemocraten (naastenliefde): samenleving elkaar nodig/elkaar zorgen
Paragraaf 2: Verzorgingsstaat: betutteling of noodzaak?
Kinderwetje van Houten (1874): verbod kinderarbeid kinderen tot 12
Tegenstanders: Geen taak van overheid bemoeien kinderarbeid (overheid afzijdig dient
houden van ingrijpen maatschappelijk leven)
Voorstanders:
- Welzijn van de kinderen
- Belang overheid lichamelijke/geestelijke ontwikkeling individu
3 theorieën ontstaan verzorgingsstaat: verklaring steeds grotere overheidsbemoeienis
THEORIE 1: ABRAM DE SWAN
Interdependentie: onderlinge/ wederzijdse afhankelijkheid
- Ontstaan arbeidsdeling: agrarische evolutie later steeg bij industrialisatie (mensen werden
klein schakeltje van een groter productieproces)
Externe effecten: iemands gedrag negatieve effecten anderen (bv: ziek= negatief werkgever/
armoede= wegvallen koopkrachten)
Dilemma van collectieve actie (free-rider probleem): samenwerking om problemen op te
lossen kan belemmerd worden door de angst dat anderen profiteren van die collectieve
oplossing zonder daar zelf aan mee te werken.
- Men verwacht dat eigen initiatief geen effect zal hebben
- Oplossing: overheid dwingt iedereen bij te dragen aan oplossen collectieve probleem
DUS: de verzorgingsstaat is geen gevolg van altruïsme (behulpzaam) en solidariteit met de
minderbeelden maar het gevolg van welbegrepen eigenbelang van de beter gesitueerden
(welvarender)
THEORIE 2: ABEIDSBEWEGING
Door opkomst industriële samenleving ontstaan arbeidsklasse= arbeiders
Arbeidsomstandigheden= slecht verzet hiertegen= kwam door arbeidsbeweging
Na ophef verbod 1866 partijen arbeiders
Instemmen voorstel: omdat ze eens waren/ of bang voor arbeidersrevolutie (pragmatische
reden instemmen sociale wetgeving)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller resideboer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.68. You're not tied to anything after your purchase.