Leven met een chronische
huidaandoening Samenvattingen + vragen
Inhoudsopgave
HC weerstand Basis .......................................................................................................................................... 2
HC farmacologie Cremes, pasta’s en andere vehicula ..................................................................................... 13
HC pigmentstoornissen + sociale context + therapie ...................................................................................... 19
HC gepigmenteerde huid ................................................................................................................................ 33
HC Allergie ..................................................................................................................................................... 44
HC huidmicrobioom, droge en gevoelige huid ................................................................................................ 48
HC kleurenleer ............................................................................................................................................... 59
HC zon en de huid (zonnebrandcremes) ......................................................................................................... 64
HC dermatologie Eczemen deel 1 en 2 ............................................................................................................ 68
HC weerstand infecties................................................................................................................................... 76
HC Psoriasis en Ichtyosis ................................................................................................................................ 85
HC gedragsverandering en communicatie ...................................................................................................... 91
HC psychologie deel 1 t/m 3 ......................................................................................................................... 108
HC dermatologie huidinfecties bij eczeem.................................................................................................... 128
HC ingredientenleer en penetratievermogen ............................................................................................... 132
HC Jeuk ........................................................................................................................................................ 144
HC antihistaminica ....................................................................................................................................... 150
Elke ziekte heeft een oorzaak.
Etiologie van een ziekte= oorzaak van een ziekte
Idiopathisch= oorzaak van de ziekte is niet bekend.
In normale situaties kunnen cellen op prikkels reageren en zich aan de prikkel aanpassen.
Als de weerstand goed is dan zijn kleine verstoringen niet erg, dan regelt ons lichaam het
helemaal zelf. De cel blijft in evenwicht met zijn omgeving en er vindt geen verandering in
structuur en functie plaats. Het is wel afhankelijk van het soort prikkel, hoelang de prikkel
heeft geduurd en het soort cel dat is getroffen.
Het aanpassingsvermogen van de cel hangt af van:
- Soort cel
- Celdelingsfase
- Cel leeftijd
- Cel conditie
Als de prikkel heel erg sterk is en het duurt lang of de cel heeft geen mogelijkheden of
eigenschappen om te herstellen dan kunnen er veranderingen optreden in de structuur van
de cel:
- Hypertrofie: de cel wordt groter (leidt tot keloïd)
- Hyperplasie: het aantal cellen neemt toe
- Metaplasie: cellen gaan zich in een andere richting differentiëren
- Neoplasie: autonome celgroei/ bijv. tgv oncogene virussen.
Regressieve cel veranderingen
Een achteruitgang (regressie) in de functie en structuur van de cel.
Door het inwerken van de Noxe kunnen er verschillende dingen gebeuren:
- Cel herstelt (als de prikkel niet meer aanwezig is)
- Cel verandert
- Cel gaat dood (necrose)
Achteruitgang in functie en structuur op cel en weefselniveau:
2
, - Degeneratie – ophoping van abnormale substanties in of tussen de cellen:
• Hydrophische degeneratie (opslag van te veel waterige stof)
• Vettige degeneratie (opslag van te veel lipiden)
• Hyaliene verandering
• Mucoide verandering
• Dystrofische calcificaties (opslag van te veel kalk)
- Atrofie – cel wordt kleiner en aantal cellen neemt ook af
- Necrose (vb. gangreen= een zwarte verkleuring van het necrotisch weefsel)
• Regeneratie (de cellen worden vervangen door gelijkwaardige cellen)
• Reparatie (de cellen worden vervangen door bindweefsel, er komt litteken)
• Dood treedt in (te veel cellen zijn doodgegaan)
Hoe beschermt ons lichaam zich tegen noxe?
Noxe:
- De aard en intensiteit
- De tijd dat men eraan blootgesteld wordt
Hoe beschermen we ons?
Afweer:
- Aspecifiek
- Specifiek
En
- Cellen kunnen op prikkels reageren en zich aan de prikkel aanpassen.
Weerstand is de sleutel tot herkenning, want immuunsysteem of afweersysteem beschermt
het lichaam tegen ziekte door onderscheid te maken tussen ‘lichaamseigen’ en
‘lichaamsvreemd.’
Elke vreemde substantie waarmee het lichaam in aanraking komt en die wordt herkend als
‘lichaamsvreemd’ en het afweersysteem activeert, wordt een antigeen genoemd.
Immuniteit is de onvatbaarheid van het lichaam voor infectieziekten.
Aspecifieke afweersysteem (aangeboren afweersysteem)= is al aanwezig bij de geboorte
en zorgt voor onmiddellijke bescherming tegen alle mogelijke antigenen. Het voorkomt dat
ziekteverwekkende micro-organisme (pathogenen) het lichaam binnendringen en zich daar
verspreiden.
Natuurlijke immuniteit zit standaard in ons lichaam ingebouwd:
- Fysische barrière
- Eiwitten
- Cellen
Verdedigingsmechanisme aspecifieke afweer, eerste verdedigingslinie:
Fysieke barrière: huid en slijmvliezen
Chemische barrière: zweet, talg en maagzuur
Trilhaarepitheel luchtwegen.
3
, Tweede verdedigingslinie:
Pathogenen die de huid en slijmvliezen weten te passeren, krijgen te maken met de
leukocyten (witte bloedcellen).
Door de aspecifieke weerstand ontstaan een ontsteking.
Specifieke afweersysteem (verworven afweersysteem)= heeft een geheugen en berust
op het vermogen om specifieke antigenen bij een volgend contact te herkennen
(immunologisch geheugen). Zodra het specifieke afweersysteem met een bepaald antigeen
in aanraking is geweest, kan het lichaam snel reageren op een volgende blootstelling aan
dat antigeen.
Vb. vaccinaties, herhaalde infectie.
Bij een herhaalde infectie wordt de bacterie/virus veel sneller door T geheugen cellen in
contact gebracht met geheugen B cellen. Hierdoor snellere vorming plasmacellen en
immunoglobuline.
Kenmerkend is het aspect van het geheugen, dat wil zeggen dat de immuniteit pas ontstaat
na contact met een micro-organisme.
Welke cellen zijn betrokken bij de afweer?
Witte bloedcellen (leukocyten) onderverdeeld in granulocyten:
- Neutrofiele granulocyten
- Eosinofiele granulocyten
- Basofiele granulocyten
Monocyten – circuleren in de bloedbaan. Verlaten ze de bloedbaan dan worden het
macrofagen genoemd. Macrofagen zitten dan in het bindweefsel en wachten op de vijand.
Lymfocyten (alle cellen die betrokken zijn bij de afweer):
- T-lymfocyten
- B-lymfocyten
Granulocyten
- Door de vaatwand heen
- Fagocytose van bacteriën (fagocytose=opeten van cellen/bacteriën)
- Werken is minder dan bij dat van macrofagen
Monocyten (macrofagen)
- De monocyten ontstaan in het beenmerg, na enkel dagen in de bloedbaan nestelen
zij zich als macrofagen in het weefsel.
- Macrofagen zijn aanwezig in bindweefsel/ huid/ darmwand/ longblaasjes.
Macrofagen werking:
- Fagocytose
- Afscheiding cytokine: aantrekken granulocyten en monocyten
- Antigeen presenteren aan specifieke immuunsysteem
- Afgifte interleukie: lymfocyten lokken naar geïnfecteerd weefsel
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kirstenwolfs1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $24.41. You're not tied to anything after your purchase.