ALGEMENE PSYCHOLOGIE
HOOFDSTUK 1: WAT IS PSYCHOLOGIE?
EEN DEFINITIE VAN PSYCHOLOGIE
Wetenschappelijke studie van het gedrag met als doel deze gedragsevidentie te gebruiken
om de interne processen te begrijpen die aan dit gedrag ten grondslag liggen
Systematisch empirisme is dé methode = experimenten opzetten waarin we een
variabele manipuleren en zien wat het effect is op gedrag
(bv: effect van videogames op agressie)
ONTWIKKELINGEN RICHTING PSYCHOLOGIE
16de en 17de eeuw -> observatie werd dé wetenschappelijke methode en dit bracht vragen
met zich mee over menselijke informatieverwerking
EERSTE STUDIES OVER MENSELIJKE INFORMATIEVERWERKING
De persoonlijke fout : discussie rond feilbaarheid van de menselijke waarneming
Precies vaststellen wanneer een hemellichaam een bepaalde lijn aan de hemel
overschrijdt -> moeilijk tegelijk naar telescoop en klok kijken
Snelheid van informatieverwerking (Von Helmholtz) : snelheid van zenuwimpulsen meten =
30 m/s
Donders’ substractiemethode : nagaan hoeveel tijd het kost om 2 zaken van elkaar te
onderscheiden
Experiment:
Conditie 1: steeds dezelfde stimulus aangeboden (bv: ki) -> proefpersoon moest zo snel mogelijk
herhalen = a-reactie (eenzelfde reactie op eenzelfde stimulus)
Conditie 2: alle lettergrepen door elkaar aangeboden -> proefpersoon moest ze allemaal zo snel
mogelijk herhalen = b-reactie (discriminatie van de stimulus en keuze van het antwoord)
Conditie 3: alle lettergrepen aangeboden -> proefpersoon moest enkel ‘ki’ herhalen = c-reactie
(discriminatie van de stimulus)
Tijd meten tussen stimulus en antwoord
Mentale chronometrie -> techniek waarbij men de psychologische processen in
informatieverwerking probeert te achterhalen door te kijken naar de tijd die mensen
nogid hebben om allerhande taken uit te voeren
HET ONTSTAAN VAN DE PSYCHOLOGIE
, Wundt : eerste psychologische onderzoekslaboratorium in Leipzig => Waarneming
Binet : Toegepaste psychologie (bv: intelligentietest)
William James : Psychologie in functie van de maatschappij
Watson : behaviouristische psychologie gesteund op de natuurwetenschappelijke methode
HET BEHAVIOURISME
Enkel observeerbaar, meetbaar gedrag vormt het onderwerp van psychologisch onderzoek
en theorievorming
Methode uit de natuurwetenschappen meest succes dus die overnemen (positivisme)
3 cruciale kenmerken:
1) Replicaties (duidelijke definities) : onderzoek moet op zo’n manier voorgesteld
worden dat het repliceerbaar is = operationele definitie
2) Onderscheid maken tussen onafhankelijke en afhankelijke variabelen :
onafhankelijke zijn karakteristieken van de situatie en afhankelijke is het gedrag
3) Beschrijven van de precieze relatie tussen de onafhankelijke en de afhankelijke
variabelen in de vorm van een wiskundige wet
Bv: Computerspelletjes (onafhankelijke variabele) zorgen voor agressie (afhankelijke
variabele) , operationele definitie geven aan de variabelen, wetmatigheid (ov>av) , effect
meten van ov op av
COGNITIEVE PSYCHOLOGIE
<-> behaviorisme (S-R)
S-C-R -> stimulus lokt cognitie uit en dat heeft invloed op het gedrag (= context bepaalt hoe
we iets interpreteren)
ONDERZOEKSMETHODEN IN DE PSYCHOLOGIE
BESCHRIJVEND ONDERZOEK
Observeren en beschrijven
Via vragenlijsten: vragen aan mensen die ervaring hebben met het onderwerp,
Via interviews: open, gerichte, mondelinge vragen in interactie met bevraagde
(gestructureerd of niet-gestructureerd)
, Via opiniepeilingen: korte, snelle inventaris van opinies over het onderwerp bij een grote
representatieve steekproef (hieruit kunnen conclusies worden getrokken voor de hele
populatie)
Via psychologische testen: menselijke eigenschappen en vaardigheden die aan zorgvuldig en
uitgebreid vooronderzoek onderworpen werden (verzamelen van objectieve gegevens)
CORRELATIONEEL ONDERZOEK
Inzicht in de verbanden tussen de verschillende waarnemingen
Correlatie = mate waarin twee variabelen met elkaar samenhangen en de mate waarin
wijzigingen in de ene variabele gepaard gaan met wijzigingen in de andere
Variabele = elk kenmerk dat kan veranderen en gemeten worden
EXPERIMENTEEL ONDERZOEK
Onderzoekers manipuleren variabele en kijken of dit een effect heeft op een andere
variabele
BIOLOGISCHE FOCUS
Oogbewegingen geven aan waar we naar kijken
Pupilgrootte geeft aan hoe interessant we iets vinden
Heatmaps tonen waar mensen eerst naar kijken
EEG (= ELECTROENCEPHALOGRAM) -> meet elektrische activiteit van de hersenen
Adhv elektrodes kunnen we de miniscule elektrische veranderingen meten die in de
hersenen plaatsvinden
Waar en wanneer in de hersenen wordt bepaalde info verwerkt
Rapid-eye-movement (REM) : hersenen doen
vergelijkbare dingen als je wakker bent
Bv: als er iets onverwachts gebeurt, zie je dat in de hersenen
, BEELDVORMING
PET-scan (positron emissie tomografie)
geen beeld van de hersenen, maar wel van wat ze aan het doen zijn
niet meer zo belangrijk
MRI (magnetic resonance imaging)
Mensen een taak laten doen in de hersenen, waar vindt het zich plaats ?
Meer in gebruik
HOOFDSTUK 2: DE BIOLOGISCHE BASIS VAN HET GEDRAG
DE HEDENDAAGSE PSYCHOLOGIE
= Natuurwetenschappelijke methode (behaviorisme) met oog voor tussenliggende processen (S-C-R)
-> cognitieve psychologie
3 aspecten samen: cognitief, sociaal-cultureel en biologisch aspect
HET NEURON
Talrijk aanwezig -> 1 cel kan enkel vuren of niet vuren -> in combinatie = krachtig netwerk
Pas in 1880 beschreven
Veel psychologische gedragsproblemen gerelateerd aan neuronale transmissie (geen causaal
verband)
3 delen
1) Knopen van Ranvier : versterking door opnieuw ionenoverdracht
2) Isolatie over het axon myelineschede : zorgt ervoor dat ionenoverdracht niet kan
plaatsvinden, dus enkel elektronische overdracht
3) Axon : afstand die info kan afleggen in onze hersenen, geven info door aan ontvangend
neuron via axonuiteinden
Elektrochemische werking onderbroken door isolatie -> enkel elektrische snelle
overdracht -> versterking door knopen van Ranvier
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marietourlousse. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $13.38. You're not tied to anything after your purchase.