100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting: als opvoeden niet vanzelf gaat gehele boek $7.81   Add to cart

Summary

Samenvatting: als opvoeden niet vanzelf gaat gehele boek

 73 views  2 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Gehele boek samengevat !

Preview 4 out of 53  pages

  • No
  • Unknown
  • June 19, 2022
  • 53
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Als opvoeden niet vanzelf gaat ( gehele boek )


1. Wat is orthopedagogiek?

Opvoedingsimpasse: spanningen binnen het gezin of daarbuiten die ontstaan als het opvoeden
niet vanzelf gaat of als de ontwikkeling van het kind stagneert. Dit proces bestaat uit
verschillende stappen:
1. De opvoeder constateert dat de ontwikkeling van het kind niet in de door hem
gewenste richting verloopt.
2. De opvoeder heeft tot op dat moment naar beste kunnen geprobeerd om de
ontwikkeling van het kind in de gewenste richting te beïnvloeden.
3. Tijdstip 1: de opvoeder is van mening dat hij daar niet in geslaagd is.
4. De opvoeder ziet geen bevredigende middelen meer om de ontwikkeling van
het kind in die richting te beïnvloeden.
5. De opvoeder mist de verwachting dat hij zelfstandig binnen een acceptabele
termijn bevredigende middelen zal vinden.
6. Dit besef gaat gepaard met pijnlijke emoties bij de opvoeder.

Bij opvoeden is er altijd sprake van een dynamisch proces en wederzijdse beïnvloeding,
het kind ontwikkelt zich en de opvoeder voedt op. Naast doelgerichte en bewuste
pedagogische handelingen is een belangrijk accent de invloed van de dagelijkse omgang
met elkaar, de sfeer of de wijze waarop de opvoeder voorleeft wat hij belangrijk vindt.

Opvoeden is volgens Van Dale: lichamelijk en geestelijk vormen; grootbrengen.

Opvoeden is volgens Kok: het in relatie staan van opvoeders en opvoedelingen, waarin
de opvoeder zich als persoon, als zijn wijze van mens-zijn presenteert, een klimaat
creëert dat persoonlijkheidsgroei bevordert en leefsituaties zo hanteert dat deze
optimale kansen bieden voor zelfontplooiing. Het gaat niet om het resultaat, maar om de
relatie met het kind. Het is een samen op weg zijn, zonder het waarheen te kennen.

Opvoedersperspectief: hoop en verwachting op een toekomst, waar vervuld gaat worden
wat er nog niet is, ook nog niet gekend is, maar wat gewenst en gehoopt wordt.

Kindperspectief: datgene wat ‘sluimerend in het jonge kind’ aanwezig is, en in de loop van
de ontwikkeling steeds meer gaat ‘ontwaken’.

Er wordt geen accent meer gelegd op het opvoedingsdoel, maar op de kwaliteit van de
opvoeding.
Dit komt door:
• Het is moeilijk om een eindpunt voor het opvoeden te bepalen.
• De richting waarin wordt opgevoed, is voor een groot deel cultureel bepaald
en daarmee ook tijd- en plaatsgebonden.
• De opvoeding wordt ook bepaald door culturele en ecologische factoren.

Opvoeding is volgens Kok een functioneel en intentioneel proces:
• Het functionele karakter van de opvoeding is de continue onderlinge
betrokkenheid van de deelnemers aan het opvoedingsproces.




1

, • Het intentionele proces is het doelgericht invloed uitoefenen op het kind om
het kind iets te leren.

Pedagogische civil society is dat de hele omgeving betrokken is in de opvoeding van het kind.
Pedagogiek is de leer van de opvoeding oftewel opvoedkunde (pais = kind en agooge =
opvoeding).

Van IJzendoorn en De Frankrijker geven als omschrijving: de besturing van de
opvoeding, het onderwijs en de hulpverlening aan kinderen en jeugdigen, met het oog
op verbetering van de praktijk.

Niveaus van omgaan met problemen in de opvoeding:
1. Nadenken over opvoeding en gedrag door ouders, leerkrachten etc. en
‘standaardvoorbeelden’ uitproberen.
2. Niveau van de praktijkgerichte theorie; het inschakelen van deskundigen en
professionals (bij dreiging van een opvoedingsimpasse).
3. Wetenschappelijke niveau; onderzoek dat bijdraagt aan algemene
theorievorming.

Orthopedagogiek: de wetenschap die zich bezighoudt met bijzondere of specifieke
opvoeding en het in zijn ontwikkeling belemmerende kind. Het verschil met pedagogiek
is dat orthopedagogiek problemen met kinderen ziet als opvoedingsproblemen. Ten
tweede richt de orthopedagogiek zich op de opvoeding die speciaal moet worden
aangepast aan de behoeften van het kind i.p.v. op de gewone opvoeding.

Rispens geeft de volgende definitie van orthopedagogiek: De wetenschap die zich in
onderzoek en theorievorming richt op de beschrijving van de aard en de achtergronden
va het ontstaan van opvoedings-, ontwikkelings- en schoolproblemen bij kinderen en
jeugdigen, met oog op onderkenning, behandeling en preventie.

Bladergroen definieerde orthopedagogiek als: de leer van de opvoeding van het
afwijkende kind. Ze hield zich bezig met leermoeilijkheden en presenteerde haar theorie
van het partieel defect waarin ze ervanuit ging dat het defect behandelbaar en
oplosbaar is.

De voortdurende vraag naar eigen identiteit van de orthopedagogiek heeft met het
volgende te maken:
• Het is een jonge wetenschap en maar in een aantal landen bekend.
• Het heeft zich ontwikkeld vanuit de medische wetenschap.  Het werk- en
onderzoeksterrein is divers.

Bleidick beschrijft vier gezichtspunten op de problemen die de orthopedagogiek bestudeert:
• Het individueel theoretisch paradigma: de nadruk ligt op de beperking als een
medische categorie (bijv. een stoornis).
• Het interactioneel-theoretisch paradigma: een handicap wordt opgevat als een etiket
en dat voldoet niet aan de verwachtingen van de omgeving. Dit oordeel staat
centraal.
• Het systeemtheoretisch paradigma: de handicap wordt gezien als consequentie van
de eisen van een (pedagogisch) systeem. Er wordt niet genoeg afgestemd, dat leidt
tot uitval.




2

, • Het maatschappijtheoretisch paradigma: de handicap is in deze opvatting het
product van de samenleving, want de samenleving veroorzaakt de handicap door
zich niet aan te passen.




3

, Vliegenhart geeft aan dat een kind geen passieve ontvanger is in de opvoeding.
Of orthopedagogische zorg nodig is, is volgens Vliegenhart afhankelijk van:
• De aard en de ernst van de stoornis: het gaat om stoornissen die
langere tijd van invloed zijn op de ontwikkeling en de opvoeding.
• De vraag of er speciale hulpmiddelen en technieken nodig zijn om de
negatieve gevolgen van de stoornis zoveel mogelijk te boven te komen.
• De vraag of het kind hulp nodig heeft om met de stoornis te kunnen
leven.

De Ruyter spreekt van een stagnerende opvoeding. Orthopedagogiek is de
wetenschap van het hulpverlenen aan betrokkenen in een stagnerende
opvoeding. Het gaat niet om het afwijkende kind, maar om de opvoedingsvraag
van de opvoeder.

Ter Horst maakt een omschrijving van alle componenten met betrekking tot
orthopedagogisch terrein:
• Het kind met een specifieke vraagstelling
• De opvoeder die zoekt naar de betekenis achter het gedrag van het
kind en die probeert daar en pedagogisch antwoord op te geven.
• De situatie die gekenmerkt wordt door handelingsverlegenheid bij de
opvoeders en waarbinnen ook andere personen en/of factoren uit de
omgeving invloed hebben op de opvoeding.

Kok legt ook de nadruk op de opvoeding. Hij ziet de opvoeding als proces, waar
opvoeder en kind actief in participeren. Het gaat er niet om wat het kind heeft,
maar wat het kind vraagt. Rispens is het hier niet mee eens en hij wil terug naar
de ontwikkelingsproblemen van het kind omdat dit objectief is. Van Acker is ook
tegenstander van het begrip problematische opvoedingssituatie. Hij is van
mening dat geen enkel opvoedingsproces probleemloos verloopt. Van Acker
richt zich vooral op de ontwikkeling van pedagogische strategieën om opvoeders
in hun taak bij te staan.

In de orthopedagogiek zien we twee verschuivingen:
• Verschuivingen in het grensgebied tussen pedagogiek en
orthopedagogiek
• Verschuivingen in het grensgebied tussen orthopedagogiek en kinder-
en jeugdpsychiatrie.

Het zorgsysteem is zo overbelast dat er grote wachtlijsten ontstaan. Volgens
Hermanns ligt dit aan:
• Het jeugdtolerantieniveau van onze samenleven, namelijk dat mensen
weinig kunnen hebben van de jeugd. Kwajongensstreken worden
maatschappelijke problemen.
• De pyschopathologisering van problemen, want er wordt veel
makkelijker hulp gezocht met professionals.
• De criminalisering, het gedrag van jongeren wordt gezien als crimineel
gedrag.

Jeugdzorg is meer nadruk gaan leggen op verantwoordelijkheid en zichzelf
indekken, in plaats van op het zoeken naar oplossingen die het beste werken
voor kinderen en hun gezinnen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nikkibruinen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.81. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76669 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.81  2x  sold
  • (0)
  Add to cart