Hoofdstuk 1, 3, 4,5, 6, 7 en 9 van het boek Politiek & Politicologie van Edwin Woerdman & Erwin Krol zijn samengevat aan de hand van leerdoelen. De leerdoelen zijn:
- Kennis hebben van de politicologische basisthema’s en deze toe kunnen passen op hedendaagse casuïstiek;
- Kennis hebben van de ...
Kennis hebben van de politicologische basisthema’s en deze toe kunnen passen op hedendaagse casuïstiek.
Hoofdstuk 1
Het politieke → het gegeven dat er tussen mensen altijd in meer of mindere mate sprake is van onenigheid.
De definitie politiek kan op verschillende manieren worden gedefinieerd. Tijdens de lessen hanteren wij de
definitie van Van Deth & Vis.
• Politiek → een situatie waarbij de overheid betrokken is of betrokken zou moeten zijn.
• Rol overheid staat centraal;
• Definitie strekt verder dan de betrokkenheid van de overheid.
Politiek probleem → een als ongewenst en veranderbaar beschouwde situatie, waarbij de overheid
betrokken is of zou moeten zijn.
Politiek kan verder beschreven worden in de volgende termen:
• De overheid
• Verdelingsvraagstukken
o De verdeling van geld
o De verdeling van macht
o De toedeling van waarden
• Collectieve actieproblemen → het eigen belang conflicteert van elk individu in een bepaalde
mate met het eigenbelang van ieder ander individu.
o Elk individu zal zijn eigen eigenbelang nastreven, echter is het collectieve resultaat dat
niemands eigen belang gediend is. → individuele rationaliteit botst met collectieve
rationaliteit.
▪ Vb: een grote weide wordt in gebruik gegeven aan boeren om daar schapen te
houden. Meer ‘gratis’ eten waardoor alle boeren meet schapen kopen, ‘als ik het
niet doe dan doet mijn collega het wel’. Het eindresultaat is dat de weide over
begraasd raakt.
o Doet zich voor bij vrij toegankelijke goederen, maar ook bij publieke goederen/
collectieve goederen → ondeelbare en niet-uitsluitbare goederen zoals dijken.
▪ Ook sprake bij publieke goederen omdat mensen free riders zijn. Iedereen doet
zijn eigenbelang tekort, ‘waarom zou ik betalen voor dijken als ik toch niet kan
worden uitgesloten?’.
o De drie manieren om collectieve-actieproblemen op te lossen:
1. overheidsingrijpen
▪ De verschillende instrumenten voor het oplossen door middel van
overheidsingrijpen:
• Fysieke instrumenten
o Zelf publieke goederen produceren.
▪ Vb: dijken en straatlantaarns.
• Juridische instrumenten
o Command and control → door te normeren met wetgeving,
regulering en handhaving.
▪ Vb: verbod om huishoudelijk afval op straat te gooien.
• financieel-economische instrumenten
o door subsidies te geven, belastingen en accijnzen te heffen op
boetes op te leggen.
▪ Vb: subsidies voor zonnepanelen.
• communicatieve instrumenten
o door burgers of bedrijven te beïnvloeden en te informeren.
, ▪ Vb: overheidscampagnes voor energiebesparing.
2. de verleiding om te ‘free-riden’ verkleinen
3. moraal, normen, waarden en tradities
o het institutional Analysis and Development (IAD) Framework helpt om te verklaren
wanneer collectieve-actieproblemen worden opgelost zonder de hulp van
overheidsinterventie.
De 7 dilemma’s rondom fundamentele waarden (Hoogwerf):
1. Publiek vs privaat
2. Democratie vs leiding
3. Vrijheid vs gelijkheid
4. Eenheid vs verscheidenheid
5. Idealisme vs realisme
6. Doelmatigheid vs aanvaardbaarheid
7. Orde vs verandering
De 4 algemene wetenschappelijke benaderingen:
• Politicologie
o Vier centrale vragen:
1. Vraag omtrent het object
2. Vraag omtrent de centrale begrippen
3. Vraag omtrent de wetenschappelijke strategieën
4. Vraag omtrent de wetenschappelijke benaderingen
a. Vergelijkende politicologie (vergelijken naar tijd en/of plaats)
a. Beleid VVD 1978 en VVD nu
b. E- campaigning bij Europese verkiezingen
b. Theoretische politicologie ( zuivere theorieën)
a. Trias politica hoe de politiek zou moeten werken
c. Empirische politicologie ( het toetsen van theorieën aan feitelijke gegevens)
a. Onderzoeken hoe de politiek werkt in de praktijk
b. Onderzoek naar referenda
d. Normatieve politicologie verbonden met politieke filosofie ( het vraagstuk van
de gewenste politieke orde)
a. Rechtvaardigheidstheorie van Rawis.
Hoofdstuk 3
Belangrijke begrippen:
• Staat → een organisatie die binnen een bepaald grondgebied het legitieme geweldsmonopolie
bezit.
o De overheid is de algemeen erkende leiding van de staat.
▪ Leiding door de regering en het parlement.
• Interne en externe soevereiniteit → staatsgezag is hoogste gezag binnen staat (interne) en
staatsgezag is niet ondergeschikt aan andere staten (externe).
• Overheid →de algemeen erkende leiding van een staat, belast met het hoogste gezag.
• Nationale staat → natie gaat samen met de staat.
• Poldermodel → gericht op consensus van overheid, werkgevers, werknemers en vakbonden.
• Constitutionele monarchie → staatsvorm waarin de Koning als staatshoofd aan grondwettelijke
regels is gebonden.
o Ministeriële verantwoordelijkheid → niet de Koning maar de ministers zijn
verantwoordelijk voor het regeringsbeleid, art. 42 lid 2 GW.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dunyavanzanten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.27. You're not tied to anything after your purchase.