Gebitsontwikkeling en orthodontie 2
Neutro-relatie
De term relatie wordt gebruikt om de relatie tussen de kaken aan te geven
Neutro/klasse I-occlusie
De mesiale knobbel van de eerste bovenmolaar valt in de bucco-mesiale groeve van
de eerste ondermolaar
Sagittaal
Front: SOB/overjet
Zijdelingse delen: neutro, mesio of
disto
Verticaal
Front: VOB = normaal circa 1/3
overlap tussen boven- en onderfront
Diepe beet (palatumbeet?)
Openbeet
Distorelatie (kaak):
De onderkaak staat ten opzichte van de bovenkaak naar achteren (dorsaal)
Disto-occlusie (gebit):
Als de ondertandboog in verhouding tot de boventandboog te ver naar dorsaal ligt,
wordt dat een disto-occlusie (klasse II afwijking) genoemd.
, Kaakrelatie: distorelatie
Occlusie:
molaren rechts = disto occlusie.
Cuspidaat rechts = neutro
Frontocclusie:
Sagittal: vergrootte sob/overjet
Verticaal: diepe beet
Frontocclusie: sagittaal: vergrote sob/overjet
o Verticaal: diepe beet
An
Bij een disto-occlusie kent men een variatie in sagittale front occlusie
Angle klasse II/I Angle klasse II/II
Frontocclusie: sagittaal: vergrote Frontocclusie: sagittaal:
sob/overjet retrusie/inversie van 2 of meer front
o Verticaal: diepe beet elementen.
Verticaal: diepe beet
Mesio-relatie Let op de variatie in frontocclusie!
De onderkaak staat ten opzichte van de
bovenkaak naar voor (ventraal)
Occlusie en relatie: (LET OP de variatie in
frontocclusie!)
Mesiorelatie
Mesio-occlusie
Als de ondertandboog ten opzichte van die
boven te veel naar ventraal (mesio-occlusie) ligt,
dan spreekt men van een mesio-occlusie.
, Traumatische occlusie
In geval van een traumatische occlusie is er sprake van een abnormale
occlusale belasting waardoor er schade aan het parodontium
veroorzaakt kan worden of is veroorzaakt.
Bij een kruisbeet in het front kan de traumatische beet resulteren in
een gingivale recessie van de betrokken tand.
De mate van afwijking in zijdelingse delen wordt
weergegeven in premolaarbreedtes:
Bv. knobbels recht op elkaar ½ pb disto
Disto-occlusie:
De bucco-mesiale groeve van de eerste
ondermolaar ligt naar dorsaal t.o.v. de
mesiale knobbel van de eerste bovenmolaar.
Hoeveel? Uitdrukken in premolaarbreedte.
Let op de pm: ¼ pb disto
Net geen neutro
Net geen knobbels op elkaar ( ½ pb)
Neutro-relatie
De term relatie wordt gebruikt om de relatie tussen de kaken aan te geven
Neutro/klasse I-occlusie
De mesiale knobbel van de eerste bovenmolaar valt in de bucco-mesiale groeve van
de eerste ondermolaar
Sagittaal
Front: SOB/overjet
Zijdelingse delen: neutro, mesio of
disto
Verticaal
Front: VOB = normaal circa 1/3
overlap tussen boven- en onderfront
Diepe beet (palatumbeet?)
Openbeet
Distorelatie (kaak):
De onderkaak staat ten opzichte van de bovenkaak naar achteren (dorsaal)
Disto-occlusie (gebit):
Als de ondertandboog in verhouding tot de boventandboog te ver naar dorsaal ligt,
wordt dat een disto-occlusie (klasse II afwijking) genoemd.
, Kaakrelatie: distorelatie
Occlusie:
molaren rechts = disto occlusie.
Cuspidaat rechts = neutro
Frontocclusie:
Sagittal: vergrootte sob/overjet
Verticaal: diepe beet
Frontocclusie: sagittaal: vergrote sob/overjet
o Verticaal: diepe beet
An
Bij een disto-occlusie kent men een variatie in sagittale front occlusie
Angle klasse II/I Angle klasse II/II
Frontocclusie: sagittaal: vergrote Frontocclusie: sagittaal:
sob/overjet retrusie/inversie van 2 of meer front
o Verticaal: diepe beet elementen.
Verticaal: diepe beet
Mesio-relatie Let op de variatie in frontocclusie!
De onderkaak staat ten opzichte van de
bovenkaak naar voor (ventraal)
Occlusie en relatie: (LET OP de variatie in
frontocclusie!)
Mesiorelatie
Mesio-occlusie
Als de ondertandboog ten opzichte van die
boven te veel naar ventraal (mesio-occlusie) ligt,
dan spreekt men van een mesio-occlusie.
, Traumatische occlusie
In geval van een traumatische occlusie is er sprake van een abnormale
occlusale belasting waardoor er schade aan het parodontium
veroorzaakt kan worden of is veroorzaakt.
Bij een kruisbeet in het front kan de traumatische beet resulteren in
een gingivale recessie van de betrokken tand.
De mate van afwijking in zijdelingse delen wordt
weergegeven in premolaarbreedtes:
Bv. knobbels recht op elkaar ½ pb disto
Disto-occlusie:
De bucco-mesiale groeve van de eerste
ondermolaar ligt naar dorsaal t.o.v. de
mesiale knobbel van de eerste bovenmolaar.
Hoeveel? Uitdrukken in premolaarbreedte.
Let op de pm: ¼ pb disto
Net geen neutro
Net geen knobbels op elkaar ( ½ pb)