- ‘Vermogen’: het geheel van op geld waardeerbare -althans in economische sfeer liggende-
rechten en verplichtingen die iemand heeft, dus het geheel van zijn activa (bijv.
eigendomsrechten) en passiva (schulden).
- Eigendom = absolute rechten (zakelijke rechten boek 5 = subjectieve recht +
vermogensrecht + zaak tot object hebben)
- Genot aan eigendom:
1. Eigenaar kan anderen van genot van zaak uitsluiten
2. Eigenaar kan anderen van genot van zaak toestaan
3. Eigenaar is met uitsluiting van anderen bevoegd om over zaak te beschikken (alleen
hij kan een ander tot eigenaar van die zaak maken)
4. Eigenaar kan beschikkingsrecht ook door een ander laten uitoefenen
- Beperking aan eigendom:
1. Art. 5:1 lid 2 BW: ‘mits dit gebruik niet strijdt met rechten van anderen en de op
wettelijke voorschriften en regels van ongeschreven recht gegronde beperkingen
daarbij in acht worden genomen’
2. Beperking door rechten van anderen
3. Beperking van het recht van eigenaar door de wet
4. Beperking van recht van eigenaar door ongeschreven recht (bijv. uitoefeningen
mogen niet maatschappelijk onaanvaardbaar zijn)
5. Misbruik van (eigendoms)recht (art. 3:13 lid 1 BW)
6. Hinder (gaat om belemmeren van subjectieve recht)
- Kenmerken als absoluut recht (=dus eigendomsrecht):
1. Absoluut = in beginsel tegenover iedereen
2. Exclusief karakter
3. Zaaksgevolg/droit de suite = indien zaak uit zijn macht raakt, volgt zijn recht de zaak
4. Separatist in faillissement/droit de preference
- Beperkte rechten hebben een gesloten systeem + prioriteitsregel (oudere gaat voor jongere)
- Beperkte rechten kunnen onderscheiden worden in genotsrechten en zekerheidsrechten
- Erfdienstbaarheid: dienende en heersende erf (het gaat bij erfdienstbaarheid om dulden of
niet doen)
- Verschil erfpacht en vruchtgebruik: vruchtgebruik is aan het leven van degene ten behoeve
van wie het is gevestigd gekoppeld en erfpacht is dit niet en aldus vatbaar voor vererving.
- Verbintenis = een vermogensrechtelijke verhouding tussen 2 partijen krachtens welke de één
is gerechtigd tot een gedraging die de ander verplicht is t.o.v. hem te verrichten.
Hoorcollege:
- Blauuboer/Berlips: Strikte scheiding tussen goederenrecht en verbintenissenrecht.
- Goederenrechten (art. 3:1 BW): alle zaken (art. 3:2 BW) en alle vermogensrechten (art. 3:6
BW, bijv. aandelen, auteursrechten, genotsrechten, vorderingsrechten).
- Stoffelijk voordeel=iets met waarde
- Erfdienstbaarheid bijvoorbeeld: vermogensrecht + beperkt recht (een recht op een ander
meeromvattend recht)
- Alle beperkte rechten zijn vermogensrechten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller loesgilsing. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.59. You're not tied to anything after your purchase.