Samenvatting gemaakt door 3 studentes uit het schakelprogramma Communicatiewetenschappen (academiejaar ). Dit is een samenvatting van het vak Theorie van de Visuele Communicatie gegeven door prof. Marc Bekaert . Het document is een samenvoeging van Powerpoints, notities gemaakt tijdens lessen/gast...
1.3 Visuele geletterdheid en beeld alfabetisering 11
1.4 De peirceaanse semiotiek als synthesemodel 11
1.5 Woordcultuur versus beeldcultuur 12
1.6 Plato en de afwijzing van het beeld 12
1.7 We amuseren ons kapot 13
1.8 Het fenomeen ‘beeld’ 13
1.9 Fenomenologie van het beeld 14
1.10 De essentie van een visuele voorstelling 14
1.10.1 In walking hours 15
1.11 Theorie van het ‘zien’ 16
1.11.1 Actieve en passieve verklaring van het zien: 16
1.12 Visueel bij uitbreiding: tactiel ‘visueel’ 17
1.12.1 Decartes: geometrische constructie van het zien 17
1.13 Interpretatie van beelden 17
1.14 Soorten beelden: naar een taxonomie van het beeld 17
1.15 Visualisering: het zichtbare en het onzichtbare 18
1.16 Beeld en realiteit: trompe-l’oeil 18
1.17 Artefacten en technifacten 19
1.17.1 Archeiropoieton: tussen arte- en technifacten 19
1.18 Taxonomie van beelden 20
1.19 Etymologische benadering 21
1.20 Historische situering van het ontstaan van beelden: silhouet 21
1.21 Beeld, magie en animisme 21
2 Semiotiek 23
2.1 De semiotics van c.s. peirce (1839 – 1914) 23
2.2 Representatie van een object (cognitieve theorie) (geen peirce) 23
2.3 Categorieën (I. kant) 24
2.3.1 Categorieën van modaliteit 24
2.3.2 3 zijnswijzen: 24
2.3.3 Drieledigheid: het principe 25
2.3.4 Sémiologie / Sémeotics 27
2.5.1 Icon, index, symbol 29
2.5.2 Qualisign 30
2.5.3 Qualisign sinsign symbol 30
2.5.4 Sem(e)iotics: betekenis-effect 31
2.6 Overzicht van Perceaanse concepten 31
2.7 De semiotische benadering: beeldteken, representatie, reproductie 31
2.8 Drie aspecten van het teken 32
2.8.1 Toepassing op film Untouchables: 33
2.9 De definitie van een teken bij Peirce 37
2.10 De tekentaxonomie van C.S. Peirce 37
2.10.1 Semiosis infinita 38
2.11 Het iconisch beeld-teken 38
2.11.1 ‘Iconisch teken’ en hypoicon 39
2.12 Teken, semiosis en communicatie 39
2.13 De mediërende positie van tekens: teken, simulacrum en simulatie 40
2.14 Reality en existence 41
2.15 Semiotiek en pragmatisme 41
3 Semiotiek aanvullende begrippen 42
3.1 Paradigma en syntagma: selectie en combinatie 42
3.2 Paradigmatische en syntagmatische aspecten van beelden 43
3.2.1 Grafische variabelen 43
3.2.2 Voorsgestelde objecten: het geon 44
3.2.3 De codering van de visie: perspectivisch 45
3.3 Paradigma, syntagma, compositie 45
3.3.1 Autonome en relationele parameters 46
3.4 Micro- en macro syntagmatische aspecten van bewegende beelden 47
3.5 Langue, parole, competence en performance 47
3.6 Voorstellingstechnologie en voorstellingsvermogen 48
3.7 Afbeelding en uitbeelding 49
3.8 Afbeelding, uitbelding, content en expression 49
3.9 Icon, waarheid en informatie 50
3.10 Denotatie en connotatie 50
3.11 Metafoor en metonymie 52
4 Niet kennen 53
5 De interpretatie van beelden 54
2
, 5.1 ‘Direct registration’ versus ‘constructivist’ theorieën 54
5.1.1 Gestalt theorie en het simplicity principe 55
5.1.2 Cognitieve activiteit 56
5.2 De herkenning van objecten op basis van geons/grafemen 56
5.2.1 Iconemen 57
5.2.2 Aspectie 57
5.2.3 Beeld en point of view 57
5.3 Vaardigheid om de (perspectivische) schaalverhoudingen in twee-dimensionele
afbeeldingen in te schatten 58
5.3.1 Positie en beeldprojectie 58
5.3.2 Anamorfose 58
5.3.3 Robustness of perspective 59
5.4 Aspecten die betrekking hebben op de psychologie van de waarneming. 59
5.4.1 Leesrichting 60
5.4.2 Optisch chiasma 60
5.4.3 Beeldlezing en oogbeweging 61
5.4.4 Factoren die een rol spelen bij de interpretatie van beelden 62
5.4.5 Links en rechts in de beeld-compositie 64
5.4.6 Semantische differentiaal en associatie bij beeldassymetrie 65
5.5 Beeld, beweging en beweging van het POV 65
6 Het technische beeld 66
6.1 Technische/ mechanische beelden 66
6.2 Productie en reproductive 67
6.3 Walter Benjamin (1935) – reproduceerbaarheid van het beeld 67
6.4 Internet en sociale media 67
6.5 Van camera obscura tot laterna magica 68
6.6 Camerabeeld en werkelijkheid 69
6.7 De menselijke waarneming als actief proces: embodiment 70
6.7.1 Structureel en functioneel aspect 71
6.7.2 Organisatie van de waargenomen wereld: Gestalt 71
6.7.3 Selectie van visuele prikkels – constante en disonante informatie 72
6.7.4 Context en kader waarbinnen de perceptie plaatsvindt 73
6.7.5 Selectieve aandacht: effect van intrusie 73
6.7.6 Waarneming en ‘cognitive mapping’ 74
6.8 Camerabeeld en indifferente registratie: lomografie 74
6.9 relatie tussen de parameters van het technische beeld en de interpretatie 74
6.10 Van twee naar drie dimensies: Stereopsis 75
6.11 Moment, gebeuren en ambiguïteit van technische beelden 76
6.12 Interpretatie en het pragmatisch principe van peirce 76
6.13 Portretfoto en geschilderd portret 78
6.14 Subjectiviteit en objectiviteit 78
3
, 6.15 Publicatie en postaal effect 79
7 Paradigmatische aspecten van het bewegend beeld 80
7.1 Voorafgaande bedenkingen 80
7.1.1 Digitaal gecreëerde beelden relativeren de ‘positie’ van de camera 80
7.1.2 Ook analoge (film)beelden zijn vaak al syntheses van meerdere opnamen en
‘camerastandpunten’ 81
7.1.3 Het point of view binnen een receptie-esthetica 82
7.2 De essentie van het (film)beeld 82
7.3 Film, vertelinstantie en POV 83
7.3.1 Perspectivische projectie 83
7.3.2 Situering van het Point of view 83
7.4 Point of view en identificatie 84
7.4.1 Histroire/ discours 84
7.4.2 Primaire en secundaire identificatie 84
7.6.1 Samenvatting: 877.6.2 Samenvatting: 877.6.3
Samenvatting: 877.7 Parameters en syntagma-structuur van het filmveld
88
8 Parameters en film esthetische ervaring 90
8.1 Parameters en receptie-esthetica 90
8.1.1 Tekendrager 91
8.1.2 Camera 94
9 Parameters en beeldcompositie 107
9.1 Aspecten van de beeldcompositie: de kadrering en de positie van het point of view 107
9.2 Kader en kadrering 108
9.2.1 Kader als uitsnijding (Pars pro toto) 108
9.2.2 Secundaire kaders 109
9.3 Plaats en omvang van de visuele componenten 112
9.3.1 Diepte-waarneming en reliëf 112
9.3.2 Ruimte en kader 113
9.3.3 Het lijnenspel 114
9.3.4 De diagonale en de driehoek-compositie 115
9.4 Body-positions 116
9.5 De ordening van de blik en de blikpunten 116
9.6 Licht en lichtcontrasten 117
4
, 9.6.1 Belichting en verlichting 117
9.6.2 Licht: een bron-analytische benadering 118
9.7 Kleur 121
9.7.1 Het waarnemen van kleuren 121
9.7.2 Het kleurensysteem van Munsell 122
9.7.3 Kleur en psychologische associatie 122
9.7.4 Enkele gevolgen voor film 123
10 De parameters van het (film)beeld en het betekenis-effect 126
10.1 De semiotiek van Peirce en de filmische syntagma’s 126
10.2 Parametrische, Art-film en Hollywood vertelwijze 128
10.3 Parameters, mimetische en expressieve aspecten van het fotografische beeld 129
10.4 POV en parameters 129
10.5 Positie van het POV 131
10.6 Mobiel POV: de beweging langs de horizontale, verticale en diepte-as 132
10.7 Point of view en beeldcompositie 132
10.7.1 mobiel en immobiel pov 133
10.8 Point of view en betekeniseffect: de camera-hoek 133
10.9 Het POV als rheme 134
10.9.1 Het POV als qualisign 135
10.10 POV en camerahoek horizontal, verticaal, kantelhoek 135
10.10.1 Kantelhoek (canted angle) 137
10.11 POV en camerabeweging: verplaatsing en draaiing 138
10.12 Rack-focus 139
11 Montage en decoupage 140
11.1 Het begrip montage 140
11.1.1 Online en offline montage 140
11.1.2 Montage en decoupage (interframe) 141
11.2 Montage, decoupage en tijd-ruimtelijke continuïteit 141
11.3 Montage en categorieën (peirce) 142
11.4 11.4 Montage en peirceaanse categorieen: 143
11.4.1 Gelijkenis (firstness) 143
11.4.2 Gelijkenis en metonymie 143
11.4.3 Contiguiteit en causaliteit (secondness, 1) 143
11.4.4 Contiguïteit en causaliteit (secondness, 2) 144
11.4.5 Vergelijking, metafoor, redenering Third (1) 144
11.4.6 Vergelijking, metafoor, redenering Third (2) 145
11.4.7 Vergelijking, metafoor, redenering : Third (3) 145
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller justinestoelen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.86. You're not tied to anything after your purchase.