1 Inleiding
1.1 Begrip ‘geld’ en ‘financiële activa’
Geld: voorwerpen of tekens die algemeen als wettig ruil/betaalmiddel bij het goederen- en
dienstenverkeer worden aangewend en aanvaard, en die zich bij het publiek bevinden.
Soorten:
Vroeger: nominale vs intrinsieke waarde
Bankbiljetten (basis voor geldcreatie)
Giraal geld = fiduciair geld (geldcreatie via kredietverlening)
€ 1000 vandaag krijgen of liever in de toekomst?
Derving van onmiddellijk consumptie voor beleggers, die daarvoor een vergoeding
willen krijgen
Geldsom die je leent, kan je rendabel aanwenden: ontleners moeten vergoeding
betalen
In beide gevallen: vergoeding = rente (nominaal vs reële) of intrest
1.3 Toekomstige waarde van een geldbedrag
Voorbeeld
Som van €1000
Jaarlijkse opbrengst 5%
Gedurende 10 jaar uitgeleend/belegd
Hoeveel is deze schuldvordering waard na 10 jaar als elk jaar de rente herbelegd wordt?
2
,1.4 Theorie van financiële intermediatie
Financiële intermediatie = wat banken doen (tussen persoon)
Directe financiering
Fondsen die langs de financiële markten rechtstreeks van spaarders naar
investeerders overgeheveld worden.
Indirecte financiering
Bedrijven en particulieren ontlenen bij financiële instellingen die zelf de
fondsen opnemen bij de spaarders.
Directe Financiering
Deficitéénheden Superpluséénheden
Indirecte Financiering
3
, 2 Werking van zichtrekening en kaskrediet
2.1 Zichtdeposito’s
2.1.1 Rekeningnummer
IBAN = International Bank Account Number (groepen van 4 letters/cijfers)
BIC-code of SWIFT adres = bank indentifier code
2.1.2 Kenmerken van een zichtrekening
Altijd onmiddellijk opvraagbaar
Moet een creditsaldo vertonen, mogelijk om onder nul te gaan tegen hoge
interest
Verrichting van betalingen en de inning van ontvangsten
2.1.3 Volmacht
De titularis van een zichtrekening kan aan elke derde volmacht geven om de
rekening te gebruiken en aldus over de tegoeden te beschikken.
Toestemming door het invullen van een standaardformulier.
2.1.4 Overlijden van een rekeninghouder of diens echtgenoot
Bij overlijden moet de bank op de hoogte gebracht worden, de bank kan dan alle
tegoeden op beider naam of op naam van één van beiden blokkeren.
2.1.5 dd
2.1.6 Renteberekening op een zichtrekening
Interest = bedrag x r x aantal dagen/365 (366)
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Jappieeee. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.37. You're not tied to anything after your purchase.