Overeenkomsten tussen de islam, het jodendom en het christendom:
1. Verhalen en figuren in de Bijbel en Koran.
2. Eén almachtige God die zich heeft geopenbaard in een heilig boek.
3. Hun godsdienst wordt verspreid door aanhangers.
Een verschil tussen de begintijd van het christendom en de islam:
Het christendom werd in de eerste eeuwen bestreden, de islam was vanaf het
begin een godsdienst van heersers.
De islamitische jaartelling begint met de volgende gebeurtenis:
In 622 trok Mohammed van Mekka naar Medina.
De positie van Mohammed in de islamitische staat:
Hij was geestelijk leider en wereldlijk machthebber.
Hoe de islamitische macht werd vergroot (tot 750):
Kaliefen breidden de islamitische staat met veroveringen uit tot een groot
Arabisch rijk.
Onder de moslims ontstond een tegenstelling:
De meerderheid van soennieten tegen den minderheid van sjiieten.
Soennieten: leden van de grootste geloofsrichting binnen de islam.
Sjiieten: leden van de minderheidsgroep binnen de islam.
Verklaringen voor de snelle Arabische veroveringen:
1. Het Perzische en Byzantijnse rijk waren verzwakt.
2. De Arabieren waren militair sterk en snel.
3. De Arabieren streden voor hun godsdienst en voor buit.
4. Een deel van de overwonnen volken hielp bij de veroveringen.
De politieke versnippering van het Arabische rijk tussen 750 en 1000:
Het Arabische rijk viel uiteen in kleinere staten onder vorsten die vaak wel de
opperheerschappij van de kalief van Bagdad erkenden, maar die had weinig
te vertellen.
Kenmerken van de economische en culturele eenheid in de Arabische wereld:
1. Er was een welvarende landbouwstedelijke samenleving met schitterende
steden.
2. Er was een bloeiende Arabische beschaving met het Arabische schrift, het
Arabisch als hoofdtaal en de islam als staatsgodsdienst.
3. Met plaatselijke bouwkundige tradities ontstond een nieuwe architectuur.
4. Meestal tolereerden de Arabieren het christendom en het jodendom.
5. Ze namen veel elementen van de Perzische en de Grieks-Romeinse cultuur
over.
, Het verband tussen politiek, economie en de verspreiding van de islam:
De islam werd verspreid in gebieden die waren veroverd door islamitische
heersers (zoals de kaliefen).
Er waren ook veroveraars van islamitische gebieden die de islam overnamen.
(zoals de mongolen).
De islam werd ook verspreid door handelaren (zoals in Oost-Azië).
In Indonesië werden het hindoeïsme en het boeddhisme verdrongen. De ottomanen
(turken) verspreidden de islam in Zuidoost-Europa.
3.2 hofstelsel en horigheid
Het ontstaan van een zelfvoorzienende samenleving in West-Europa was een gevolg
van de ondergang van het West-Romeinse rijk. Veranderingen die daarbij
plaatsvonden zijn:
1. De bevolking kromp.
2. Er was minder bescherming en meer onveiligheid.
3. Geld werd schaars.
4. Handel en nijverheid namen af.
De handel verdween niet helemaal. Voorbeelden hiervan zijn:
Er kwamen luxegoederen uit het Middellandse Zeegebied, er was regionale
handel en er ontstond handel met het Oostzeegebied.
Horigheid:
Het verschijnsel van halfvrije boeren die wel rechten hadden maar hun land
zonder toestemming van hun heer niet mochten verlaten.
Horigheid ontstond door:
1. De daling van de agrarische productie verbood de Romeinse overheid boeren
hun land te verlaten.
2. Boeren zochten vanwege de toenemende onveiligheid bescherming bij
grootgrondbezitters.
In de vroege middeleeuwen bestond slavernij:
Leden van overwonnen volken werden tot slaaf gemaakt en in Zuid-Europa
verkocht aan kopers uit het Byzantijnse of Arabische rijk.
Een domein:
De heer gebruikte het deel met het herenhuis (de hof) en akkers, weiden,
woeste gronden, moestuin, visvijver, wijngaard, opslagschuren, molen,
weverij, en andere gebouwen.
Het andere deel bestond uit boerderijen met grond, in gebruik van horigen, en
bossen en woeste gronden.
Plichten van horigen op een domein:
1. Een deel van hun opbrengst afstaan aan de heer.
2. Hun graan tegen betaling laten malen in de molen van de heer.
3. Herendiensten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rikstregnerus. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.88. You're not tied to anything after your purchase.