Werkgroep 1 Recht en Economie
Aanvullende aantekeningen:
Snel afschaffen van de hypotheekrenteaftrek gevolgen: de vraag naar koopwoningen daalt
omdat het minder aantrekkelijk is om te kopen wegens het ontbreken van het fiscale
voordeel daardoor zullen de huizenprijzen enorm dalen. Ook kunnen sommige mensen in
probleem komen met het aflossen van hun hypotheek.
Verschil tussen huurtoeslag en woontoeslag: woontoeslag is eigendomsneutraal, niet
afhankelijk van huren of kopen. Woontoeslag is niet afhankelijk van de huur, maar van het
inkomen.
Gevolg van huurtoeslag die afhankelijk is van de huur: bevordert de mobiliteit. Nadeel: Maar
mensen met een laag inkomen kunnen ook duurder gaan huren omdat de overheid mee
betaalt.
Wanneer je de hypotheekrenteaftrek verder afbouwt betekent dat in eerste instantie hogere
kosten. Maar tegelijkertijd is de hypotheekrenteaftrek gederfde belastinginkomsten. Het zijn
uitgaven die niet per se nodig zijn en die bijvoorbeeld voor andere belastingverlagingen
gebruikt kunnen worden.
Afbouwen van hypotheekrente kan zorgen voor lagere inkomstenbelasting. Je houdt per uur
werk meer over en dus is het aantrekkelijker om meer te gaan werken en dit heeft een
positief effect op de arbeidsmarkt en op deze manier creëer je meer welvaart, omdat het bbp
stijgt.
Het afschaffen van de overdrachtsbelasting: hierdoor ontstaat er meer mobiliteit op de
woningmarkt. Mensen zullen dus meer gaan verhuizen. Het is ook goed voor de
arbeidsmarkt want mensen kunnen makkelijker op de plek gaan wonen waar hun baan
aanwezig is.
Dit afschaffen verhoogt de welvaart op twee manieren:
1. Mensen zullen sneller gaan verhuizen en mensen kunnen makkelijker in het huis
gaan wonen waar ze willen gaan wonen en dit bevredigt de behoeftes.
2. Mensen kunnen makkelijker een baan aan de andere kant van het land accepteren,
omdat het verhuizen makkelijker gaat. De overdrachtsbelasting is namelijk een
drempel om te gaan verhuizen en als deze er dus niet meer zou zijn is die drempel
weg wat een positief effect heeft op de arbeidsmarkt, zorgt voor meer mobiliteit
daarop.
Door de hypotheekrenteaftrek stijgt de vraaglijn naar rechts, het is aantrekkelijker om een
duurder huis te kopen. Het aanbod is inelastisch, het reageert niet op de prijsverandering. Dit
betekent dat de aanbodlijn stijl loopt.
Door de hypotheekrenteaftrek af te schaffen nemen de belasting lasten toe dus daarom moet
de inkomstenbelasting worden verlaagd om het eerlijk te maken voor de burgers.
, Als de huren worden verhoogd ontvangen de woning corporaties meer geld, dit vinden de
huurders oneerlijk. In het woonakkoord is hier een oplossing voor bedacht: de
verhuurdersheffing: de extra inkomsten worden afgeroomd met een extra heffing voor de
verhuurders, woningcorporaties.
Op de huurmarkt ligt de prijs vast, voor die prijs is de vraag erg groot en het aanbod klein.
Het tekort hier tussen is de wachtlijst. Als gevolg van de huurtoeslag wordt de wachtlijst nog
groter omdat mensen nog meer geld hebben om te huren en de vraag dus toeneemt.
Door het verhogen van de huur wordt het aantrekkelijker om te kopen, hierdoor stijgt de
vraag enorm naar koopwoningen. Om het gat niet te groot te maken moet je de prijs niet
teveel laten stijgen, je kan of het aanbod laten toenemen of de vraag laten afnemen. We
kunnen niet veel aan het aanbod veranderen dus moeten we de vraag laten dalen door de
hypotheekrenteaftrek af te schaffen waardoor de vraag daalt omdat het minder aantrekkelijk
is om te kopen, wegens het ontbreken van het fiscale voordeel.
De vrije sector is heel laag in Nederland, dit komt deels doordat ze niet kunnen concurreren
met de lage prijzen van de sociale sector. Het is het enige deel van de woningmarkt waar de
overheid niet ingrijpt, en daardoor is het niet aantrekkelijk om er in te wonen. Als je stopt met
de huurtoeslag en andere regelingen wordt de vrije sector en de sociale sector één.
Werkgroep 2 Recht en Economie
Aanvullende aantekeningen:
Wanneer de overheid een hoge staatsschuld heeft, gaan zij dus lenen. De vraag naar
leningen neemt toe als de overheid gaat lenen, de rente stijgt op de kapitaalmarkt. Dit is niet
aantrekkelijk en dus gaan mensen minder lenen en besteden en gaat het minder met de
economie. Ook is het zo als de staatsschuld hoog is en de rente dus hoger is, ben je als land
minder aantrekkelijk voor andere landen omdat de kans kleiner is dat ze de schuld gaan
terug betalen. Dus een hoge rente in een land zegt iets over hoe realistisch het is dat een
land gaat terug betalen. De rente zal daardoor alleen maar stijgen. Het grootste nadeel van
een hoge staatsschuld is dat er hoge uitgaven zijn aan rente, in Nederland is dit 11 miljard
ondanks de lage rente. Dit betekent dat je deze 11 miljard niet aan iets anders in de
economie kan uitgeven.
Drie vertragingen waarom het Keynesiaans beleid niet werkt:
1. Het kost veel tijd om vast te stellen hoe het er precies voor staat met de economie op
dat moment.
2. Er gaat enige tijd overheen voordat er gepaste maatregelen gevonden zijn om de
financiële problemen op te lossen.
3. Het duurt lang voordat de maatregelen doorwerken en het probleem aanpakken.
Structurele veranderingen in de economie hebben pas effect op de lange termijn, een positief
effect op de welvaart en de economie. Dit terwijl de politiek vandaag wordt afgestraft, terwijl
je de structurele verbeteringen pas ziet over 20 jaar.
Noorwegen reserveert veel opbrengsten van de olie en beleggen dit. Deze opbrengsten
investeren zij in het hoge onderwijs. In Nederland investeren wij meteen het geld uit de
aardgasopbrengst.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller olaftijhuis. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.