Samenvatting van Leerkracht-Leerlinginteractie (2022/2023) van de master Orthopedagogiek aan de UvA. Een uitvoerige uitwerking van de colleges (met extra aantekeningen) en uitgebreide antwoorden van de bijbehorende studievragen.
Inhoud
Colleges en Studievragen Leerkracht-leerlinginteractie ......................................................................... 2
College 1: Meten van leerkracht-leerlingrelaties ................................................................................ 2
Koomen & Jellesma (2015) .............................................................................................................. 4
Bombi et al. (2021) .......................................................................................................................... 6
College 2: Belang LLR voor schools functioneren................................................................................ 7
Roorda et al., 2011 .......................................................................................................................... 9
Ahnert et al. (2013) ....................................................................................................................... 10
Endedijk et al. (2022)..................................................................................................................... 11
College 3: Interpersoonlijke theorie en complementariteit in leerkracht- leerlinginteracties ......... 13
Pennings et al. (2018) .................................................................................................................... 15
Roorda et al. (2013) ....................................................................................................................... 18
College 4: Individuele verschillen in leerkracht-leerlingrelaties ....................................................... 19
Pancorbo et al. (2015) ................................................................................................................... 21
Bosman et al. (2018)...................................................................................................................... 23
College 5: Gedrags- en leerproblemen en leerkracht-leerlingrelaties .............................................. 26
Weyns et al. (2021)........................................................................................................................ 29
Zee et al. (2020) ............................................................................................................................. 29
College 6: Interventies gericht op het verbeteren van leerkracht-leerlingrelaties........................... 31
Simoes & Alarcao (2014) – Simultane rollen: School-Based Mentoring (SBM) ............................ 31
Vancraeyveldt et al. (2015) ........................................................................................................... 33
Hoogendijk et al. (2020) – Key2Teach ........................................................................................... 34
, 2
Colleges en Studievragen Leerkracht-leerlinginteractie
College 1: Meten van leerkracht-leerlingrelaties
Classroom Assessment Scoring System
De CLASS is een observatiesysteem om het
klasklimaat te analyseren. De drie dimensies van de
CLASS zijn instructiekwaliteit (didactiek),
emotionele ondersteuning (affectieve relatie) en
klasorganisatie (gedragsmanagement). Het is
gebaseerd op de theorie Teaching Through
Interactions Framework. Volgens deze theorie is
een goede leerkracht een leerkracht die zorgt voor
goede interacties in de klas. Dit is een
multidimensionaal construct.
Het is belangrijk om te werken aan een goed
klasklimaat: alle drie de domeinen hangen significant
samen met de prestaties van leerlingen. Emotionele
ondersteuning hangt hierbij het sterkst samen met
prestaties. Er werd tevens een interactie-effect
gevonden: hoe kleiner de klas, hoe meer emotionele
ondersteuning invloed heeft op de prestaties. Bij een
grotere klas heeft dit minder invloed. Klasklimaat
hangt ook samen met sociale competentie,
externaliserend gedrag en motivatie en
betrokkenheid (allemaal klein tot medium effecten).
De interventie die erbij hoort is My Teaching Partner. Deze interventie maakt gebruikt van een online
database met video’s waarin good practices weergegeven worden: wat willen we zien qua gewenst
klasklimaat op elk van de drie domeinen? Er zijn online consulten waarbij leerkrachten gecoacht
worden op basis van eigen videofragmenten. Is voor BO en VO en duurt zo’n 12/13 maanden.
Effecten My Teaching Partner:
- MTP heeft een positief effect op prestaties op de post-test. Deze directe relatie was echter
niet significant, maar mediatie-effect wel. Via het klasklimaat had deze interventie effect op
de gedragsmatige betrokkenheid en de prestaties. Dit was volledige mediatie.
- Effecten op gedragsmatige betrokkenheid: meer betrokkenheid eind schooljaar (matige
effecten).
- Ook toename Analyse & Probleem Oplossen en op Instructieleervormen. Geen effect op
Emotionele ondersteuning. Interventie daar dus niet voldoende voor.
o Mediatie: effect op betrokkenheid via instructiekwaliteit.
, 3
Dynamische systeemtheorie van Pianta et al.
We gaan in deze cursus vooral in op de emotionele ondersteuning (aangezien dit vaak het grootst
effect heeft). Deze dimensie vindt vooral plaats in dyadische relaties.
DST geeft weer uit welke elementen een relatie is
opgebouwd.
- C & T: Child en Teacher – de twee relatiepartners.
Kenmerken van deze individuen hebben een
belangrijke rol in het ontstaan van relaties.
- : mentale representaties
- Information Exchange Processes: interacties
tussen leerkracht en kind
- Pijlen aan de buitenkant: externe invloeden
hebben een invloed op de relatiekwaliteit (bv.
hoe er in een land/cultuur gedacht wordt over
relaties tussen volwassenen en kinderen).
Interacties: feitelijk (observeerbaar) gedrag van
leerkracht en leerling op een bepaald moment (momenten). Kan worden waargenomen door externe
observator.
- Gaat niet alleen om wat wordt gezegd/gedaan – content
- Maar ook om hoe dat wordt gezegd/gedaan – intent.
Mentale representatie: een geïnternaliseerd beeld van de relatie, een intern werkmodel van de
relatie. Dit is niet per se direct observeerbaar, het gaat om hoe je zelf denkt over de relatie en welke
emoties je daarbij ervaart: gevoelens, gedachten, verwachtingen over zichzelf, de ander en de
onderlinge relatie. Het is dus meer dan een optelsom van (interactief) gedrag van relatiepartners.
Mentale representaties worden opgebouwd en gevormd op basis van (vroegere) ervaringen met
relaties van belangrijke anderen om je heen – spelen een rol in hoe je anderen waarneemt en hoe je
anderen inschat in een relatie die je aan gaat (oorsprong ligt in de gehechtheidstheorie).
Mentale representaties zijn hiërarchisch:
- Je algemene interne werkmodel wordt sterk beïnvloed door ouders: is je algemene beeld
over mensen in het algemeen.
- Daaronder heb je interne werkmodellen (niet per se geïnspireerd door gehechtheid) die
ideeën en beelden vormen over bepaalde mensen en wat je van hen kunt verwachten
(leerlingen, leerkrachten, vrienden, etc.). MR beïnvloedt toekomstige interacties met een
bepaalde LL/LK op basis van eerdere interacties met deze LL/LK.
Meten van bewuste relatiepercepties
Leerkrachtrapportage: Leerling Leerkracht Relatie Vragenlijst (LLRV).
- Multidimensioneel perspectief: nabijheid, conflict, afhankelijkheid.
- Uniek kenmerk van deze vragenlijst (ingevuld door de leerkracht) is dat er gebruik wordt
gemaakt van een multidimensionaal perspectief van de relatiekwaliteit: op meerdere
domeinen wordt gescoord. Op meerdere domeinen kan hoog gescoord worden (bv. hoog op
nabijheid maar ook hoog op conflict).
- LLRV geeft een betrouwbaar en professioneel oordeel weer:
o Indicator voor schoolse aanpassing
, 4
o Voorspellend voor latere aanpassing(sproblemen)
- Het meet ook de subjectieve beleving (perceptie)
o Indicator voor hoe de leerkracht de relatie/interacties met een leerling ervaart
o Indicator voor de mate waarin een leerkracht denkt dat hij/zij aan relationele
behoeftes van een leerling kan voldoen
- We zien vaak dat iets negatiefs in de relatie sneller iets beperkends kan hebben in de relatie
dan dat iets negatiefs iets goeds doet (conflict heeft groter impact op de relatie dan
nabijheid: voor 1x negatief, staat bv. 3x positief).
Leerlingrapportage (jonge kinderen): Y-CATS
- Zijn kaartjes met stellingen: in het kluisje voor mee eens, in de prullenbak voor niet mee eens.
- Warmte (vergelijkbaar met nabijheid LLRV)
- Conflict (= conflict LLRV)
- Autonomie-ondersteuning (wel wat anders dan afhankelijkheid, gaat er meer over in hoeverre
de leerkracht ruimte geeft aan keuzes voor het kind)
Leerlingrapportage (kleuters): KLIC
Stellingen kunnen nog abstract zijn voor kinderen, daarom wordt het soms ook wat visueler gemaakt,
bijvoorbeeld met de KLIC: foto’s van situaties in het klaslokaal. In de praktijk bleek deze test minder
betrouwbaar dan de stellingen-test.
Overeenstemming MR/relatiepercepties
Op basis van mentale representaties kunnen we een bepaalde overeenstemming verwachten:
Leerkrachten hebben andere ervaringen met hun ouders dan leerlingen. Ook hebben leerkrachten en
leerlingen een andere voorgeschiedenis mogelijk verschillen in relatiepercepties omdat mentale
representaties worden opgebouwd op basis van eerdere relaties met belangrijke anderen. Dit kan
zorgen voor verschillende interpretaties van gedragingen. De perceptie van de LLR kan dus
verschillen voor de leerkracht en de leerling.
Er is wel wat overeenstemming tussen
relatiepercepties van leerlingen en
leerkrachten, maar dit zijn kleine tot matige
relaties.
Je ziet dat de KLIC (foto’s) helemaal geen
overeenstemming heeft met de LLRV.
Koomen & Jellesma (2015)
Waarom is het nuttig om zowel leerkrachtpercepties als leerlingpercepties van de leerkracht-
leerlingrelatie te meten?
Omdat je op die manier een volledig beeld kunt krijgen van de leerkracht-leerlingrelatie. Ook kunnen
de verschillende visies op de LLR (van leerkracht en van leerlingen) een bijdrage leveren aan hoe een
kind zicht aanpast in verschillende fases van de ontwikkeling.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mettelammers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.38. You're not tied to anything after your purchase.