100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Reddende Samenvatting Consumentenpsychologie $12.07   Add to cart

Summary

Reddende Samenvatting Consumentenpsychologie

 17 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

samenvatting consumentenpsychologie met boek en slides

Preview 4 out of 44  pages

  • December 26, 2022
  • 44
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
CONSUMENTENPSYCHOLOGIE
H0 INLEIDING
WAT IS CONSUMENTENPSYCHOLOGIE?

 Is de wetenschappelijke studie van het Consumentengedrag
 Consumentengedrag = is de beschrijving van hoe mensen kopen, wat ze kopen, waar ze kopen, wanneer
ze kopen en waarom ze kopen
 ≠ enkel koopgedrag

DOEL CONSUMENTENPSYCHOLOGIE

1. HET BESLUITVORMINGSPROCES ROND KOOP VAN ZOWEL INDIVIDUEN ALS GROEPEN LEREN
BEGRIJPEN




2. DE INVLOED VAN FAMILIE, VRIENDEN, REFERENTIEGROEPEN EN DE MAATSCHAPPIJ OP DE
KOPER IN KAART BRENGEN
3. INZICHT KRIJGEN IN HOE DE CONSUMENT REAGEERT (BLACK-BOX) OP INSPANNINGEN VAN
DE MARKETEER



DE ROL VAN CONSUMENTENPSYCHOLOGIE IN MARKETING

 De zoektocht naar INSIGHTS is misschien wel de belangrijkste stap in marketing:
- inzichten die helpen om de doelgroep (markt) te bepalen,
- inzichten die helpen om de wijze van bewerking van de markt te bepalen.
 Daarvoor hebben we nodig:
- basiskennis over menselijk gedrag,
- gefundeerde empathie (bv door onderzoek).

CONSUMENTENTRENDS DIE ONS HUIDIG GEDRAG BEINVLOEDEN 2022

 Persoonlijke groei en gezondheid: consumenten omarmen nieuwe waarden zoals tijd maken voor jezelf
 Doe-het-zelf (DIY)


1

, De meta-verse beweging
 Digitale senioren
 Opnieuw bedachte interacties
 Duurzaamheid en transparantie: bewustere duurzamere keuzes maken
 De opmars van pre-loved: beter voor het milieu, circulaire economie
 Inclusie en acceptatie: taboes door breken, dik & dun…
 Vertrouwen en veiligheid: crisissen, tekorten…


H1 WAT IS
CONSUMENTENGEDRAG?
1.1 EEN DEFINITIE VAN CONSUMENTENGEDRAG

 Wetenschappelijke studie van het consumentengedrag
 mentale en fysieke handelingen: cognitieve en daadwerkelijke handelingen vb: reisje plannen
 aanleidingen, oorzaken en gevolgen: veranderende levensomstandigheden, perceptie
 individuele en (meestal) kleine groepen: 1 persoon, meerdere personen in het gezien, eindgebruiker
 betreffende oriëntatie, aanschaf, gebruik, onderhoud, en afdanken: consumptie cyclus (HFST 7)
 van schaarse goederen en diensten: Goederen en diensten waarvoor een prijs betaald moet worden,
Goederen: voornamelijk tastbaar / concreet, Diensten: voornamelijk ontastbaar /abstract, Tal van
producten vertonen aspecten van beide
 uit de commerciële sector, overheidssector en huishoudelijke sector,
 leidend tot functievervulling en het bereiken van doelen en waarden en hiermee tot tevredenheid en
welzijn: tevredenheid / ontevredenheid  repurchase
 lettend op korte- en langetermijneffecten: Bv. Op KT positief, maar ongunstig op LT, Bv. Veel
inspanningen op KT om op LT iets te bereiken
 de individuele en maatschappelijke gevolgen: Bv. positieve individuele gevolgen, negatieve
maatschappelijke gevolgen, Bv. positieve maatschappelijke gevolgen, negatieve individuele gevolgen

1.2 HET AANBOD VAN GOEDEREN EN DIENSTEN

 De consumptiemaatschappij
1. Consumptie bevindt zich op hoog niveau, ver boven het overlevingsniveau
2. Goederen worden vooral verworven via aankoop en minder door eigen productie
3. Consumptie en overconsumptie worden algemeen aanvaard
4. Mensen evalueren zichzelf en anderen op basis van hun consumptiegedrag
 expressief aspect van consumptie
 De productlevenscyclus: geeft het verband aan tussen de bezitsgraad in de bevolking en de tijd
 Deze PLC wordt steeds sneller doorlopen. Twee jaar na de introductie kan de bezitsgraad nog moeilijk
verhogen.
 Veel producten worden uit de markt genomen voordat ze de volwassenheidsfase bereiken.
—> Innoveren
 Wat is de moraal van de PLC voor de marketeers?
 Gezien de beperkte houdbaarheid van de producten…
 Innovaties zijn van levensbelang

1.3 MARKETING VERSUS CONSUMENTENPSYCHOLOGIE?



2

, Marketing “omvat de ontwikkeling, prijsbepaling, promotie en distributie van producten, diensten of
ideeën die de klanten toegevoegde waarde bieden” (Verhage & Visser, 2018)

 Marketingmix: klassieke instrumenten van de marketeer: product, prijs, plaats, promotie.
 Marketing is een vorm van bedrijfsbeleid waarbij op een resultaat gerichte wijze de wensen van klanten
centraal komen te staan. (Vereecke)

1.4 EEN BESCHRIJVENDE STUDIE?

 Een normatieve benadering
 HOE kunnen we consumenten leren betere beslissingen te nemen?
 Een voorschrijvende benadering
 WAT moeten consumenten (niet) kopen/(niet) gebruiken?
 Voorspellende benadering
 Hoe zullen de consumenten reageren op wijzigingen in de omgeving (marketing-mix)?
 Beschrijvende benadering
 Welke factoren beïnvloeden het consumentengedrag?
  Consumentenpsychologie  marketingbeleid
 marketingacties

1.5 WIE HEEFT BELANG BIJ DEZE STUDIE VAN CONSUMENTENGEDRAG?

 De overheid
bv. minder energie verbruiken, …
 Marketeers
Hoe zullen consumenten reageren?
 De consumenten
Hoe worden we beïnvloed door marketeers?
 De wetenschap
Hoe beïnvloeden consumenten elkaar?
 De (toegepaste) psycholoog
Veel psychische problemen zijn gerelateerd aan consumentengedrag.
 Nudging: mensen subtiel stimuleren om zich op een gewenste wijze te gedragen


HOOFDSTUK 2
INFORMATIEVERWERKING
‘Proces waarbij zintuigen informatie waarnemen, waarna de informatie wordt geïnterpreteerd en eventueel
opgeslagen in het geheugen.’
STAP 1
Waarnemen van informatie: De consument ontvangt informatie langs zijn zintuigen

2.1 VIJF SENSORIËLE SYSTEMEN

 Visuele gewaarwording (zien)
 Auditieve gewaarwording (horen)
 Gewaarwording van de reuk (ruiken)
 Tactiele gewaarwording (voelen)
 Gewaarwording van smaak (smaken)


3

,  Maar diverse sytemen werken samen: kruismodaliteit.

2.2 VAN GEWAARWORDING NAAR PERCEPTIE

2.2.1 DE GEWAARWORDING

 Zintuigelijke prikkeling noemen we gewaarwording en de interpretatie van deze prikkeling vormt de
perceptie.
 Passief versus actief proces
 Als een zintuig gestimuleerd wordt door een prikkel spreken we over gewaarwording of sensatie.
 Gewaarwording is een passief proces
- exteroceptieve zintuigen: bieden informatie over de buitenwereld
- interoceptieve zintuigen: geven informatie over het lichaam, bv. je ervaart een gevoel van honger.
 Gewaarwording is een selectief proces: 2 gewaarwordingsdrempels (absolute en differentiële) : niet alle
informatie wordt opgemerkt


2.2.1.1 EEN ABSOLUTE GEWAARWORDINGSDREMPEL
 Het minimum niveau, waarbij een individu een bepaalde stimulus nog kan waarnemen
 Indien de intensiteit van een stimulus onder deze drempel ligt, wordt deze niet waargenomen
 Bv. Kort gepresenteerde visuele stimulus, intensiteit van geluid van reclamespot, verwerken van seksueel
getinte woorden/beelden in reclame, …
 subliminale perceptie
 marketing: effect? ethisch?


2.2.1.2 EEN DIFFERENTIËLE GEWAARWORDINGSDREMPEL
 Hoe sterk twee stimuli in intensiteit moeten verschillen opdat de consument het verschil opmerkt
 Verschillen tussen stimuli kunnen te klein zijn om aanleiding te geven tot een nieuwe gewaarwording. In
dat geval ligt het feitelijk verschil beneden de differentiële drempel  boven
 De toename is afhankelijk van het niveau van de uitgangsprikkel
 Opdat een nieuwe gewaarwording zal ontstaan zal de uitgangsprikkel met een percentage moeten
toenemen: de Weberfractie.


2.2.1.3 TOEPASSINGEN IN MARKETING
 Communicatieboodschappen moeten zich boven de absolute waarnemingsdrempel situeren. (= absolute
drempel)
 Wanneer wil de marketeer dat het verschil in prijs wordt opgemerkt? Wanneer niet? (differentiële
drempel)
 Framing: vraag 199,99 euro, terwijl je 200 bedoelt.
Psychologische prijsdrempels: 99€ ipv 100€,…
 Framing: de realiteit bewust op een bepaalde manier voorstellen (door middel van het manipuleren van
stimuli: woorden, beelden, getallen…) om de interpretatie van anderen te beïnvloeden
 marketing voorbeelden: psychologische prijsdrempels, woord gebruik in slogans, verpakkingsafmetingen,
0% vet, kleurgebruik,…
 Soms wil de marketeer dat het verschil opvalt: nieuw logo, nieuwe merknaam, etc.
 Mogelijk wil de marketeer een breuk met het verleden duidelijk maken.
 In andere situaties wil de marketeer dat het verschil niet opvalt
 Aanpassingen van het logo, die onopvallend zijn:



4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AnnabelEveryday. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $12.07. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76669 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$12.07
  • (0)
  Add to cart