= het planmatig opzetten, uitvoeren en evalueren van communicatie van een organisatie met
haar interne en externe publieksgroepen, ter ondersteuning van de
organisatiedoelstellingen.
- het richt zich op communiceren met, door en in organisaties
1. interne communicatie
= binnen de organisatie
2. marketingcommunicatie
= gericht op verkoop, ‘het merk’
3. ‘concern’communicatie
= de organisatie achter het merk
= gericht op relaties met stakeholders
1+2+3 op elkaar afstemmen = geïntegreerde communicatie
Corporate
communicatie
Extern Intern
Employer Investor Public Crisis- Issue
Public affairs Marketing
branding relations relations communicatie management
Employer branding
= mensen aantrekken om te komen werken in je bedrijf
Investor relations
= alle communicatie met aandeelhouders
Public affairs
= je wil iets gedaan krijgen bij de overheid (vb. bedrijf verkoopt alcohol -> wil
minimumleeftijd verlagen -> gaat lobbyen bij de overheid.)
1
, Public relations
= communiceren naar je doelgroepen, identiteit delen.
Crisiscommunicatie
= communiceren bij een crisis
Issue management
= inspelen op een topic dat leeft in de maatschappij (vb. milieu (leeft in de
maatschappij) -> hierop inspelen als bedrijf)
Voorbeelden op de ppt
Maatschappelijke trends
Digitalisering / online
= stakeholders verwachten dat alles online terug te vinden is
Transparantie
= open zijn tegenover klanten
Duurzaamheid
= duurzamer zijn
Netwerkmaatschappij
= social media, afhankelijk van wat het netwerk zegt wat goed of slecht is
Accountability
= verantwoordelijkheid, kan op het matje geroepen worden als bedrijf,
verantwoording afleggen voor wat je doet
Emotiemaatschappij
= meer laten leiden door gevoel dan verstand
Authenticiteit
= echt zijn, authentiek overkomen
Persoonlijk maatwerk
= graag individueel woorden benadert
Shared values community
= opzoek naar gemeenschappelijke waarden en normen, omringen door mensen met
dezelfde waarden en normen
Beelden
= een goede zet als je van alles kan zeggen met 1 beeld
2
, Hoofdstuk 2: basics over communicatie
Communicatiemodellen:
Theorieën
Stimulus-respons
= als de zender het heel goed brengt gaat de ontvanger dat aanvaarden -> manier
van brengen is cruciaal
Two step flow
= we gaan veel meer aanvaarden van iemand die we kennen of interessant vinden
(influencers)
Uses and gratifications
= jij als ontvanger gaat zelf kiezen wat je toelaat en wat niet, hebben dus een beetje
in de hand waar we informatie opdoen
Agendasetting
= massacommunicatie bepaalt niet wat we exact denken maar wel waarover we
denken
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller zohertoge. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.51. You're not tied to anything after your purchase.