100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Uitwerking werkgroepopdrachten + oefen tentamenvragen 2022/2023 $4.88   Add to cart

Other

Uitwerking werkgroepopdrachten + oefen tentamenvragen 2022/2023

 45 views  5 purchases
  • Course
  • Institution

Dit is een uitwerking van alle werkgroepopdrachten van week 1 t/m 12. Ook zitten er oefententamenvragen in. Het zijn voornamelijk casusvragen. Wij mochten alles meenemen (openboektentamen) dus een uitwerking van veel soorten oefenvragen is erg handig om mee te nemen! Studiejaar .

Preview 4 out of 59  pages

  • January 11, 2023
  • 59
  • 2022/2023
  • Other
  • Unknown
avatar-seller
Werkgroep opdrachten Burgerlijk Recht I

Week 1
Soak up the sun
Technische ontwikkelingen plaatsen juristen regelmatig voor uitdagingen. Of het nu gaat om de
(goederenrechtelijke) kwalificatie van een Bitcoin, doorbreking van natrekking bij modulair
bouwen of de goederenrechtelijke status van al dan niet geïntegreerde zonnepanelen op een dak
van een huis, steeds rijzen interessante vragen.
In het kader van duurzame energie zijn de afgelopen jaren vele zonneparken aangelegd. Het gaat
om weilanden vol met zonnepanelen die energie opwekken, maar ook om drijvende
zonneparken en mobiele zonneparken , om zo een dubbelfunctie aan de (landbouw)grond te
geven.

De aanleg van zo’n park kan kostbaar zijn, zodat de eigenaar van het weiland externe financiering
nodig heeft. Een financier zal op zijn beurt zekerheid willen dat een lening voor de aanleg van zo’n
park wordt terugbetaald.

Opdracht
Voor het vestigen van zekerheidsrechten is noodzakelijk dat de aard van de constructie wordt
bepaald: is het zonnepark een registergoed of niet? Werk deze vraag uit voor de hierboven
bedoelde mobiele zonneparken.
Instructie: ga bij het beantwoorden van (goederenrechtelijke) casus altijd eerst voor uzelf na wat
de rechtsvraag is en welke deelvragen u dient te beantwoorden. Werk uw antwoord uit aan de
hand van de relevante wetsartikelen en toepasselijke jurisprudentie.

Registergoederen staan geregeld in art. 3:10 BW. De vraag luidt of het zonnepark kwalificeert als
onroerende zaak. Zo ja, dan is het een registergoed. Deze vraag moet worden beantwoord aan
art. 3:3 jo. 5:20 BW. Dat leidt tot 3 deelvragen:
1) Is er sprake van een gebouw of werk?  Ja, hier is sprake van. Dit mogen we aannemen.
2) Is er sprake van vereniging met het werk met de grond?  Wordt beantwoord adhv HR
Havenkranen. De in het geding zijnde havenkranen zijn volgens de HR blijkens kun
constructie om zich op het land te bevinden en dat zij indirect via rails ook feitelijk in
voortdurende verbinding staan met de grond. Parallel met zonnepark: rails verenigd de
grond dan zullen de panelen dat ook zijn.
3) Is er sprake van duurzame vereniging?  HR Portacabin: is het zonnepark naar aard en
inrichting bestemd om duurzaam ter plaatse te blijven? Hiervoor moet gekeken worden
naar de bedoeling van de bouwer voor zover dit kenbaar was naar buiten. Obv feiten
beargumenteren. Hoe ziet het eruit voor een voorbijganger? Lijkt het erop dat het door de
bouwer als iets tijdelijks of duurzaam is neergezet?

Extra oefenvragen:
Waarom is deze vraag voor het vestigen van zekerheidsrechten relevant? Sommige
zekerheidsrechten kunnen alleen maar op roerende of onroerende zaken worden gevestigd.
Hoe luidt uw antwoord als het gaat om ‘vaste’ zonneparken? Dan is alleen hypotheek mogelijk
ogv art. 3:260 BW.
Hoe luidt uw antwoord als het gaat om drijvende zonneparken? Dan is alleen pandrecht mogelijk
nu dat alleen op roerende zaken mogelijk is ogv art. 3:236 BW.

,Opdracht 2: zelfstudie
Het Brummense gemeentehuis
(oude tentamenvraag; tijd- en woordindicatie: 15 minuten; 200 woorden)

Het gemeentehuis in Brummen is recent uitgebreid met twee zijvleugels (zie deze website). Deze
zijvleugels zijn ‘semi-permanent’, zij zijn bovendien vrijwel geheel demontabel en hebben een
levensduur van minimaal 20 jaar. Na die 20 jaar zijn de verschillende onderdelen van de vleugels
weer uit elkaar te halen en kunnen de materialen opnieuw gebruikt worden. Op de kadastrale kaart
van Brummen zijn de zijvleugels niet zichtbaar. De Broddelbank heeft een hypotheekrecht op het
gehele perceel.

In het kader van circulair bouwen wordt steeds de wens uitgesproken dat dergelijke ‘gebouwdelen’
eigendom blijven van de leverancier. In dat licht heeft de bouwer van de zijvleugels, MAB, met
betrekking tot die vleugels (althans alle onderdelen daarvan) een eigendomsvoorbehoud bedongen.
Beoordeel of MAB, na een rechtsgeldige ontbinding van de aannemingsovereenkomst, de zijvleugels
kan revindiceren.

Allereerst luidt de vraag of de zijvleugels aangemerkt moeten worden als onroerend of roerende
zaken. De zijvleugels zijn roerend als zij niet verticaal natrekken aan grond, niet natrekken aan het
gebouw of als zij geen bestanddeel vormen van het gebouw. Art. 3:3 en 5:20 BW moet toegepast
worden. Volgens deze artikelen is een gebouw onroerend als het duurzaam met de grond is verenigd.

1. Is er sprake van een gebouw of werk?  Ja van een gebouw.
2. Is er sprake van vereniging?  Er is vereniging met de grond via de vereniging met het
gemeentehuis wat wel verenigd is met de grond. Dit is tevens te zien op de foto.
3. Is de vereniging duurzaam?  In HR Portacabin heeft de Hoge Raad criteria bepaald:

Is het naar aard en inrichting bestemd om duurzaam ter plaatse te blijven? Het gaat hierbij
om de bedoeling van de bouwer en in hoeverre dit kenbaar is naar buiten. Technische
verplaatsbaarheid is niet relevant. Het feit dat het demontabel is, is niet relevant. Argument
voor: de voorbijganger ziet zijvleugels die aan het gebouw zitten. Het gebouw geeft geen blijk
van tijdelijke bouw. Argumenten mbt kadaster en de 20 jaar kunnen niet gebruiken: dit zijn
de verkeersopvattingen. Conclusie: dit wijst erop dat de zijvleugels onroerend zijn en daarmee
niet gerevindiceerd kunnen worden door de ander.


Opdracht 4: tijdens werkgroep
Marko is al sinds 1994 eigenaar van een woning gelegen aan de Broedplaats 2 te X.
Ola is sinds 2020 eigenaar van een bedrijfswoning gelegen aan de Broedplaats 4 te X. Zij heeft de
woning verkregen van Britt B.V.

De 1e verdieping van de woning van Marko is alleen bereikbaar via een kleine hal met een trap van
de begane grond naar de 1e verdieping. Het bewuste halletje en de trap bevinden zich op en boven
het perceel van Broedplaats 4. Tot 2014 was het halletje, en dus ook de trap, alleen toegankelijk
vanuit de woning met het adres Broedplaats 2. In 2014 heeft Marko zijn woning verhuurd aan Per
Persson, de bestuurder van Britt B.V.

Persson heeft – zonder overleg met wie dan ook - een doorgang gemaakt vanuit de bedrijfswoning
die zich bevindt op Broedplaats 4 naar het halletje.

Ola heeft zich na de verkrijging van haar woning op het standpunt gesteld eigenaar te zijn van het
halletje en ze heeft de toegang vanuit Broedplaats 2 afgesloten door een muurtje op te trekken.

2

,Marko heeft vervolgens een procedure opgestart en daarin een verklaring voor recht gevorderd dat
het halletje in eigendom toebehoort aan hem als eigenaar van Broedplaats 2. Tevens is gevorderd
het geplaatste muurtje te verwijderen en verwijderd te houden én om de toegang vanuit Broedplaats
4 weer af te sluiten.

U bent rechter in deze zaak. Maak een situatieschets en geef aan welke rechtsregels en
omstandigheden u relevant vindt voor het nemen van een beslissing over de ingestelde vorderingen.
Besteed aandacht aan de chronologie en de tijdstippen waarop de eigendomsverhoudingen mogelijk
zouden kunnen wijzigen. Vaststaat dat verjaring geen rol speelt.




TOT 2014.
 Alleen voor Marko bereikbaar
 O.g.v. art. 3:4 jo. Art. 5:20 lid 1 onder E: verticale natrekking. Dit zou betekenen dat het
halletje van 4 is. Het gaat over de verkeersopvattingen.
o HR Dépex/curatoren: constructief gezien is het gebouw op elkaar afgestemd. Marko
kan immers alleen maar naar de eerste verdieping via die hal. Dit kan dus niet meer
los worden gezien.
o Ook moet de woning dan als onvoltooid worden beschouwd als hij niet bij zijn eigen
verdieping kan.
o Conclusie: er is sprake van horizontale natrekking.

PERIODE 2014-2020

 Op dat moment was het bereikbaar voor Marko en Persson. Horitzontale natrekking: alleen
die ingang is te weinig om te zeggen dat Marko zijn eigendom verliest.

PERIODE 2020-NU
 Alleen bereikbaar voor Ola.
 Had Ola dat muurtje dan wel mogen plaatsen? Er dient gekeken te worden naar die de
eigenaar is van het halletje. Zelfs als het onrechtmatig is, kan het zijn dat de eigendom
verloren raakt.
 Er is geen horizontale natrekking meer.
 Dus: feiten kunnen ertoe leiden dat de eigendom anders wordt.
Samenvatting

3

,  Roerend of onroerend (art. 3:4 BW).
o Beplantingen zijn onroerend als ze met de grond verenigd zijn.
o Gebouwen en werken als ze duurzaam met de grond verenigd zijn.
o Duurzaam: Portacabin
o Verenigd: Havenkranen en Woonark
o Gevolg: art. 5:20 BW.
 Horizontale of verticale natrekking
 Bestanddeelvorming
o 3:4 lid 1 of 2 BW.
o Lid 1: verkeersopvatting (HR Depex)
o Lid 2: fysieke verbondenheid of schade van betekenis (HR Dépex).

Verkeersopvatting: hoe vul je die in? Zowel te kijken naar de kennis van een bepaalde specifieke
groep maar ook de opvatting van de normale mens. Is heel context gebonden. Beide groepen dus.

Week 2
Opdracht 1: zelfstudie
Nederlandse aardbeien zijn behoorlijk in trek. Afgelopen jaar is er een recordhoeveelheid aardbeien
geteeld. Daar plukt aardbeienteler AardBIJ de vruchten van. Om afnemers zit hij niet meer verlegen.
Een medewerker van supermarkt en afnemer Super de Voer komt medio juli 2021 langs om de oogst
te inspecteren en te onderhandelen over de prijs en de hoeveelheid af te nemen aardbeien.

Gearriveerd in de loods waar de aardbeien zijn opgeslagen, ziet de medewerker dat de aardbeien zijn
opgeslagen in de welbekende plastic bakjes die in kratten op pallets zijn gestapeld. Deze pallets zijn
netjes geseald. Op iedere pallet ligt 100 kilo aardbeien. In totaal is 5000 kilo aardbeien aanwezig in
de loods. Super de Voer besluit na inspectie en prijsafspraak direct de gehele oogst te kopen. De
aanwezige medewerker is echter op dat moment niet in de gelegenheid direct de pallets mee te
nemen. De aardbeien worden daarom c.p. geleverd.

Helaas kan de aantrekkende aardbeienmarkt het financieel zware weer waarin AardBIJ verkeert
vanwege de voorgaande zeer droge jaren niet keren. AardBIJ wordt op 4 augustus 2021 in staat van
faillissement verklaard. Diezelfde dag wordt nog een laatste hoeveelheid (2000 kilo) aardbeien van
het land gehaald en op de gebruikelijke wijze in de loods opgeslagen.

In de loop van die middag krijgt Super de Voer lucht van het faillissement en stuurt een aantal
vrachtwagens langs om de afgesproken hoeveelheid aardbeien mee te nemen. De aanwezige curator
weigert daaraan mee te werken.

Opdracht
Bedenk argumenten waarom de curator de aardbeien niet hoeft af te geven. Bedenk daarnaast
(tegen)argumenten waarom Super de Voer de aardbeien wél mag meenemen.

Leerstuk: oneigenlijke vermenging. Uit art. 3:109 en 3:119 wordt vermoedt dat AardBIJ onbezwaard
eigenaar te zijn, tenzij Super de Voer kan aanwijzen welke pallets onder haar eigendom valt. Super de
Voer kan dit echter niet door de oneigenlijke vermenging. Uit HR Teixeira de Mattos blijkt dat indien
iemand een bepaalde onder een andere rustende roerende zaak als zijn eigendom opvordert en de
gedaagde die eigendom betwist kan volstaan met gemotiveerd te ontkennen dat het goed aan de
eiser toebehoort. De curator zou dus moeten betwisten. Het is dan aan Super de Voer om nader
uiteen te zetten waarom die zaak zijn eigendom is en hij zal dit moeten bewijzen.




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lynnevers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62555 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.88  5x  sold
  • (0)
  Add to cart