Samenvatting 'Klinische Lessen' (VU, jaar 3 psychologie)
31 views 0 purchase
Course
Klinische Lessen (P_BKLINLES)
Institution
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Samenvatting van alle colleges en literatuur (enkele artikelen per hoofdstuk/college) van het vak Klinische Lessen, jaar 3 klinische leerlijn psychologie (VU).
1. Classificatie van psychische stoornissen volgens de DSM-V 2
2. Ontwikkelingspsychopathologie 5
3. Gehechtheids- en regulatieproblemen 9
4. Eetstoornissen 12
5. Persoonlijkheidsproblematiek 16
6. Angststoornissen en PTSS 20
7. Stemmingsstoornissen 28
8. Verslaving 33
9. Auditieve hallucinaties 38
10. Dementie en de ziekte van Alzheimer 41
11. Delirium bij ouderen 46
12. Traumatisch Hersenletsel (THL; TBI) 49
13. Anamnese 52
Deze samenvatting bevat (bijna) alles van de hoorcolleges, de hoofdstukken uit de boeken en de artikelen
DISCLAIMER
Deze samenvatting is gemaakt door een student!
Ermee studeren en er op vertrouwen is 100% je eigen verantwoordelijkheid.
THANKS & SUCCES!!! J
J YOU CAN DO IT!!! CA
, 2
Classificatie van psychische stoornissen volgens de DSM-V
Nolen-Hoeksema H3
Regier et al. (2013)
Hutchings & Virden (2010)
- DSM: Diagnostic Statistical Manual of Mental Disorders
o Diagnostic
§ Doel = clinici helpen bij classificeren van psychische stoornissen
§ Beschrijvend! Samenvatting vd symptomen à zegt niets over oorzaak/theorie
o Statistical manual
§ Empirisch
§ Symptoomclusters (symptomen die vaak samen voorkomen)
§ Effectieve behandelingen
- Classificatie = VERLIES van informatie
o Ja/Nee: gezond/stoornis…
o Is er voldoende/te veel nuance in een categorie?
o Classificatie is goed om te weten maar moet ook individuele kenmerken in acht nemen
o Maar ook standaardisering: verbeterde betrouwbaarheid en validiteit
o En 1 gezamenlijke taal, makkelijk voor communicatie binnen de klinische praktijk
§ Ook voor onderzoek en theorievorming
- Veel kritiek op DSM
o Weinig verband met oorzaak of prognose: is “afsprakenboek”
o Niet alle klachten ‘te vangen’ (hokjes)
o Perverse prikkel: zonder diagnose geen betaling door de verzekering, ook al kan je wel serieuze
klachten hebben
o “keuzemenu”: 300 stoornissen, meer diagnosen gesteld dan nodig
o Valse epidemieën door verandering classificatie
o Is diagnose eindstadium/proces?
o Classificatie bij laag begaafden
o Onvoldoende ruimte voor cultuurverschillen!!!
o MAAR!! DSM blijft alsnog beste optie…
Classificatie in de praktijk
- Klachten of symptomen ≠ stoornis!!!! (voorbeeld “ik heb echt OCD”)
- DSM = heel specifiek per stoornis (Voldoen aan A…, en B…, En minstens 2 van C… etc.)
- Stoornis =
o Klinisch significante symptomen op gebied van cognitie, emotieregulatie of gedrag
o Uiting van dysfunctie in een psychologisch, biologisch of ontwikkelingsproces
o Significante lijdensdruk
o Beperkingen in het sociaal of beroepsmatig functioneren
- GEEN stoornis =
o “geaccepteerde” reactie op stressor/verlies
o Sociaal afwijkend gedrag mbt politiek, religie, seksueel (mits oorsprong niet in disfunctie ligt)
- Classificatie heeft minstens 3 elementen
1. Klinische syndromen, persoonlijkheidsproblematiek en medische aandoeningen
2. Psychosociale stressoren – andere problemen die een reden voor zorg kunnen zijn
3. Niveau van functioneren
o Classificatie bevat dus persoon én context: e.g. gezin/systeem/werk
- Nieuw in DSM-V (Regier et al., 2013)
o Als voorheen gezegd: dimensies worden gebruikt naast de categorieën
, 3
o Includeren van specificaties, subtypes, ernst, aard, beloop, symptomen die over meerdere
categorieën spannen (cross-cutting symptoms). MAAR: stoornis? Zal altijd Ja/Nee blijven
o Sommige DSM4 stoornissen zijn gecombineerd tot dimensie stoornissen in de DSM-V
o Wat nieuwe stoornissen zoals hoarding disorder (het overmatig verzamelen van vaak
waardeloze spullen, incl. Afval, wat vaak resulteert in gevaarlijke leefomstandigheden) en
disruptive mood dysregulation disorder (DMDD; kinderen met extreem controleverlies over
het gedrag en niet-episodische prikkelbaarheid).
Voorbeeld (NH H3): diagnose met behulp van dimensies
Classificatie als onderdeel van de diagnose
- DSM als onderdeel van diagnostisch proces
o Aanvraag
o Intake
o Psychodiagnostisch onderzoek
o Structuurdiagnose en classificatie DSM Voorbeeld structuurdiagnose
o Indicatiestelling Laatste maanden geleidelijk ontstaan
- Classificatie als onderdeel van diagnose: structuurdiagnose leidt ernstig depressief syndroom in de vorm
van een eenmalige depressieve stoornis,
tot indicatie en behandelplan en omvat beschrijven de en
bij een vrouw van 47 jaar, met een
verklarende diagnostiek. Onderdelen: familiaire belasting voor depressiviteit,
o Nauwkeurige voorgeschiedenis geluxeerd door de verlating door haar
o Hypothese over ontstaansvoorwaarde en echtgenoot 6 maanden geleden.
ontstaanswijze (Hutchings & Virden, 2010) Betrokkene krijgt veel steun van een
§ Minstens 5 geode vriendin, maar de zorg voor haar
§ Info over begin, duur, beloop, ernst en stressors 23-jarige thuiswonenden zoon met een
à bepaalde hypotheses prioriteren autisme spectrumstoornis lijkt haar forst
o Samenvatting van predisponerende, luxerende, te overvragen.
beschermende en instandhoudende factoren (zie
italics)
o Persoonlijkheidsontwikkeling
- Vertaling in classificatie DSM-V van het voorbeeld:
o Depressieve stoornis, eenmalige episode, ernst matig (296.22)
o Uiteenvallen van gezin door (echt)scheiding (V61.03)
o Ouder-kindrelatieprobleem (V61.20)
- Informatie krijgen door anamnese, observatie, gestructureerd interview, testmateriaal (instrumenten)
, 4
Het gesprek (incl. Hutchings & Virden, 2010)
- Reden van aanmelding: huidige klachten, symptomen (aard/ernst/begin/duur/beloop), geschiedenis
van psychische problemen, huidige situatie, recente levensgebeurtenissen, eigen begrip vd situatie,
wat al geprobeerd, overige symptomen, hulpvraag
- Context: volg de levensloop
o Familie (geboorte, ijkpunten in ontwikkeling, overgangen, huishouden, psychiatrische
familiegeschiedenis)
o Onderwijs (soort school, sterke en zwakke punten, drop-out, doublures)
o Sociaal en seksueel (vriendschappen, interesses, clubjes, ontwikkeling verliefdheid, intimiteit,
eerste ervaringen)
o Beroepsmatig functioneren (werkgeschiedenis, arbeidsconflicten, dienst, oplosmiddelen)
o Diversiteit (cultuur, religie, etniciteit, gender)
o Juridische problemen (dader, slachtoffer)
o Trauma (mishandeling, misbruik, in directe omgeving)
o Middelen (hoeveel, welke, hoelang, beperkingen)
o Somatiek (gezondheid, ziekten, fysieke klachten, lichaamsbeleving, zintuigelijke waarneming)
Psychodiagnostisch onderzoek – instrumenten
- 3 criteria
1. Validiteit – meet de test wat deze zegt te meten
a. Inhoudsvaliditeit – test de test alle belangrijke aspecten van een fenomeen
b. Face validiteit – de test lijkt (op het eerste gezicht) te meten wat het zegt te meten
c. Convergente validiteit – de test krijgt dezelfde resultaten als andere testen die hetzelfde
construct (gedrag/gedachten/gevoelens) meten
d. Voorspellende validiteit – de test voorspelt het gedrag/gevoel/de gedachten die het zou
moeten voorspellen
e. Begripsvaliditeit – de test test wat het zou moeten testen, en niets anders
2. Betrouwbaarheid – geeft aan hoe consistent de test is in het meten
a. Test-hertest betrouwbaarheid – de test geeft vergelijkbare resultaten wanneer deze
afgenomen wordt op 2 verschillende momenten in de tijd
b. Alternate form betrouwbaarheid – twee versies van dezelfde test geven vergelijkbare
resultaten
c. Interbeoordelaarsbetrouwbaarheid – 2 of meer beoordelaars die de test afnemen trekken
vergelijkbare conclusies
d. Interne consistentie – verschillende onderdelen van dezelfde test geven vergelijkbare
resultaten
3. Standaardisatie – het gebruik van gestandaardiseerde methodes om een test af te nemen
- Symptomen vragenlijsten – vragenlijst die enerzijds een breed scala anderzijds heel specifieke
symptomen voor een stoornis bevraagt
o E.g. Beck Depression Inventory (BDI): 21 items, elke beschrijft een vd 4 levels van een gegeven
symptoom van depressie
- Persoonlijkheidsinventarisatie – vragenlijst die mens gebruikelijke manier van denken, gevoelens en
gedrag beoordeelt
o Meest gebruikt = Minnesota Multiphasic Personality Inventory (MMPI)
o Kritiek: MMPI niet voor multiculturele groepen
- Gedragsobservatie – het inventariseren van bepaalde gedragingen, en wat er voorgaat aan/volgt uit
die gedragingen
o Nadelen (voorbeelden): individuen kunnen gedrag aanpassen als ze weten dat ze bekeken
worden, sommige details worden gemist
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evabus. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.22. You're not tied to anything after your purchase.