In dit document vind je verschillende tentamenvragen met alle antwoorden die gebaseerd zijn op de volgende hoofdstukken uit het boek 'Mens en Recht':
- Hoofdstuk 7: Personen en familierecht: samenlevingsvormen en scheiding.
- Hoofdstuk 8: Personen en familierecht: juridisch ouderschap en gezag....
Boek: Mens en Recht
Mr. A. Bunthof
Mr. Y.M. Visscher
M.m.v. mr. W.G.T.M. Leusenkamp
Informatie: de volgende tentamenvragen en antwoorden zijn
gebaseerd op de volgende hoofstukken en paragrafen uit het
boek Mens en Recht:
Het boek: Mens en Recht tiende druk.
- Hoofdstuk 7: Personen en familierecht:
samenlevingsvormen en scheiding.
- Hoofdstuk 8: Personen en familierecht: juridisch
ouderschap en gezag.
- Hoofdstuk 11: Arbeidsrecht.
- Hoofdstuk: Sociale zekerheid. 12 (12.1+12.3). +
Hoofdstuk 13 (13.1. t/m 13.1.2. en 13.2.
,Hoofdstuk 7: Personen- en familierecht.
1. Waar vind je het personen- en familierecht?
- Antwoord: Boek 1 BW.
2. Wanneer spreek je van bloedverwantschap?
- Antwoord: de lijn die getrokken kan worden tussen ouders en kinderen en broers en zussen.
Men spreekt over bloedverwantschap indien er een lijn getrokken kan worden in verticale zin.
Grootouder-ouder-kind. Dan is er sprake van bloedverwantschap. Het betreft bij ouders en
kinderen de lijn in verticale zin. Bloedverwant in de zijlijn kan ook. In dat geval gaat het om
mensen die een gemeenschappelijke stamvader of moeder hebben. Denk hierbij aan broers en
zussen.
3. Als een kind doodgeboren is, is er volgens de wet:
- Antwoord: geen persoonlijkheid ontstaan.
4. Mark wil graag weten in welke graad zijn nichtje, de dochter van zijn broer, tot hem staat. Zijn
nicht is verwant in de:
- Antwoord: derde graad. Bij bloedverwantschap in de zijlijn moet men eerst de stap naar boven
maken tot de gemeenschappelijke ouder. Vanaf dat punt tel je door tot je aankomt bij de
gezochte persoon. In dit geval moet Mark de stap naar zijn ouders maken, vervolgens naar zijn
broer en daarna naar zijn nicht. Dat zijn drie stappen waardoor het nichtje bloedverwant is in de
derde graad.
5. Henry trouwt met Sanne. Henry en zijn schoonfamilie zijn nu:
- Antwoord: aanverwanten. De schoonfamilie van Henry is aanverwant. Bloedverwant is niet
mogelijk, aangezien er geen bloedlijn loopt tussen Henry en zijn schoonfamilie.
6. Huwelijksvereisten zijn:
- Antwoord: eisen die gesteld zijn om een huwelijk te mogen sluiten. Huwelijksvereisten zijn de
eisen die gesteld worden om een geldig huwelijk te kunnen sluiten. Voorbeelden hiervan zijn dat
beide partners ongehuwd moeten zijn en in staat moeten zijn om met hun vrije wil te bepalen
dat zij willen huwen
7. Wat is het belangrijkste rechtsgevolg van geregistreerd partnerschap?
Antwoord: partners kunnen elkaars achternaam gebruiken. De rechtsgevolgen van het aangaan
van een geregistreerd partnerschap zijn gelijk aan die van het huwelijk. Zo mogen partners elkaar
achternaam gebruiken en zijn zij verplicht de kinderen tot 18 jaar die in het gezin opgroeien, te
verzorgen en op te voeden.
8. Stelling: Als Rico en Esther in de periode dat zij geregistreerd partners zijn een dochter krijgen,
dan hebben zij beiden van rechtswege het gezag.
- Antwoord: juist. Partners staan in een familierechtelijke betrekking met hun kinderen die tijdens
het bestaan van het geregistreerde partnerschap zijn geboren en hebben van rechtswege
(automatisch) het gezag.
9. Maria en Willem willen graag met elkaar trouwen. Maria woont al twee jaar samen met
Willem, maar is nog getrouwd met René. Maria en René hebben echter geen contact meer met
elkaar.
- Antwoord: Maria kan pas trouwen met Willem als zij officieel gescheiden is van René. In
Nederland kun je met slechts één man of vrouw trouwen. Maria zal dus eerst officieel moeten
scheiden voordat zij met Willem kan trouwen
10. Wat kan er niet gevraagd worden bij een voorlopige voorziening?
- Antwoord: Bij een voorlopige voorziening is het niet mogelijk om een versnelling van de
echtscheidingsprocedure te verzoeken. Bij een voorlopige voorziening is het mogelijk om, tijdens
de procedure, een verzoek in te dienen voor voorzieningen die nodig zijn in het dagelijks leven.
Bijvoorbeeld: toegang tot de woning, de auto, en verzorging van de kinderen.
11. Wat is géén manier waarop een huwelijk kan worden beëindigd?
, - Antwoord: een nieuw huwelijk aangaan; Een nieuw huwelijk kan pas worden aangegaan op het
moment dat het voorgaande huwelijk is beëindigd. Een nieuw huwelijk aangaan is dus niet de
manier om een eerder huwelijk te beëindigen.
12. Bij een scheiding van tafel en bed is er:
- Antwoord: nog geen sprake van een echte scheiding; Bij een scheiding van tafel en bed blijft het
huwelijk intact. Indien de partners na scheiding van tafel en bed willen scheiden, dient dat door
middel van een aparte procedure plaats te vinden waarbij ontbinding van het huwelijk zal
worden gevraagd.
13. Harry en Mary liggen in scheiding. De scheiding verloopt niet zonder slag of stoot en beide
partijen maken elkaar veel verwijten. Er is een kind geboren uit het huwelijk. Besloten is al wel
dat het kind bij Mary blijft wonen. Mary wil tijdens de echtscheidingsprocedure graag in de
woning blijven waar ze nu wonen, aangezien de school van het kind om de hoek ligt. Harry is
het daar niet mee eens, hij wil immers ook in de woning blijven. Wat moet Mary doen?
- Antwoord: een voorlopige voorziening aanvragen om in de woning te mogen blijven. Met een
voorlopige voorziening kan verzocht worden de woning aan een van de ouders toe te wijzen
tijdens de echtscheidingsprocedure. In dit geval blijft het kind bij Mary en ligt de school om de
hoek van de huidige woning. Dit zal voldoende grond zijn om door middel van een voorlopige
voorziening in de koopwoning te mogen blijven wonen.
14. Wat is alimentatie?
- Antwoord: Alimentatie is een uitkering van de ene partner voor de andere partner en/of de
kinderen. Het gaat hier om kosten van levensonderhoud.
15. Maria en Henk zijn gescheiden na een huwelijk van acht jaar. Maria moet alimentatie aan Henk
betalen en doet dit al twee jaar. Henk krijgt echter een nieuwe relatie met Yvonne en ze gaan
samenwonen.
- Antwoord: Maria’s plicht tot betalen van de alimentatie stopt op het moment dat Henk gaat
samenwonen met Yvonne. Wanneer Henk gaat samenwonen met Yvonne is het niet redelijk om
Maria door te laten betalen. Maria hoeft niet te betalen voor Henk, terwijl Henk zijn lasten en
behoeftes kan delen met Yvonne.
16. Wie heeft er gezag over de kinderen na de echtscheiding?
- Antwoord: beide ouders hebben gezamenlijk gezag. Ouders hebben gezamenlijk gezag over de
kinderen. Dit is zowel tijdens als na het huwelijk van toepassing. Het belang van de kinderen
staat voorop, dus je kunt niet spreken van een half-om-half-verdeling, dat is afhankelijk van de
behoefte van de kinderen.
17. Harry heeft gezag en een omgangsregeling voor zijn kinderen. Harry is de niet-verzorgende
ouder. De laatste tijd komt Harry de omgangsregeling echter niet goed na. Hij haalt de
kinderen niet, brengt ze te laat terug en zorgt niet goed voor de kinderen als ze bij Harry
verblijven. Wat kan er nu gebeuren?
- Antwoord: De omgang kan worden opgeschort. Gezag ontnemen is een drastische maatregel.
Aangezien Harry gezag heeft, is het niet mogelijk om het gezag te ontzeggen. Wat wel mogelijk is,
is om het gezag op te schorten. Er ontstaat dan een periode waarbij er geen omgang tussen
Harry en de kinderen plaats zal vinden en Harry de tijd heeft om zijn leven op orde te brengen.
18. Wanneer iemand persoonlijkheid heeft, wat wordt hiermee gezegd?
- Antwoord: Bij persoonlijkheid krijg je rechten en plichten conform de wet. Zo is het mogelijk dat
een baby een erfenis krijgt. Als een baby geen persoonlijkheid heeft, zou hij geen erfenis kunnen
krijgen
19. Hoe ontstaat aanverwantschap?
- Antwoord: door een huwelijk of geregistreerd partnerschap. Aanverwantschap betreft de relatie
tussen de echtgenoot en de familieleden van de partner.
20. Stelling: Bij een overlijden eindigt de persoonlijkheid. De rechten en plichten die bij de
persoonlijkheid horen gaan dan over op de erfgenamen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller xoNoaa. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.61. You're not tied to anything after your purchase.