Dit is een scheikunde samenvatting uit het boek Chemie Overal voor leerlingen uit de 4e klas. Hierin behandel ik hoofdstuk 2, Bouwstenen van stoffen. De paragrafen 2.1 t/m 2.4 worden besproken. In deze samenvatting geef ik een verduidelijkende uitleg van de tekst in combinatie met uitleg van de doc...
Thanks for commenting on my recap. I would love to hear if you have any tips for me.
Seller
Follow
vanderburgnathan
Reviews received
Content preview
2.1
Periodiek systeem
In de scheikunde zijn 2 belangrijke begrippen. Microniveau en
macroniveau. Als iets op macroniveau is kun je het met het blote oog
waarnemen, dus eigenlijk is het groot, dus macro is alles wat we
waarnemen. Microniveau is klein en op molecuulniveau. Op je examen
kan er gevraagd worden om het op microniveau te beschrijven. Hiervoor
moeten we het op microniveau gaan begrijpen.
Dit kan moet behulp van meneer Rutherford. Deze wetenschapper
concludeerde dat het atoom bestaat uit een positief geladen atoomkern
met daaromheen een wolk met negatief geladen elektronen. Deze zijn
de elektronenwolk rond de kern.
Later bleek uit ook dat de atoomkern bestond uit kleinere deeltjes,
positief geladen protonen en neutraal geladen neutronen. De neutronen
zorgen ervoor dat de positieve protonen bij elkaar gehouden worden. De
negatieve lading moet altijd precies even groot zijn als de positieve
lading. De elektrische lading van protonen en neutronen kun je
uitdrukken in Coulomb(C). De lading van een proton/elektron is 1,6 x
10⁻¹⁹ C. Maar meestal gebruik je de eenheid elementaire ladingseenheid
of elementair ladingskwantum (e). Dus je gebruikt dan gewoon de lading
van één elektron
Nog wat later is het atoommodel van Rutherford verfijnd door meneer
Bohr. Hij ontdekte dat er geen elektronenwolk was maar dat er
verschillende bolvormige banen zijn waar de elektronen doorheen
bewegen. Dit zijn de elektronenschillen. Over deze schillen wordt een
aantal elektronen verdeeld. Dit heet ook wel de elektronenconfiguratie.
De schillen hebben ook ieder een naam:
● Schil 1: K-schil en bevat 2 elektronen
● Schil 2: L-schil en bevat 8 elektronen
● Schil 3: M-schil en bevat 18 elektronen
● Schil 4: O-schil en bevat 36 elektronen
● Schil 5: P-schil en bevat ook 36 elektronen(Alles na de M-schil
heeft 36 elektronen)
● Schil 6: Q-schil en bevat 36 elektronen
, (je moet in het atoommodel van bohr ook altijd de hoeveelheid protonen
en neutronen neerzetten in de kern en van minimaal 1 elektron de letter
´e` neerzet) (Je kan dan ook e⁻ doen, dat is beter)
Het verschil tussen atomen wordt veroorzaakt tussen het aantal
protonen in de kern. Het aantal protonen is het atoomnummer. Voor een
koolstofatoom is dit nummer 6. Er zijn dan 6 protonen en 6 elektronen.
Het massagetal is het aantal protonen + het aantal neutronen(niet +
elektronen omdat deze zo weinig wegen dat het er niet bij moet). Voor
koolstof kan dit 12 zijn, maar ook bijvoorbeeld 13. Dit kan omdat het
aantal neutronen kan variëren. Dat komt door verschillende isotopen. Er
kunnen in de natuur verschillende massagetallen bij atomen voor. Het
atoomnummer is wel hetzelfde. Je kunt isotopen van elkaar
onderscheiden door notaties. Je kunt massagetal op twee manieren
noteren:
In binas tabel 25 vind je alle isotopen bij de atomen. Je kan dan ook zien
welk van de isotopen het meest in de natuur voorkomt. Dit moet je
kunnen voor de toets. In het periodiek systeem (tabel 99) staat de
gemiddelde atoommassa linksboven. Die van C is bijvoorbeeld 12,01.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vanderburgnathan. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.