Vraag 1.
a) Bedrijven een hoger loon betalen aan werknemers (hoger loon dan het evenwichtsloon),
zodat zij gemotiveerder en productiever werken. Als bedrijven het reserveringsloon zouden
betalen, dan zouden werknemers net zo goed werkloos kunnen zijn. De Efficiency wage zal
mensen dus harder laten werken, omdat ze beter beloond worden.
De implicaties van de efficiency wage theorie kan zijn dat het duurder is voor bedrijven,
waardoor ook de prijzen zullen stijgen. De mark-up boven de hogere efficiency lonen zullen
de prijzen doen stijgen.
Loon is gerelateerd aan productiviteit, arbeidsmarkt omstandigheden en het soort baan.
b) Verhoging van het werkloosheidspercentage zal de nominale lonen doen afnemen. Als er
meer mensen werkloos zijn, neemt de onderhandelingsmacht van de werknemers af.
Bedrijven kunnen namelijk makkelijk een nieuwe werknemer vinden en hierdoor zullen
mensen sneller een lager loon accepteren.
c) De WS-relatie is afhankelijk van de werkloosheid. De WS-relatie, de reële lonen, is een
functie van werkloosheidspercentage. Hoe hoger het werkloosheidspercentage, hoe lager de
lonen. Hoe lager het werkloosheidspercentage, hoe hoger de lonen.
Bij een hoog percentage werklozen is de kracht van werknemers lager en zullen zij eerder
een lager loon moeten accepteren. Bij laag werkloosheidspercentage komen bedrijven niet
gemakkelijk aan een nieuwe werknemer, dus heeft de werknemer veel
onderhandelingsmacht. Hierdoor kan zij een hoger loon eisen en het bedrijf zal meegaan.
Deze WS-relatie is dus afnemend.
d) De PS-relatie stelt de relatie tussen de nominale lonen en de prijzen weer. Bedrijven zien
lonen als kosten en bij het bepalen van de prijs voegen ze hier een mark-up aan toe. Deze
prijzen bepalen bedrijven onafhankelijk van het werkloosheidspercentage. Deze relatie is
dus onafhankelijk van ‘u’, maar afhankelijk van de mark-up en de lonen. Dit is dus een rechte
lijn in de grafiek met de WS en PS.
e) Voor werknemers en bedrijven zijn prijsniveaus interessanter dan de nominale prijzen.
Voor hen is reëel beter dan nominaal. Mensen willen met hun loon namelijk producten
kopen en kijken niet zo zeer naar het loon als getal. Bedrijven zien lonen als kosten en voor
hen is het dus belangrijk hoe deze in verhouding staan met de prijzen van hun producten.
Voor beide partijen is het prijsniveau van belang voor de nominale lonen. Op basis van de
verwachte prijzen zullen zij de lonen bepalen.
f) De stijging van de mark-up betekent hogere prijzen, lagere reële lonen, en dus dat PS lager
komt te liggen (1/1+mark-up). De PS ligt lager, de WS blijft gelijk. Dit betekent dat het reële
evenwichtsloon lager komt te liggen. Door lagere lonen gaat het natuurlijk
werkloosheidspercentage omhoog, mensen vinden werken minder aantrekkelijk door het
lagere loon. Het natuurlijke werkgelegenheidsniveau blijft gelijk, er zijn nog net zoveel banen
als voorheen, wel zijn er meer beschikbaar. Output is een functie van onder meer
werkloosheid. Hogere werkloosheid betekent lagere output.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller yoel0507. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.34. You're not tied to anything after your purchase.