Paragraaf 1
Ongeveer twee miljoen jaar geleden leefde een apensoort in een gebied dat door hoge gebieden was
afgesloten in Oost-Afrika. Deze apen maakten een andere verandering door dan andere soorten door
klimaatsverschillen. In plaats van bossen kwamen uitgestrekte graslanden. De meeste trokken toen
weg, maar een kleine groep bleef. Ook de beenderen van deze groep paste zich aan en de hersenpan
nam toe.
Alle mensen behoren tot de homo sapiens, er zijn wel verschillen tussen mensen. Een etnische groep
is een groep mensen met lichamelijke kenmerken die anders zijn als bij andere groepen mensen.
Deze kenmerken zijn erfelijk (bv. Huidskleur). Een officiële verklaring voor etnische verschillen is er
niet, maar onderzoekers denken dat het komt door klimaatsverschillen over een periode van
minstens 10.000 jaar. Er ontstonden ook verschillend culturen. Onder cultuur verstaan we het
denken en doen van een bepaalde bevolkingsgroep:
- Economisch: hoe mensen hun levensonderhoud voorzien en inkomsten verdelen.
- Sociaal: hoe mensen zich gedragen en met elkaar omgaan.
- Politiek: hoe mensen de macht onder elkaar verdelen.
- Andere onderdelen. Bv. godsdienst, taal, onderwijs en wetenschap, kunst, rechtspraak,
sport.
Groepen verspreidden zich over de hele aarde, daardoor ontstonden er verschillen in geschiedenis
en cultuur, maar er waren ook overeenkomsten:
- Alle groepen leefden van verzamelen (meestal vrouwen), jagen en vissen (meestal mannen).
- Voedsel werd verzameld voor korte tijd. De meeste groepen trokken weg als er geen eten
meer was (nomadisch).
- Alle groepen leefden in grotten of eenvoudige hutten.
- Alle groepen maakten gebruik van eenvoudige werktuigen, gemaakt van hout, stenen en
botten.
Mensen probeerden met magie (= iets doen waarvan men denkt dat het een geheimzinnige kracht
heeft) de natuur te beheersen. Mensen konden verschijnselen niet verklaren, dus bedachten ze
goden. Dit is te leiden uit gevonden beeldjes uit de prehistorie.
Paragraaf 2
Ongeveer 7000 v. Chr. ontstond akkerbouw en veeteelt in het Midden-Oosten. In Mesopotamië
ontdekten mensen zaaien en oogsten en dat dieren als ‘huisdier’ konden worden gehouden.
Hierdoor hoefden zij niet steeds verder te trekken. Zo ontstonden dorpen. Oogst leverde veel op,
waardoor niet iedereen meer in de landbouw hoefde te werken, er ontstonden andere beroepen.
Dorpen werden steden wanneer er meer mensen niet-landbouw beroepen beoefenden dan mensen
die wel in de landbouw werkten.
Langs de rivieren de Eufraat en Tigris ontstonden de eerste steden. De steden waren eerst
zelfstandig, maar politieke leiders van steden gingen samenwerken en vormden staten (= een land
met duidelijke grenzen waarin een kleine groep mensen de bevolking bestuurt) als Soemerië en
Babylonië. Daardoor werd het samenleven ingewikkelder. Sommige mensen kregen meer macht en
bezit dan anderen, zo ontstonden er lagen in de samenleving (gelaagde samenleving). De lagen
verschillen in aanzien, bezit en macht. Koningen en priesters hadden de meeste macht.
Ongeveer 3100 v. Chr. ontstond in het Midden-Oosten het schrift. Koningen konden daarmee wetten
over bekend maken en de belasting bij houden. Handelaren hielden bij wat ze verkochten en legden
handelsafspraken vast. Ook konden mensen kennis doorgeven voor latere generaties. Steden langs
rivieren worden rivierdalculturen genoemd. Voorbeelden: Indus, Gele Rivier.
Paragraaf 3
Tussen 5000 en 4000 v. Chr. ontdekten jagers en verzamelaars in het Nijldal dat zij konden oogsten
en zaaien. Ook temden zij wilde dieren. Ook daar ontstonden dorpen en steden.
De Egyptenaren leerden de rivier te beheersen met dammen, dijken en sloten. Wanneer de Nijl op
zijn hoogste punt was, staken ze de dijken door en liep het land onder water. Als het waterpeil weer
ging zakken werden de dijken weer afgesloten. Via sloten en openingen in de dam werd het water
afgevoerd. Dit proces wordt waterhuishouding genoemd. In elk dorp hadden enkele bestuurders de
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vrrv004. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.38. You're not tied to anything after your purchase.