Samenvatting Bedrijfsadministratie | Jaar 2 | Hogeschool van Amsterdam
6 views 0 purchase
Course
Bedrijfsadministratie
Institution
Hogeschool Van Amsterdam (HvA)
Beste lezer,
Ben je op zoek naar een heldere en overzichtelijke samenvatting van het vak Bedrijfsadministratie? Dan heb ik de perfecte samenvatting voor jou! Met deze samenvatting heb je alle belangrijke onderwerpen en begrippen binnen dit vak binnen handbereik. Het is een handige tool om naast...
Hoofdstuk 1:
Ten aanzien van het verkoopproces kunnen we verschillende vragen stellen:
Hoe weet de medewerker bij de kassa dat de prijs op het label van kledingstuk
juist is?
Hoe kan de medewerker controleren of hij alle kledingstukken van de klant
heeft gescand?
Etc. Deze vragen hebben te maken met de betrouwnaarheid en volledigheid van de
registratie van de inkomsten en de integriteit van medewerkers en klanten.
Bedrijfsproces: bestaat uit een aantal activiteiten, start van verkoopproces tot eind
verkoopproces. Loop je risico’s? Los het op met administratieve organisatie.
In een organogram wordt de afdeling administratie en logistiek gesplitst bij grotere
winkels om de verantwoordelijkheid voor de inkoop los te koppelen van de
administratie waardoor controle kan worden uitgeoefend op de betrouwbaarheid van
de inkoop en op de volledigheid van de registratie van de inkomende goederen.
Vanuit de administratieve organisatie en de beheersing van risico’s is het ook
belangrijk dat de verschillende rollen in een bedrijf worden onderscheiden van de
verschillende verantwoordelijkheden.
Goederenbeweging: de inkoop komt op een bepaald moment binnen, wordt
ontvangen en opgeslagen en daarna verkocht.
Primaire proces in logistieke basisstructuur:
Ontvangen inkoop en opslaan in magazijn voorraad in winkelmagazijn labelen
voorraad en ophangen/neerleggen in winkelschappen voorraad in winkelschappen
verkoop en leveren van voorraad aan klant.
Primaire proces: ook wel de kernactiviteiten van een organisatie. Processen die
gericht zijn op het door de organisatie leveren van toegevoegde waarde aan haar
omgeving.
Omgevingsfactoren: ontwikkelingen. Factoren waar men zelf geen invloed op uit
kan oefenen, zoals politieke situatie, economische situatie, taal, religie, cultuur,
zeden en gewoonten, sfeer. Aanpassingen in administratieve organisatie
Paar ontwikkelingen waar elke organisatie wel mee te maken heeft omdat deze hun
markt beïnvloeden:
o Globalisering: de afstand in de wereld wordt kleiner omdat alle landgrenzen
open zijn of worden gemaakt. Gevolg is dat er allerlei regels zijn waar je aan
moet voldoen. Goedkoper om in buitenland te produceren. Concurrentie
verhogend: efficiëntie. Steeds vaker vestigingen in het buitenland.
o IT-ontwikkelingen: internet heeft gezorgd voor snelle uitwisseling over de
hele wereld. Er zijn nu veel online shops/ internetwinkels. Ook ondersteuning
van hun interne bedrijfsprocessen. Steeds vaker zullen informatie via
internettechnologie plaatsvinden.
, o Samenwerking in de keten: vooral in handels- en
productiebedrijven zien we steeds vaker strategische
samenwerkingen ontstaan. Boer heeft koeien en levert
melk aan een melkfabriek en die maken er diverse
producten van. Voordeel is de kwaliteitsbewaking van
de producten die op elkaar kunnen worden afgestemd
met minder kosten als gevolg. Bedrijfskolom
Paar redenen voor samenwerking: inkoopvoordelen,
kostenreductie, voorraadreductie en verbreding markt.
o Organisatieontwikkelingen: organisatie zijn door de
concurrentiedruk erg kostenbewust. Daarnaast is er ook
een druk vanuit de arbeidsmarkt, werknemers zijn steeds hoger opgeleid en
daarom komen er steeds nieuwe werkmethoden. Dit gebeurt omdat
werknemers meer verantwoordelijkheid willen. Interne organisatie flexibel
genoeg moeten zijn om mee te kunnen bewegen met de vraag van de klant.
Typologie: indelingsmethode waarbij bedrijven vanuit een bepaald gezichtspunt
worden onderverdeeld in vergelijkbare bedrijven of organisaties. Je leert een bedrijf
vanuit een bepaald perspectief te benaderen.
Typologie van Starreveld: kent twee categorieën namelijk organisatie werken
binnen een markt of niet werken binnen een markt. Benadert beide categorieën
anders.
Bedrijven werkend voor Handelsbedrijven Op rekening
een markt Tegen contante betaling
Productiebedrijven Massaproductie
Stukproductie
Dienstverlenende Met een zekere
bedrijven goederenbeweging
informatie of
informatiediensten.
Beschikbaar stellen
ruimte.
Overig.
Financiële instellingen
Geen markt Overheid
Privaatrechtelijke
organisaties
Hoofdstuk 2:
, Verkoopproces begint en eindigt in de winkel. Begint bij bestelling en eindigt
wanneer de klant met product weggaat uit winkel.
Subproces: processtap
Waardenketen van Porter/ value chain: geeft generieke opsomming van alle
bedrijfsprocessen in een organisatie. Generiek betekent dat je het op elke
organisatie kan toepassen. Model is ontwikkeld om te zien of de verschillende
bedrijfsprocessen op elkaar zijn afgestemd om zoveel mogelijk waarde te genereren
voor de klant. 9 bedrijfsprocessen.
Maakt onderscheid tussen primaire en secundaire processen.
Primaire processen: invulling voor bestaansrecht en zorgen dat organisatie doet
waarvoor ze zijn opgericht.
Primaire processen Porter:
- Ingaande/ inkomende logistiek: goederen aangevoerd, goedgekeurd,
opgeslagen en afgeroepen.
- Operaties en uitvoering: grondstoffen en ingekochte halffabricaten en
modules worden via aantal bewerkingen en assemblagestappen omgezet in
een eindproduct dat men kan leveren aan klant.
- Uitgaande logistiek: zorgt ervoor dat gereed product, afkomstig uit operatie,
na eventuele opslag in magazijn gereed product uiteindelijk bij de klant terecht
komt.
- Marketing en verkoop: brengt behoeften van klant in kaart en zorgt voor
vertaling van behoeften zodat klant via verkoop kan kopen.
- Service en nazorg: na aanschaffing kan de klant het product optimaal
gebruiken bijvoorbeeld klantenservice.
Secundaire processen: ondersteunende processen, geen directe invulling op
bestaansrecht wel in direct.
Secundaire processen porter:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller salouaahr. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.86. You're not tied to anything after your purchase.