Studie Van De Vertebraten En Algemene Anatomie Van De Huisdier (GOOO851A)
Summary
Samenvatting SVAA thema 13: bovenste luchtwegen.
8 views 0 purchase
Course
Studie Van De Vertebraten En Algemene Anatomie Van De Huisdier (GOOO851A)
Institution
Universiteit Gent (UGent)
Samenvatting van SVAA, thema 13: bovenste luchtwegen.
Deze samenvatting samen met de tekeningen van de kennisclips geleerd voor het tentamen vorig jaar en heb het gehaald!
Gaf mij veel duidelijkheid en structuur, zonder dat je de volledige cursus vanbuiten moet blokken.
Studie Van De Vertebraten En Algemene Anatomie Van De Huisdier (GOOO851A)
All documents for this subject (30)
Seller
Follow
joliengommers
Reviews received
Content preview
THEMA 13: BOVENSTE LUCHTWEGEN
1) Neus uitwendig
Hoofdstuk van ademhaling -> uitwendige delen van de neus
Neus bij hond, herkauwers, kat is een heel duidelijke structuur met een heel aparte textuur
-> staat geen haar op, is vochtig gehouden, verhoornd
Paard: fijntjes behaard, niet die typische aftekening die je bij rund of hond zou aantreffen
-> bij deze diersoorten heel specifiek voor die neusspiegel (die aparte textuur, aparte haarloze en
vaak gepigmenteerde zone) = planum nasale
- Bij hond en schaap overduidelijk neusspiegel
- Rund: neus en bovenlip is 1 geheel -> = planum nasolabiale
- Varken: nog ondersteund door een os rostrale (vlakke schijf waarmee het dier wroet in de
aarde) = planum rostrale
Bij kleine huisdieren en kleine herkauwers (bv konijn) -> neusspiegel is in mediaanlijn ingesneden
door linker en rechterdelen -> fissuur in de mediaanlijn, wordt doorgetrokken in de bovenlip
= philtrum
-> treffen we bij paard en rund niet aan
Neus biedt toegang tot de neusholte: toegangsopening of neusopening = naris (nares)
Neusopening wordt geheel of ten dele (meestal ten dele) overwelft naar lateraal toe door een
neusvleugel = ala nasi -> ROOD LIJNTJE
-> bij paard treffen we het in de diepte nog een beetje aan, is niet zo extreem
-> bij rund nog wel een beetje, volgt de contouren niet
-> uitgebreid bij de hond
In het algemeen, omgangstaal gebeurt het wel eens dat de laterale aflijning van de neus aangeduid
wordt als neusvleugel -> klopt principieel niet
NEUSKRAAKBEEN (cartilago nasi) -> lichtblauw gekleurd (pijl bij de hond)
Want neusvleugel wordt per definitie ook ondersteund door neuskraakbeen (kraakbenige structuur
dieper in de neus die die neusopening tracht open te houden)
-> heel uitgebreid bij de hond (zeer grote structuur die in het verlengde ligt van de schedel zelf,
kraakbenige structuur dat bestaat uit verschillende delen -> cartilago nasi externi is enkelvoud maar
het zijn verschillende cartilagines (lateraal, dorsaal, ventraal, lateraal, bijkomstig)
-> dorsale, laterale delen ondersteunen de neusvleugel
Bij het paard ondersteunt het kraakbeen dat eronder zit de neusvleugel nog wel een beetje
= hoornvormige structuur, als je beide delen zou samenleggen is het een X-vormige structuur (komen
in de middenlijn samen)
-> dan breidt het uit om hoornvormig die neusopening te ondersteunen
-> we hebben een hoorn die neus gaat ondersteunen = cartilago nasi
-> typisch X-vorm, gaat niet volledig omheen die neus => men spreekt niet van ‘neusvleugels’ voor die
laterale delen van de neus bij het paard
Bij het rund iets uitgebreider
Neusvleugel: sluit de neus lateraal niet af (bij hond, rund, paard) -> ORANJE LIJNTJE
-> bij rund een wijde opening
, -> bij hond wat nauwer
= SULCUS ALARIS: groeve die naar caudaal (van lateraal naar caudaal) trekt en zo de neus lateraal wat
openhoudt
-> paard: je zou kunnen spreken van sulcus alaris, maar als men hier lateraal (via laterale delen van de
neus) naar binnen zou gaan en vinger in zou steken dan gaat men in een blindzak terechtkomen
Eigenlijke neusopening eronder en komt in de neusholte terecht, maar in incisura nasoincisiva van het
skelet van de schedel (die gele driehoek getekend) past een blindzak uitgaande van de neus
= NEUSTROMPET of DIVERTICULUM NASI = typisch voor paard!
Inwendige delen van neus -> plica alaris = slijmvliesplooi die vanuit het inwendige van de neus naar
de laterale aflijningen van de neusholte zelf
-> slijmvliesplooi die gaat uitlopen op die ala nasi (op die neusvleugel) -> plica alaris eindigt op
neusvleugel zelf
-> plica alaris eindigt op deze zone van de neus: komt van laterale wand, plooit gaat daarop eindigen
en deel van die typische vorm van die neus (neusopening en neusvleugel gaan maken)
Op bodem van de neus: overgang van inwendige van de neus (vestibulum nasi, voorgeboorte waar
beharing en pigment is) naar de eigenlijk neusholte
-> paard: van behaarde, gepigmenteerde deel naar ongepigmenteerde deel (net niet zichtbaar)
-> uitmonding van traankanaal (van mediale ooghoek afkomstig) dat via de neus loopt, uitmonding
van dat traankanaal bevindt zich daar = ostium nasolacrimale (in de bodem van de neusholte)
PREPARATEN
Rund:
- planum nasolabiale -> heel merkwaardig patroon van areae (veldjes) en sulci (groeven)
aanwezig zijn -> dit patroon is even uniek als vingerafdruk bij de mens, kan je gebruiken als
identificatietool voor bepaalde dieren (zeker als er twijfel is bij oormerkengesjoemel)
Veldjespatroon van het planum nasolabiale maakt het dier uniek! (bij het rund)
- naris = neusopening
- sulcus alaris naar lateraal uitstrekkend
- ala nasi (neusvleugel) met in de diepte afkomend de plica alaris die daar het geheel ook gaat
vervoegen, gaat ondersteunen -> plica wordt belangrijk vanaf we de doorsnede gaan maken
dwars en overlangs
- plica alaris: zowel bij paard als bij hond in de klinische omgeving toch wel belangrijk zijn
-> kan voor ademhalingsproblemen zorgen als die te groot is, of als we met brachycefalen
zitten (neus, neusopening te nauw bij bv de kortsnuitige hond -> heel geprononceerde plica
alaris)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller joliengommers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.01. You're not tied to anything after your purchase.