Inleiding
Beweging wordt in gang gezet via het achterbeen. Het paard duwt
eerst af met achterbenen bij bv galopperen. Het heeft een stuw
functie. Ook moeten ze grote gewichtsmassa ondersteunen.
Hiervoor zijn er ligamenten.
Ook is er een passief steunapparaat aanwezig aan de achterbenen.
Deze is prominenter aanwezig dan bij het voorbeen. Het paard kan
de knie op slot zetten. Dit kan ze doen door de patellaband achter
beenpunt te haken. De knie kan ook weer van het slot door de
quadriceps te relaxeren, zo gaat de patellaband van achter het
beenpunt vandaan.
Hondenrassen met laag geplaatste heup hebben meer kans op
heup problemen. Het gewicht gaat namelijk meer op het
heupgewricht terecht komen. Duitse herders maar ook grote
hondenrassen hebben hier veel last van door het te dragen
gewicht
Heupdysplasie: heupgewricht heeft zich slecht ontwikkeld,
problemen zijn al van begin aanwezig
Rashonden worden gecheckt op heupdysplasie door het nemen
van een RX. De heup krijgt hierbij een score toegekend. Als deze
score slecht is is de hond niet geschikt voor de fok.
Als de heup gebogen wordt gaat de femur naar voren
De pelvis bestaat uit 2 heupbeenderen: 2x os coxae
Elk heupbeen, zowel links als rechts, is samengesteld uit 3 componenten:
- Os ilium: vleugelbeen
- Os pubis: schaambeen
- Os ischium: zitbeen
Het achterbeen:
- Femur
- Patella: sesamsbeen ontstaan door wrijving quadriceps
- Ossa cruris: tibia en fibula
- Tarsus
- Metatarsus
- Digiti
1
,Bekken
Groen: beenpunt tuberculum
musculus psoas minor
Blauw: caudaal van groen is
beenpunt voor m rectus femoris.
Deze is lateraal en mediaal
gelegen
Geel: foramen opturatum
(bilateraal)
Paars: richels linea glutea.
Grijs: acetabulu, facies lunata
Verder dieper krijg je de fossa
acetabulum. Hier krijg je
aanhechtingsplaats voor lig capitis
ossis femoris. Bij paard heb je nog
een extra: lig accesorium capitis
ossis femoris
Acetabulum wordt nog vergroot
door labium (kraakbeen), labrum
acetabulare. Gaat niet volledig acetabulum omgeven, opening caudomediaal. Opening zit daar om accesoire ligament door te
laten. Thv inkeping is incisura acetabili
Uitgeholt: passen gluteus spieren in
Laterale zijde ilium = facies glutea. Is zijde waar gluteus spieren in passen
Mediale zijde van ilium= facies sacropelvina. Plaats waar tuber sarcale gewricht vormt met sacrum is een ruwe verhevenheid.
Stukje van facies sacropelvina is facies oracularis (BW stroken verbinden met sacraalvleugel)
Tuber sacrale verbinding met sacrum via dyndesome
Bekkengordel Eq
Craniocaudaal aanzicht
Het sacrum vormt een
gewricht met iliumvleugels:
dyndesome met
gewrichtskraakbeen. Tegen
het einde van de dracht
worden elastine vezels
flexibel → sacrum krijgt
beweeglijkheid. Zo kan deze
een beetje naar boven
bewegen.
Het tubercel voor m psoas
bepaalt breedte
bekkenkanaal
Promotorium: ventrale zijde
voorste deel sacrum. Met 1e
sarcrale wervel
Bij het paard is het
bekkengordel direhoekig. Hij
is hoger dan dat die breed is.
De borstkas van een veulen is
smaller dan hoog. Bij
bevalling hoofd naar voor en
benen gestrekt naar voor.
Bekken hengst vs merrie:
centraal is er bij de hengst
een uitsteeksel naar boven.
Bij de merrie heb je dit niet
2
,want als er een scherp beenpunt zit kan dit voor een trauma zorgen bij het veulen. Dit uitsteeksel is het tuberculum pubi dorsale
Klassieke huisdieren hebben geen stuitbeen (os chochis) omdat ze een staart hebben. Mensen hebben dit wel.
Bekken Eq
1’ acetabulum
2’ fossa acetabuli
3’ incisura acetabuli
4’ facies lunata: bekleedt met gewrichtskraakbeen
5’ spina ischiadica
6’ foramen obturatum: overspannen met membraan
7A tuber coxae
9’ margo cranialis – incisura scapulae
10 crista iliaca
11’ facies glutea
12 facies sacropelvina
16 tabula ossis ischii
17 facies symphysialis
18 tuber ischiadicum
21 ramus cranialis ossis pubis
26 tuberculum pubicum ventrale: hier ook symphysis pelvis
X groeve: lig accessorium caputis ossis femoris
in groeve loopt extra pees bij eq → niet zijdelings slaan
oranje: eminentia ilio pubica. Verbonden met elkaar via ligament.
Rechter buikspier hecht hierop vast.
Bekkengordel Bo
Geboortekanaal eerder
rechthoekiig ipv driehoek
zoals bij paard
Pecten voor referentiepunt
om diameter te bepalen
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller diergeneeskundeUAntwerpen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.64. You're not tied to anything after your purchase.