100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting - Inleiding Bestuursrecht (660451-B-6) $6.44
Add to cart

Summary

Samenvatting - Inleiding Bestuursrecht (660451-B-6)

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Een uitgebreide samenvatting inclusief voorbeelden en alle wetsartikelen voor bestuursrecht.

Preview 3 out of 18  pages

  • May 16, 2023
  • 18
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Bestuursrecht


Week 1 | Inleiding
Het legaliteitsvereiste speelt een belangrijke rol bij enkele ‘hoofdzaken’ van het
bestuursrecht:
o Organisatie: in een wettelijke grondslag dient te staan welke instantie of
welk orgaan bevoegd is om een bepaald probleem op te lossen.
o Bevoegdheden: via een wettelijke grondslag krijgt een instantie of het
bestuursorgaan bepaalde bevoegdheden om een bepaald probleem op te
lossen. Het bestuursorgaan mag een bepaalde bevoegdheid alleen
gebruiken als daar een wettelijke grondslag voor is en het bestuursorgaan
mag de bevoegdheid ook slechts uitvoeren in overeenstemming met de
wet.
o Normering: de bestuursbevoegdheden die via een wettelijke grondslag
verleend worden, worden door bepaalde normen beperkt. Bestuursorganen
moeten hun bestuursbevoegdheden dus uitoefenen in overeenstemming
met de normen gegeven in de wet (legaliteitsvereiste).
o Handhaving: handhaven is een bestuursbevoegdheid (bijzonder besluit)
en dient dus ook te berusten op een wettelijke grondslag en in
overeenstemming met de wet.
o Rechtsbescherming: indien jij als burger merkt dat bij de uitoefening van
bestuursbevoegdheden door bestuursorganen er geen wettelijke grondslag
aanwezig is of dat je bestuursbevoegdheid niet uitgeoefend wordt in
overeenstemming met de wet kan je actie ondernemen.


Week 2 | Kenmerken van het bestuursrecht
De Algemene Wet bestuursrecht | hoe een bepaling in de Awb werkt, ten
opzichte van het bijzondere deel van het bestuursrecht, is afhankelijk van de
manier waarop de bepaling geformuleerd is. Vier soorten bepalingen kunnen van
elkaar worden onderscheiden:
o Bepalingen van dwingend recht: van deze bepalingen kan alleen worden
afgeweken bij een wet in formele zin, dus niet bij een lagere wet.
o Bepalingen van regelend recht: van deze bepalingen kan worden
afgeweken bij wifz, maar ook bij lagere wetgeving.
o Bepalingen van aanvullend recht: wanneer een bepaling in de Awb
aanvullend recht is, geldt deze bepaling alleen wanneer het onderwerp van
de bepaling in de bijzondere wet niet wordt geregeld.
o Bepalingen van facultatief recht: bepalingen van facultatief recht zijn
alleen van toepassing wanneer dit in de bijzondere wet expliciet wordt
aangegeven.

VB | art. 6:7 Awb inzake de bezwaar- en beroepstermijn is een bepaling van
dwingend recht: ‘’De termijn voor het indienen van een bezwaar- of
beroepschrift bedraagt zes weken.’’
a. Ontwerp een nieuwe art. 6:7 Awb-bepaling zodat sprake is van
regelend recht.
Tenzij bij wettelijk voorschrift anders bepaald is, bedraagt het termijn
voor het indienen van een bezwaar of beroepschrift zes weken.
(AWB geeft hoofdregel, maar…)
b. Ontwerp een nieuwe art. 6:7 Awb-bepaling zodat sprake is van
facultatief recht.

,Bestuursrecht


De termijn voor het indienen van een bezwaar of beroepschrift bedraagt
zes weken indien dat bij wettelijk voorschrift of bij besluit van het
bestuursorgaan is bepaald.

Uitgangspunten van het bestuursrecht:

- Legaliteitsbeginsel: bestuursbevoegdheden moeten berusten op een
wettelijke grondslag. Daarnaast moet de uitoefening van deze
bevoegdheden ook plaatsvinden in overeenstemming met de wet.
- Specialiteitsbeginsel: een overheid krijgt een bevoegdheid altijd met
een bepaald doel voor ogen. De bevoegdheid mag slechts worden
uitgeoefend ter behartiging van dit doel.
Week 3 | Organisatie van het openbaar bestuur
Het openbaar bestuur bestaat uit alle bestuursorganen en de ambtenaren die
daarvoor werken. Kenmerkend voor het openbaar bestuur is dat er een zekere
tweezijdige relatie bestaat tussen bestuursorganen en zij die eraan onderworpen
zijn, omdat vanuit beide kanten invloed kan worden uitgeoefend.
Het bestuursorgaan | een orgaan van de overheid, belast met de behartiging
van publieke belangen. Art. 1:1 lid 1 Awb maakt onderscheid tussen: a-organen
en b-organen.

Het a-orgaan Het b-orgaan
Definitie: een orgaan van een Definitie: een ander persoon of
rechtspersoon die krachtens college, met enig openbaar gezag
publiekrecht is ingesteld. bekleed.
o Openbaar gezag | het
Publiekrechtelijke rechtspersonen zijn eenzijdig bepalen van de
geregeld in art. 2:1 BW. rechtspositie van andere
o Lid 1 | noemt een aantal rechtssubjecten.
publiekrechtelijke
rechtspersonen op, namelijk: B-organen zijn een restcategorie van
Staat, provincies, gemeenten, organen die openbaar gezag
waterschappen en alle lichamen uitoefenen, terwijl ze niet tot de a-
waaraan krachtens de GW organen kunnen worden gerekend. Ze
bevoegdheid is verleend. komen pas in beeld als er geen sprake
o Lid 2 | bij andere lichamen is van een a-orgaan.
moet worden gekeken in
bijzondere wetten of zij Hoofdregel: het openbaar gezag
rechtspersoonlijkheid hebben. verkrijgen b-organen bij een wettelijk
voorschrift (legaliteitsvereiste).
Alleen een orgaan van een
publiekrechtelijk rechtspersoon kan De Awb is in geval van b-organen
een a-orgaan zijn. Een orgaan is een slechts van toepassing op handelingen
onderdeel van een publiekrechtelijk die de uitoefening van openbaar
rechtspersoon met een ‘eigen gezag betreffen.
wettelijke taak’. Er moet dus sprake
zijn van een wettelijke bepaling waarin
de taak van dit orgaan wordt
vastgelegd.
- Awb is in beginsel op alle
handelingen van a-organen van
toepassing.

, Bestuursrecht


- Meeste bestuursorganen zijn a-
organen


Geen bestuursorgaan | Art. 1:1 lid 2 Awb formuleert een aantal uitzonderingen
op de hoofdregel voor wat betreft bestuursorganen. Zo zijn de wetgevende
macht, Staten-Generaal en de Raad van State geen bestuursorganen.
Het zelfstandig bestuursorgaan (zbo) | een bestuursorgaan van de centrale
overheid dat bij of krachtens de wet bij ministeriële regeling met openbaar gezag
is bekleed, en dat niet hiërarchisch ondergeschikt is aan een minister. Het
ontbreken van een hiërarchische relatie tot een bewindspersoon maakt de
democratische controle op deze organen ingewikkeld. De taak van een ZBO is
een zelfstandige taakuitoefening, geen directe democratische/bestuurlijke
controle door minister.
o Voordeel 1 zbo | het ‘afslanken’ van de ministeries en het verbeteren van
de bestuurlijke doelmatigheid.
o Voordeel 2 zbo | er wordt een zekere afstand gecreëerd tussen het bestuur
en de politiek.
Het gedeconcentreerde bestuursorgaan | wanneer een orgaan van de
centrale overheid wordt bezet door een ambtenaar van een ministerie terwijl het
orgaan beschikt over een geattribueerde (of gedelegeerde)
bestuursbevoegdheid.
Verschil zbo’s en gedeconcentreerde bestuursorgaan: bij een gedeconcentreerd
bestuursorgaan is er ook sprake van een ambtsdrager die, gelet op zijn
ambtenarenrechtelijke positie, ondergeschikt is aan een minister. De minister
kan hem te allen tijde sturen. Bij een zbo kan een minister hem niet ten allen
tijde sturen, omdat hier de hiërarchische ondergeschiktheid ontbreekt.
Het openbaar lichaam | een bestuursorgaan maakt (als het een a-orgaan is)
onderdeel uit van een openbaar lichaam. Publiekrechtelijke bevoegdheden
komen toe aan de bestuursorganen, niet aan de openbare lichamen. Een
openbaar lichaam is:
1. Een rechtspersoonlijkheid bezittende
2. Overheidsorganisatie met bestuursorganen
3. Met een door de wet geregelde relatie tussen de organen
4. En met een bevolking die (via verkiezingen) invloed kan uitoefenen op de
samenstelling en (via inspraak en rechtsbescherming) op de
besluitvorming.
Rechtspersoonlijkheid | een rechtspersoonlijkheid maakt het mogelijk om deel
te nemen aan het privaatrechtelijk rechtsverkeer.
Binnen de openbare lichamen, en ook binnen decentralisatie in het algemeen,
worden twee typen openbare lichamen onderscheiden:
o Territoriaal | deze openbare lichamen hebben een open huishouding, wat
wil zeggen dat ze een algemene bestuurstaak hebben. Voorbeelden zijn:
de staat, gemeenten en provincies.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meikevandervleuten. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.44. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52355 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.44
  • (0)
Add to cart
Added