§1 de bouw en functie van DNA
Genoom: het geheel aan erfelijke informatie (DNA) in een cel van een
organisme, bij eukaryoten bevat het genoom het DNA in alle
chromosomen in de:
o Kern kernDNA
o Mitochondriën mtDNA
o Chloroplasten
Bij prokaryoten vormt het genoom al het DNA dat los in het cytoplasma
van de cel voorkomt, sommige prokaryoten bevatten plasmiden (= korte
stukjes circulair DNA)
DNA-molecuul is een nucleïnezuur.
DNA is opgebouwd uit twee ketens van nucleotiden (= opgebouwd uit de
monosacharide desoxyribose, fosfaatgroep en een stikstofbase),
combinatie stikstofbasen:
}
o A – T (adenine en thymine)
o C – G (cystosine en guanine)
basenparing
Enkelstrengs DNA-molecuul: Aan het 5e uiteinde zit altijd een
fosfaatgroep, aan het 3e uiteinde zit een OH-groep.
DNA wordt altijd afgelezen en gekopieerd van 3’ naar 5’
Dubbelstrengs DNA-molecuul: de ketens hebben een helixstructuur,
ene keten loopt van 3’ 5’ & ander van 5’ 3’
DNA-molecuul wordt opgerold: eerst rond een aantal eiwitten (=
histonen) histonen vormen samen met DNA een nucleosoom
Koppelings-DNA: DNA tussen twee opeenvolgende nucleosomen.
Sequentie: de volgorde waarin nucleotiden in een DNA-molecuul zijn
gerangschikt.
Non-coding-DNA: DNA stukken dat niet codeert voor eiwitten (98,5%)
junk-DNA
Short Tandem Repeat (STR): herhalingen van het Non-coding-DNA dat
DNA bevat dat zich herhaalt.
§2 DNA-replicatie
DNA-replicatie: het kopiëren van het DNA, vindt plaats tijdens de S-fase
van de celcyclus.
celdeling nodig voor: groei en herstel
, In het kernplasma bevinden zich de vrije nucleotiden: dATP, dTTP, dGTP,
dCTP
desoxyribose, een base en drie fosfaatgroepen
Helicase (= splitst waterstofbruggen tussen basenparen in twee
richtingen) helixstructuur verdwijnt, de twee strengen gaan uit elkaar
ontstaat een replicatiebel speciale eiwitten binden aan strengen (zo
vormen de basen in replicatiebel geen waterstofbruggen)
Primer (= hier begint de replicatie) hieraan koppelt DNA-polymerase)
DNA-polymerase schuift langs de enkelstrengs ketens en bindt dATP (of
dTTP, dGTP, dCTP) aan de vrijgekomen stikstofbasen ontstaan twee
dubbelstrengs DNA-moleculen groei van 5’ naar 3’ (Een losse nucleotide
heeft 3 fosfaatgroepen, als hij koppelt aan DNA verliest hij 2
fosfaatgroepen, hierbij komt energie vrij om te kunnen koppelen. De
fosfaatgroepen zitten aan de 5’kant, met deze kant moet de losse
nucleotide koppelen, om de fosfaatgroepen los te maken)
In ene richting volgt DNA-polymerase het uit elkaar gaan van de ketens
om de leidende streng te synthetiseren, in andere richting (lagging
streng):
DNA-ligase bindt de okazaki-fragmenten (= korte stukjes DNA) aan
elkaar.
Telomeer (bestaat uit niet coderend-DNA): wordt steeds korter, de primer
op het uiteinde kan niet worden vervangen door DNA (na ongeveer 50
celdelingen is het DNA niet meer te gebruiken) gebeurt niet in
stamcellen (bevatten telomerase en die vult wel de primer op)
PCR: polymerase chain reaction (BiNaS 71M)
klein stukje DNA wordt 1 miljard keer gekopieerd
Sequensen: bepalen van de nucleotidevolgorde van het DNA
na PCR zijn er veel verschillende gelabelde DNA-fragmenten kunnen
worden gescheiden d.m.v. gelektroforese (blz. 79)
DNA-fingerprinting (DNA-profiel):
o Restrictie-enzymen: enzymen afkomstig van bacteriën
o Deze enzymen knippen DNA in stukken na een bepaalde
basenvolgorde (een specifieke nucleotidesequentie)
o Meestal zijn herkenningsplaatsen in beide ketens elkaars
spiegelbeeld
§3 transcriptie
DNA wordt gelezen/gekopieerd (transcriptie) ribosoom leest kopie en
maakt eiwit (translatie)
RNA: een nucleïnezuur, enkelstreng. Nucleotiden bevatten ribose i.p.v.
desoxyribose, en uracil (u) i.p.v. thymine.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller eallemekinders. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.16. You're not tied to anything after your purchase.