Verslag onderzoeksontwerp van jaar 2 HBO-V Groningen.
Het onderzoek gaat over therapietrouwheid bij levertransplantatie.
Kan goed gebruikt worden als inspiratie en voordeeld voor het verslag van onderzoeksontwerp. We hebben op dit verslag een 8,6 gekregen!
Vak code: HVVB20OOP2
, Aanleiding
Jaarlijks wachten veel patiënten in Nederland op een orgaan voor een orgaantransplantatie.
De wachtlijst voor alle orgaantransplantaties bedroeg op 31 december 2022 1247 patiënten
in Nederland (Nederlandse Transplantatie Stichting, 2023). Na een orgaantransplantatie kan
de kwaliteit van leven van een patiënt weer toenemen. Patiënten krijgen weer meer energie
en kunnen weer dingen ondernemen die ze vóór de transplantatie niet (meer) konden doen.
Dit kan echter alleen wanneer een patiënt therapietrouw is en blijft aan de
immunosuppressiva medicatie.
Patiënten die een levertransplantatie hebben ondergaan, dienen levenslang
immunosuppressieve medicatie in te nemen, om te voorkomen dat het donororgaan wordt
afgestoten (Gezondheid en Wetenschap, 2016). Het donororgaan wordt door het
afweersysteem gezien als lichaamsvreemd (Van Kooten, 2018). De immunosuppressiva
onderdrukken de eigen afweer, zodat deze afweer het donororgaan niet gaat aanvallen.
Hiermee wordt de kans op afstoting van het donororgaan verkleind.
Afstoting van een donororgaan kan worden verdeeld in 3 fasen: directe, vroege en late
afstoting (Kloc & Ghobrial, 2014). Directe afstoting gebeurt in de eerste minuten tot uren na
de transplantatie. Dit wordt veroorzaakt door de aanwezigheid van antistoffen in het bloed
van de ontvanger die gericht zijn tegen de “humane leukocyten antigenen”, ofwel het HLA,
van het donororgaan (Van Kooten, 2018). Om directe afstoting te voorkomen, wordt er
tegenwoordig een kruisproef gedaan. Hierbij wordt het bloed van de patiënt getest op de
cellen van het donororgaan. Er is sprake van vroege afstoting als de afstoting in de eerste
week tot 3 maanden na de transplantatiedatum plaatsvindt (Kloc & Ghobrial, 2014). Vroege
afstoting wordt veroorzaakt doordat T-cellen zich keren tegen het HLA van het donororgaan.
Door de ontwikkeling van immunosuppressiva kan tegenwoordig deze afstotingsreactie goed
worden behandeld. Als een patiënt met een donororgaan de immunosuppressiva volgens
het schema inneemt, blijft deze reactie onder controle. De late afstoting vindt plaats
maanden tot jaren na de transplantatie. Hier is veel minder over bekend, omdat men vroeger
meer bezig was om de directe en vroege afstoting tegen te gaan (Van Kooten, 2018). De
oorzaak is hierdoor minder duidelijk, maar het lijkt op een samenspel van T-cellen, B-cellen,
ontstekingsprocessen en fibrose (bindweefselvorming op plek van functionerend weefsel).
Eén van de belangrijkste oorzaken van late afstoting is het onregelmatig of niet innemen van
de immunosuppressieve medicatie. Onderzoek wijst uit dat één op de tien sterfgevallen bij
een levertransplantatie verband houdt met het niet innemen van immunosuppressiva. Het
niet adequaat innemen van de immunosuppressiva verhoogt het risico op het verlies van
een levertransplantaat. Bovendien is er een verhoogd risico op morbiditeit. Tremors,
neurotoxiciteit en acuut nierfalen zijn enkele ernstige gevolgen. De kans op een heropname
en sterfte verhogen hierdoor, waardoor de kosten van de gezondheidszorg uiteindelijk
stijgen (Oliveira et al, 2016). De reden van therapie ontrouwheid is niet eenduidig. De
redenen zijn vaak complex en waarbij het moeilijk in te schaten is wat de reden is. Hierdoor
zijn er ook geen universele interventies (Prendergast & Gaston, 2010).
Na een orgaantransplantatie is het voor veel mensen lastig om grip op hun leven te krijgen
en therapietrouw te blijven aan het slikken van immunosuppressiva. Daarom is het belangrijk
om deze patiënten goed te ondersteunen en te blijven monitoren. Hiervoor is geen
eenduidige oplossing omdat elk mens uniek is. Persoonsgerichte zorg is essentieel om aan
de wensen, doelen en mogelijkheden van mensen met een orgaantransplantatie te voldoen,
zodat de kans dat een patiënt therapietrouw blijft, uiteindelijk groter wordt (Te Winkel, 2021).
Eén van de grootste transplantatiecentra in Nederland is het Universitair Medisch Centrum
Groningen (Nederlandse Transplantatie Stichting, z.d.) Het UMCG is een universitair
medisch centrum in Groningen waarbij ruim 12 duizend medewerkers samen werken aan
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller juliamolthoop. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.48. You're not tied to anything after your purchase.