1. Wat is de multi-platform navigator? Waarvoor gebruik je dit? Omschrijf en leg uit.
Verduidelijk nadien aan de hand van een eigen voorbeeld uit de media &
entertainment industrie. (p.XIX)
❖ Multi-platform navigator: Geeft aan hoe we creatieve belevingsconcepten via deelbelevingen op
verschillende platformen in de Media en Entertainment industrie kunnen vermarkten.
➔ Blue Prints die ons helpen om vanuit creatieve ideeën te kunnen gaan nadenken hoe we in de
multi-platform wereld verschillende producten kunnen gaan vermarkten.
➔ Men gaat ook nadenken in welke volgorde de producten op de markt zijn gebracht.
➔ Helpt om te zien waar er nog gaten in de markt zijn en wat je nog kan gaan creëren.
Vb. Film staat nog leeg, dan kan je gaan nadenken over een film om te maken.
Je gaat verschillende ideeën aan elkaar koppelen waardoor producten elkaar gaan versterken. Je kan
op twee manieren daarnaar kijken:
1) Cross-mediaal: Ik ga hetzelfde verhaal/boodschap in verschillende platformen gaan herhalen,
dezelfde boodschap op verschillende manieren bij mensen gaan brengen.
Vb. Dronkenschap op de baan is gevaarlijk → via tv, radio, prints, … gaan brengen
2) Trans-mediaal: Over verschillende mediaplatformen heen die verschillende
verhaallijnen/boodschappen uitbouwen.
Vb. Kok ‘Jamie Oliver’
Multi-platfrom navigator:
- Hoe kunnen we die persoon en die creativiteit in de keuken gaan vermarkten via tv? →
programma ‘Naked Chef’
- Navigator helpt ons ook om na te denken welke events we eraan kunnen koppelen: Live
Cooking = Workshops om te kijken hoe Jamie kookt
- Vanuit Jamie Oliver kan je gaan nadenken wat je kan doen vanuit print → kookboek
- Restaurant oprichten met delicatessen van Jamie Olivier
- Merchandising: schort met Jamie Oliver op, bestek van hem
- Producten: peper en zout die zijn samengesteld door Jamie Oliver
- Film staat nog leeg. Vb. Film maken over Jamie Oliver zijn leven.
- Winkel met producten van Jamie Oliver
2. Wat is een concept zoals omschreven in multi-platformconceptontwikkeling? Geef de
definitie en geef een eigen voorbeeld uit de media & entertainment industrie. (p. XXII)
❖ Concept: De deelbare beschrijving van een idee, d.m.v. taal of andere waarneembare middelen.
Van daaruit kom je tot belevingsconcept.
Vb. Het concept ‘paard’. Wat is dat nu een paard?
❖ Belevingsconcept: Een concept dat tot doel heeft om de doelgerichte ontwikkeling van belevingen
mogelijk te maken. Hoewel een concept steeds vertaalbaar is over verschillende platformen heen,
blijft een belevingsconcept altijd een technologie- en platform onafhankelijke beschrijving. Het is
iets wat we bedenken met als doel verschillende belevingen (producten) te creëren.
1
,3. Wat is een totaalbeleving zoals omschreven in multi-platformconceptontwikkeling en
uit welke onderdelen bestaat een totaalbeleving? Geef de definities en geef telkens
een eigen voorbeeld uit de media & entertainment industrie, allen van toepassing op
dezelfde totaalbeleving. (p. XXII)
❖ Beleving: Een door een aanbieder in de tijd en ruimte beperkte aangeboden bundel van fysieke,
virtuele en/of sociale touchpoints afgeleid van het belevingsconcept dat zintuigelijk kan
waargenomen worden door consumenten.
➔ Voorwaarde: moet zintuigelijk waargenomen kunnen worden door consument.
Vb. een film, een concert
➔ Uit een beleving onderscheiden we: deelbeleving, totaalbeleving, totale beleving
❖ Deelbeleving: Beleving die niet op zich alleen staat, maar die samen met andere deelbelevingen
een onderdeel vormt van de totale beleving.
Vb. Rock Werchter: Hoe vlot het verloopt aan de ingang, de aankleding van de ingang, het
armbandje dat je moet tonen, je rugzak die je moet tonen aan de security,…
❖ Totaalbeleving: Totale beleving waarbij de aanbieder bij het ontwerp specifiek aandacht heeft
gehad voor het creëren van een samenhangende set aan deelbelevingen met de bedoeling om
thematische synergie te creëren in overeenstemming met het belevingsconcept.
Vb. Tomorrowland: Zelfs de lantaarnpalen, de vuilbakken zijn mee aangekleed in de wondere
wereld van TML. Het gaat niet alleen over de muziek, je wordt ook volledig ondergedompeld in die
wereld. Alle standjes zijn mee aangekleed in hetzelfde thema.
❖ Totale beleving: De gehele verzameling aan deelbelevingen die door een aanbieder aangeboden
wordt.
Vb. Rock Werchter op zijn geheel: verschillende tenten, muziekgenres,…
4. Wat is een ervaring zoals omschreven in multi-platformconceptontwikkeling? Geef de
definitie en geef een eigen voorbeeld uit de media & entertainment industrie. (p.XXII)
❖ Ervaring: De subjectieve impact bij de consument als resultaat van betekenisgeving door de
consument aan de interactie tussen de consument en de verschillende touchpoints van de
beleving. Men kan achteraf proberen naar deze ervaring te peilen of de attitude ten aanzien van
de beleving al dan niet positief is d.m.v. bevragingen zoals de ‘net promotor score’ (NPS: Manier
om te peilen naar wat je hebt aangeboden, hoe dat is aangekomen bij de consument. Vb.
Theatervoorstelling).
➔ Subjectief: Bij iedereen is de ervaring anders
➔ Vb. Tomorrowland: Decor en muziek op de festivalweide (= versch. touchpoints) → Daaraan
geef je betekenis: Vind ik dat decor mooi? Vind ik de muziek luid genoeg? Vind ik dat de DJ de
juiste skills toont om de muziek aan elkaar te koppelen?
➔ Voorbeeld: Sportpladijs van 20 jaar Ketnet. Dat is de beleving.
o De ervaring is voor iedereen anders: voor sommigen komen bepaalde herinneringen
naar boven. Sommigen krijgen kippenvel bij Spring,…
2
,5. Wat is een multi-platformbelevingsconcept? Geef de definitie en geef een eigen
voorbeeld uit de media & entertainment industrie. (p. XXII)
❖ Multi-platform belevingsconcept: Belevingsconcept dat het potentieel en de intentie heeft om
gebruik te maken van verschillende belevingsplatformen om belevingen aan te rijken aan een
doelpubliek.
Vb. Studio 100
6. Wat zijn belevingsplatformen? Benoem er 5 en geef een eigen voorbeeld rond één en
hetzelfde concept uit de media & entertainment industrie. (p.XXII)
❖ Belevingsplatformen: Verschillende digitale of fysieke mediakanalen waarlangs een beleving tot
bij het doelpubliek wordt gebracht, zoals kabeltelevisie, gedrukte pers, theater, pretpark,
merchandise, evenementen
Vb. Kabouter Plop, K3, Samson en Gert,…
7. Uit welke stappen bestaat het marketingproces? Benoem en verduidelijk aan de hand
van een eigen voorbeeld uit de media & entertainment industrie. (p.2)
❖ Marketing: Opbouwen van duurzame klantenrelaties o.b.v. klantenwaarde en
klantentevredenheid en uiteindelijk klantenloyaliteit (klanten laten blijven terugkomen).
➔ Het omvat ook de vier P’s
5 belangrijke stappen in het marketingproces:
1) De markt en behoeften/wensen van klanten doorgronden:
Consumenten en markt onderzoeken, marketinginfo verzamelen en klantgegevens beheren.
We kijken naar 5 begrippen: behoeften, wensen en vraag – ruil, transacties en relaties – markt
– aanbod – waarde en tevredenheid
o Behoeften: Besef van individu dat hem iets ontbreekt.
o Wens: Producten die een behoefte bevredigen.
o Vraag: Wensen worden omgezet in een vraag.
o Ruil: Handeling waarbij persoon gewenste product van iemand ontvangt in ruil door zelf
iets anders aan te bieden.
o Transactie: Wanneer twee partijen iets van waarde ruilen. (vb. Je betaalt winkelier 400
euro in ruil voor flatscreen.)
o Markt: Groep bestaande en potentiële afnemers van product.
o Aanbod: Combinatie van producten, diensten, info of belevingen die wordt aangeboden
op de markt om een behoefte of wens te vervullen.
Voorbeeld: Inwoners van Mechelen missen entertainment in hun stad en willen niet ver rijden hiervoor.
Burgemeester gaat op zoek naar de behoefte van de inwoners. Er is uiteindelijk grote vraag om een
pretpark op te richten in de stad.
2) Een klantgestuurde marketingstrategie ontwikkelen:
Gaan nadenken over de vier P’s vanuit de behoeften en noden van de klant. Je gaat de klant
centraal zetten.
3
, ❖ Marketingmanagement: Selecteren van doelmarkten en het daarmee opbouwen van
winstgevende klantrelaties. Doel: Klanten ontwikkelen, behouden en uitbreiden.
3 belangrijke vragen:
1) In welke behoefte willen wij voorzien?
o Marktsegmentatie: Markt wordt verdeelt in klantsegmenten
2) Welke klanten gaan we bedienen?
o Doelgroep
3) Hoe kunnen we ze het best bedienen?
o Differentiëren: Bedrijf wil zich onderscheiden van concurrentie.
o Positioneren: Hoe het bedrijf moet worden gezien door klanten.
▪ ‘Waarom zou ik jullie merk kopen en niet van een concurrent?’
o Bedrijf zorgt voor waardeaanbod voor klanten voor behoeftebevrediging.
Klanten verwachten bepaalde waarde en baseren aankoop daarop. Tevreden
klanten komen terug, ontevreden klanten gaan naar concurrent.
➔ Hoofdelementen modern marketingsysteem: leveranciers – bedrijf en concurrent –
tussenhandelaars – eindgebruikers
o Elke partij in het systeem voegt waarde toe voor het volgende niveau. Het is de mate
waarin het hele systeem de behoeften van de eindgebruikers vervult.
Voorbeeld: Burgemeester beslist om zich te richten op kinderen, tieners, jongeren en jongvolwassenen
aangezien de vraag vnl. uit hun kwam om een pretpark op te richten. Het pretpark zal zich vervolgens
onderscheiden op basis van een thema dat nog geen enkel pretpark heeft in België. Ook zal het andere
attracties oprichten in tegenstelling tot de andere Belgische pretparken.
3) Marketingplan en -programma opstellen
➔ Marketingstrategie omzetten in marketingprogramma a.d.h.v. marketingmix.
❖ Marketingmix: Marketinginstrumenten die het bedrijf gebruikt bij invoering van de strategie.
➔ Belangrijkste instrumenten: 4P’s
o Product: Bevredigt de behoefte
o Prijs: Hoeveel je rekent voor je aanbod
o Plaats: Hoe je je aanbod beschikbaar stelt
o Promotie: Voordelen van het aanbod
➔ Voor marketing van diensten komen nog 2P’s bij: proces en personeel
Voorbeeld:
- Product: Pretpark (vb. ‘Wonderland’)
- Prijs: 40 euro voor de inkom
- Plaats: Mechelen
- Promotie: Reclame op social media + winacties voor tickets
- Proces: éénjarige bouwperiode met ‘straffe’ bouwvakkers uit het land en omstreken.
- Personeel: Iedereen boven de 18 jaar kan aangenomen worden o.b.v. een eerst doorgestuurde
CV en sollicitatiegesprek. Ook jobstudenten vanaf 16 jaar zijn welkom.
4) Winstgevende klantrelaties opbouwen
Er ontstaat een ruil tussen klanten en bedrijf waar iedereen van gelukkig is. Men wil loyaliteit
bij de klanten nastreven.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller brittdemeulemeester. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.27. You're not tied to anything after your purchase.