100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Deel 4, Hoofdstuk 2: Farmacotherapie van arteriële hypertensie $5.56   Add to cart

Class notes

Deel 4, Hoofdstuk 2: Farmacotherapie van arteriële hypertensie

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit zijn mijn college aantekeningen, heel handig om zelf een samenvatting van te maken!

Preview 1 out of 3  pages

  • June 26, 2023
  • 3
  • 2022/2023
  • Class notes
  • Jan de hoon
  • Deel 4, hoofdstuk 2
avatar-seller
Hoofdstuk 2: Farmacotherapie van arteriële hypertensie
Vaak heeft een patiënt zelf niet door dat hij/zij een hoge bloeddruk heeft. Men behandelt
hypertensie, want we weten dat je een verhoogde kans op cardiovasculaire mortaliteit hebt,
wanneer je bloeddruk jarenlang verhoogd is. Maar wat is nu de impact van een stijgende bloeddruk
en vanaf welke stijging is er een verhoogd risico op de verwikkelingen?

Arteriële hypertensie
Men spreekt van arteriële hypertensie wanneer de bloeddruk voortdurend is verhoogd. De diagnose
kan gesteld worden door de bloeddruk te meten onder basale omstandigheden. Ook moet er
verschillende keren worden gemeten. Tegenwoordig gebeuren er meer en meer 24 uurs
bloeddrukmetingen. Voor de etiologie moet de arts kunnen uitsluiten of er geen externe elementen
aanwezig zijn die de oorzaak zijn van hypertensie, denk bijvoorbeeld aan glucocorticoïden of NSAIDs.
Wanneer geneesmiddelen in klinische studies worden getest, wat zijn dan bijvoorbeeld de
eindpunten? Dit gaat dan vooral over studies die aantonen dat de bloeddruk daalt door het nieuwe
geneesmiddel; dat er geen negatieve impact is op overleving en andere ziekten; de bloeddruk wordt
beschouwd als een surrogaat eindpunt voor de verwikkelingen van een gestegen bloeddruk. Dus,
wanneer het geneesmiddel op de markt komt, mag je alleen zeggen dat de bloeddruk daalt. Je mag
niet zeggen dat het indirect dus cardiovasculaire events verlaagt! Dit moet je effectief kunnen
hebben aangetoond in je studie. De verwikkelingen zijn coronair lijden, hartfalen, CVA, nierlijden en
retinopathie. De behandeling hangt af van de voorspelde en verwachte risico factoren. Maar wat is
precies het risico van de patiënt? Hoeveel risico loopt de patiënt op verwikkelingen ten gevolge van
de bloeddruk en hoe agressief moet deze patiënt dan behandeld worden? Door het toevoegen van
andere risicofactoren wordt het risico op verwikkelingen van de patiënt zeer hoog. Dus, dan moeten
we ook veel agressiever gaan behandelen.

Behandeling
Er zijn verschillende soorten behandeling mogelijk, denk aan diuretica, ACE-inhibitoren, sartanen of
angiotensine receptor antagonisten (ARBs), bèta blokkers (negatief inotroop, chronotroop,
bathmotroop en dromotroop!) en vasodilatatoren.

Behandeling – Diuretica
Thiaziden mogen niet gegeven worden wanneer de GFR < 30. Het is niet alleen een diuretisch effect
dat een impact heeft, maar er is ook een impact op de vaattonus. Ook lis diuretica kan worden
gegeven tegen hypertensie.

Behandeling – Bètablokkers
De bètablokkers hebben een negatief inotroop, chronotroop, bathmotroop en dromotroop effect.
We weten dat er selectieve (1) en niet selectieve (1 en 2) bètablokkers op de markt zijn. De
bètablokkers verlagen de bloeddruk door het negatieve inotrope effect, maar het heeft ook een
impact op histidine en sympathische uitval kan voorkomen. Voor de bijwerkingen en de contra-
indicaties, zie deel 2. Een contra-indicatie van de niet-selectieve bètablokkers is wanneer 2-
agonisten worden gebruikt bij astma en COPD voor bronchodilatatie. De niet-selectieve bètablokkers
mogen nooit gegeven worden bij mensen met astma of COPD, hiermee kan je een astma aanval
uitlokken. Dit kan ook niet gegeven worden aan diabetes patiënten: via 2-blokkade zien we een
verminderde glycogenolyse. De behandeling met bètablokkers mag nooit plots gestopt worden! Dit
geeft een verhoogde kans op plotse dood.

Behandeling – ACE-inhibitoren en ARBs
Angiotensine II is een van de sterkste vasoconstrictor van
het lichaam. Bradykinine is een inflammatoire mediator
en ook een vasodilatator. Onderzoekers zijn erachter
gekomen dat het ACE-enzym hetzelfde is als kininase II!
Pagina 1 van 3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lisaankersmit. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.56. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73314 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$5.56
  • (0)
  Add to cart