Blok Paars – Hoorcolleges Week 2
Hoorcollege 1. Medicatie en hemodynamiek
Maandag 20-02-2023
Cardiac output
Cardiac output = slagvolume x hartfrequentie
- Slagvolume wordt bepaald door:
o Preload
o Contractiliteit
o Afterload: weerstand
- Hartfrequentie wordt bepaald door:
o Autonoom zenuwstelsel:
Parasympaticus: n. vagus
Sympaticus: Th1-4 (bradycard bij dwarslaesie)
o Catecholamines: geproduceerd door bijnier
o Schildklierhormonen
o Elektrolyten: kalium
De bloeddruk = CO x systemische vaatweerstand (SVR)
Autonome zenuwstelsel
Sympaticus
De sympaticus reageert op (nor)adrenaline op de volgende receptoren:
- Alfa 1-receptoren:
o Effect: vasoconstrictie glad spierweefsel (arteriolen en venen)
o Verdeling over het lichaam niet gelijkmatig: weinig effect op hart en hersenen
- Alfa 2-receptoren: inhiberend effect noradrenaline
- Beta 1-receptoren:
o Effect: inotropie (contractiliteit), chronotropie (hartfrequentie)
Bij continue stimulatie: downregulatie
o 80% van het hart
- Beta 2-receptoren:
o Effect: bronchodilatatie, vasodilatatie
Verschil inotropie en vasopressie:
- Inotropie: verhoogde contractiliteit van het hart
- Vasopressie: perifere arteriële vasoconstrictie
Belangrijke sympaticomimetica:
- Endogeen: adrenaline en noradrenaline productie in bijnieren, T1/2: 1-3 minuten
o Adrenaline:
Werkt op alle adrenerge receptoren
Lage dosering: bèta effecten (vasodilatatie)
Hoge dosering: alfa effecten (vasoconstrictie)
Als bèta 2 gaat werken: perifere vasodilatatie
Effect: inotropie, chronotropie
, Indicaties:
Anafylaxie
Reanimatie
Bronchospasme
Shock
Bijwerkingen: ritmestoornis, splanchische vasoconstrictie
Kan ook verneveld worden: minder bijwerkingen
o Noradrenaline:
Werkt vooral op alfareceptoren
Effect: vooral verhoogde systemische weerstand
Indicaties: septische shock
- Synthetisch:
o Dobutamine:
Werkt vooral op B1-receptoren: inotropie en perifere vasodilatatie
Indicaties: hartfalen, cardiogene shock
Bijwerkingen: hypotensie, ritmestoornis
o Efedrine:
Effect: verhoging systemische weerstand
Indicatie: anesthesia induced hypotensie
o Fenylefrine:
Werkt alleen op alfa-1-receptor
Effect: verhoging perifere weerstand
Geen verhoogd risico op ritmestoornissen, want werkt niet op hart
Dus afhankelijk van situatie wordt een middel gekozen:
- Hypotensie na inleiding: efedrine
- Hartfalen: dobutamine (chronotroop)
Rekenen met dosering
Verdunnen:
- Hoeveel keer verdunnen voor te bereiken mg?
- Aantal mL van originele dosis eraf halen.
,Hoorcollege 2. Medicatieveiligheid
Maandag 20-02-2023
Medicatieproces op de OK:
- Opdrachtgever: anesthesist
- Medicatie identificeren en dubbel checken
- Voor toediening gereed maken (VTGM):
o Vanuit reeds gewenste sterkte (RTU) of door verdunnen/oplossen medicatie
- Controleren VTGM
- Controleren voor weg van toediening
- Toedienen van medicatie
- Registeren van toegediende
Risicovolle medicijnen:
- Meeste fouten met:
o Antibiotica
o Opiaten
- PINCH: potassium, insuline, narcotics, chemo, heparine
o Geneesmiddelen waar extra controle bij nodig is: gevolgen zijn groot
Medicatieveiligheid
Aspecten van medicatieveiligheid:
- Veilig voorschrijven: vaak alleen mondelinge opdracht
o SBAR
o Closed-loop communicatie
- Veilig pakken:
o Risico: attentie voor sound- en look-alikes
Oplossing: Tallman letters = hoofdletters bij andere letters
o Opiaten niet in lades, maar in opiatenkoffer
Achter slot en grendel
Iedere gift registreren: sluitende administratie
Vernietiging van restanten in bijzijn van collega
- Veilig klaarmaken:
o Standaardverdunningen: zoveel mogelijk RTU
1% = 1 gram per 100 ml = 10 mg/ml (veel rekenfouten)
o Geneesmiddelen groeperen per patiënt
o Onafhankelijke dubbelcheck of anders Q-check:
Naam + rekenen
o Etikettering:
Middel, paraaf, datum en tijd van klaarmaken
ISO (kleur) normering:
Agonisten hele kleur
Antagonisten strepen
o Filternaald: voorkomt dat glassplinters uit een opengebroken ampul met vloeistof
mee worden opgezogen
o Opgeruimde en schone omgeving
, o Houdbaarheid van medicatie:
Na aanprikken: inclusief tijd (propofol is 4 uur houdbaar: snel micro-
organisme groei)
Na reconstitutie
Na verdunnen
- Veilig toedienen:
o Controleer weg van toedienen:
Vasoconstrictoren: niet perifeer toedienen (alleen centrale lijn)
Zoals noradrenaline
Complicatie: extravasatie
Infuus zit buiten bloedvat, waardoor geneesmiddel subcutaan komt
Plek van infuus (arm) moet daarom zichtbaar zijn
-
Hoorcollege 1. Medicatie en hemodynamiek
Maandag 20-02-2023
Cardiac output
Cardiac output = slagvolume x hartfrequentie
- Slagvolume wordt bepaald door:
o Preload
o Contractiliteit
o Afterload: weerstand
- Hartfrequentie wordt bepaald door:
o Autonoom zenuwstelsel:
Parasympaticus: n. vagus
Sympaticus: Th1-4 (bradycard bij dwarslaesie)
o Catecholamines: geproduceerd door bijnier
o Schildklierhormonen
o Elektrolyten: kalium
De bloeddruk = CO x systemische vaatweerstand (SVR)
Autonome zenuwstelsel
Sympaticus
De sympaticus reageert op (nor)adrenaline op de volgende receptoren:
- Alfa 1-receptoren:
o Effect: vasoconstrictie glad spierweefsel (arteriolen en venen)
o Verdeling over het lichaam niet gelijkmatig: weinig effect op hart en hersenen
- Alfa 2-receptoren: inhiberend effect noradrenaline
- Beta 1-receptoren:
o Effect: inotropie (contractiliteit), chronotropie (hartfrequentie)
Bij continue stimulatie: downregulatie
o 80% van het hart
- Beta 2-receptoren:
o Effect: bronchodilatatie, vasodilatatie
Verschil inotropie en vasopressie:
- Inotropie: verhoogde contractiliteit van het hart
- Vasopressie: perifere arteriële vasoconstrictie
Belangrijke sympaticomimetica:
- Endogeen: adrenaline en noradrenaline productie in bijnieren, T1/2: 1-3 minuten
o Adrenaline:
Werkt op alle adrenerge receptoren
Lage dosering: bèta effecten (vasodilatatie)
Hoge dosering: alfa effecten (vasoconstrictie)
Als bèta 2 gaat werken: perifere vasodilatatie
Effect: inotropie, chronotropie
, Indicaties:
Anafylaxie
Reanimatie
Bronchospasme
Shock
Bijwerkingen: ritmestoornis, splanchische vasoconstrictie
Kan ook verneveld worden: minder bijwerkingen
o Noradrenaline:
Werkt vooral op alfareceptoren
Effect: vooral verhoogde systemische weerstand
Indicaties: septische shock
- Synthetisch:
o Dobutamine:
Werkt vooral op B1-receptoren: inotropie en perifere vasodilatatie
Indicaties: hartfalen, cardiogene shock
Bijwerkingen: hypotensie, ritmestoornis
o Efedrine:
Effect: verhoging systemische weerstand
Indicatie: anesthesia induced hypotensie
o Fenylefrine:
Werkt alleen op alfa-1-receptor
Effect: verhoging perifere weerstand
Geen verhoogd risico op ritmestoornissen, want werkt niet op hart
Dus afhankelijk van situatie wordt een middel gekozen:
- Hypotensie na inleiding: efedrine
- Hartfalen: dobutamine (chronotroop)
Rekenen met dosering
Verdunnen:
- Hoeveel keer verdunnen voor te bereiken mg?
- Aantal mL van originele dosis eraf halen.
,Hoorcollege 2. Medicatieveiligheid
Maandag 20-02-2023
Medicatieproces op de OK:
- Opdrachtgever: anesthesist
- Medicatie identificeren en dubbel checken
- Voor toediening gereed maken (VTGM):
o Vanuit reeds gewenste sterkte (RTU) of door verdunnen/oplossen medicatie
- Controleren VTGM
- Controleren voor weg van toediening
- Toedienen van medicatie
- Registeren van toegediende
Risicovolle medicijnen:
- Meeste fouten met:
o Antibiotica
o Opiaten
- PINCH: potassium, insuline, narcotics, chemo, heparine
o Geneesmiddelen waar extra controle bij nodig is: gevolgen zijn groot
Medicatieveiligheid
Aspecten van medicatieveiligheid:
- Veilig voorschrijven: vaak alleen mondelinge opdracht
o SBAR
o Closed-loop communicatie
- Veilig pakken:
o Risico: attentie voor sound- en look-alikes
Oplossing: Tallman letters = hoofdletters bij andere letters
o Opiaten niet in lades, maar in opiatenkoffer
Achter slot en grendel
Iedere gift registreren: sluitende administratie
Vernietiging van restanten in bijzijn van collega
- Veilig klaarmaken:
o Standaardverdunningen: zoveel mogelijk RTU
1% = 1 gram per 100 ml = 10 mg/ml (veel rekenfouten)
o Geneesmiddelen groeperen per patiënt
o Onafhankelijke dubbelcheck of anders Q-check:
Naam + rekenen
o Etikettering:
Middel, paraaf, datum en tijd van klaarmaken
ISO (kleur) normering:
Agonisten hele kleur
Antagonisten strepen
o Filternaald: voorkomt dat glassplinters uit een opengebroken ampul met vloeistof
mee worden opgezogen
o Opgeruimde en schone omgeving
, o Houdbaarheid van medicatie:
Na aanprikken: inclusief tijd (propofol is 4 uur houdbaar: snel micro-
organisme groei)
Na reconstitutie
Na verdunnen
- Veilig toedienen:
o Controleer weg van toedienen:
Vasoconstrictoren: niet perifeer toedienen (alleen centrale lijn)
Zoals noradrenaline
Complicatie: extravasatie
Infuus zit buiten bloedvat, waardoor geneesmiddel subcutaan komt
Plek van infuus (arm) moet daarom zichtbaar zijn
-