100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Orthopedie (Orthopedie en Podologie) $10.89   Add to cart

Summary

Samenvatting Orthopedie (Orthopedie en Podologie)

 9 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van de lessen Orthopedie binnen het vak 'Orthopedie en podologie'.

Preview 4 out of 49  pages

  • July 27, 2023
  • 49
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
SAMENVATTING ORTHOPEDIE EN PODOLOGIE


Hoofdstuk 1: Basisprincipes bij knieaandoeningen


1. Synovitis
Synovitis = aandoening van het gewrichtskapsel

 Hydrops
 Meestal agv intra-articulair letsel

Functie synovium

 Afkapselen van het gewricht
 Produceren van gewrichtsvocht

Kliniek

 Verlaagde capaciteit van het gewricht
 Initieel management: aanpassen van load



2. Reflexinhibitie
Reflexinhibitie = signaal vanuit pijnlijk en/of gezwollen kniegewricht naar omliggende spieren  inhibitie

 Sterke spier(contractie)  grote druk thv (zieke) gewricht
 Natuurlijke (en goede) beschermingsfunctie


Welke spier is het meest onderhevig aan reflexinhibitie?

Vastus medialis obliquus:

 Meest nabij het kniegewricht gelegen spiergroep
 Zal het meest, het eerst en het langst effect ondervinden van de reflexinhibitie



3. Gewrichtskraakbeen
 Gespecialiseerd hard bindweefsel
 Gevormd door chondrocyten en extracellulaire matrix (ECM)
 Vormvast
 Lage synthese van collageen (turnover van 3 tot 400 jaar)
 Compressiekrachten versus schuifkrachten




1

,4. Letsels
4.1 Kraakbeenletsels
 Acute letsels
o Goed afgelijnd
o Oorzaak:
 Trauma
 Osteochondritis dissecans
 Osteonecrose
 Degeneratieve letsels
o Minder goed afgelijnd
o Oorzaak
 Ligamentaire instabiliteit
 Slechte gewrichtsalignatie
 Meniscusletsels
 Algemene osteoartritis

4.2 Spierletsels
 Strain letsels
o Inwendige kracht
o Meestal thv musculotendineuze zone
o 3 gradaties:
 Verrekking
 Partiële ruptuur
 (bijna) volledige ruptuur
 Contusie
o Uitwendige kracht
o Intercompartimentele contusie
o Intracompartimentele contusie  risico op myositis ossificans

4.3 Peesletsels
 Chronische peesletsels zijn één van de belangrijkste sportletsels
 Pezen als krachtoverbrenger, opgebouwd uit parallelle bundels collageen
 Relatieve avasculariteit: laag recuperatievermogen
 3 zones:
o Musculotendineuze zone
o Tendineuze zone
o Osteotendineuze zone

Samenstelling peesweefsel

 Collageenbundels
o Bepalen treksterkte
o Type 1 (95%), type 3 en 5 (5°) + 1 à 2% elastine
 Peescellen
o Productie van extracellulaire matrix en collageen
 Extracellulaire matrix
o Gel waarin collagene vezels en peescellen zich bevinden

2

,Verhouding kracht peesweefsel vs spierkracht

Pezen kunnen altijd een veel grotere belasting weerstaan dan de belasting die door spieren geproduceerd kan
worden


Stretch-shortening cycle (SSC) EXAMEN!

 Excentrische spieractiviteit die onmiddellijk gevolgd wordt door een concentrische spieractiviteit
 Bij een SSC-activiteit gebruiken we de opgeslagen potentiële energie van de pees samen met de
spieractiviteit van de concentrische beweging, waardoor de prestatie groter en beter zal zijn dan die van
een geïsoleerde concentrische spieractiviteit

Histologische veranderingen bij een peesaandoening

Chronische peesletsels kunnen omschreven worden als gedegenereerd peesweefsel met een verlaagde
metabolische activiteit

 GEEN inflammatoire tekenen (dus geen tendinitis!)
 Dof, geelbruin en zacht peesweefsel
 Belastbaarheid daalt
 Mogelijkheid tot energieopslag is minder
 Progressieve daling van peeskwaliteit

Degeneratieve veranderingen

 Verlies van continuïteit en typische parallelle oriëntatie van de collageenbundels
o Normaal: parallelle oriëntatie
o Pathologisch: scheurtjes, ‘slierten’  treksterkte/belastbaarheid daalt
 Vermindering vezeldiameter
 Af- of toename van de hoeveelheid peescellen (afhankelijk van P)
 Toename grondsubstantie
o Zwelling zichtbaar

Pijnmechanisme

Ondanks afwezigheid tendinitis, toch pijn!

Typisch patroon: opstaan/eerste stappen zijn moeizaam, na beweging is het beter
= ochtendstramheid/startstramheid

 Hypothese 1: hogere concentratie glutamaat
o Glutamaat = neurotransmitter die pijndrempel omlaag doet
o Veel glutamaat = snellere pijnervaring

 Hypothese 2: aanwezigheid van neovasculaire zones
o Lichaam tracht pathologische pees te herstellen door neovascularisatie en nieuwe
zenuwuiteinden te laten groeien in de pees
 Goede doorbloeding = snellere behandeling
o Zenuwuiteinden maken de pees gevoeliger  pijnervaring
o Neovasculaire zones behandelen (door injectie: scleroseren)  pijnervaring is beter

EXAMENVRAAG: Wat zijn neovasculaire zones?

3

, Terminologie

 Tendinose = degeneratie zichtbaar op medische beeldvorming
o Geen symptomen
o Degeneratie niet zichtbaar met blote oog of tijdens KO

 Tendinopathie = degeneratie gaat gepaard met klinische symptomen
o Wel symptomen

 Tendinitis = acute inflammatoire reactie van het peesweefsel
o Indien korte periode  tendinitis
o Indien lange periode  tendinopathie

 Paratenonitis/tenovaginitis = acuut oedeem en hyperemie van het paratenon met aanwezigheid van
inflammatoire cellen
o Paratenon = vlies rond pees waarin de pees glijdt (peesschede)  ‘koker waarin de pees glijdt’
o INFLAMMATIE!
o Bv. bij irritatie door rand van schoen aan achillespees
o Snel herstel
o Verkleeft soms wat met de pees  gevoel van ochtendstramheid

Supercompensatie

Optimale aanpassing van een pees aan een prikkel

Verklaring waarom patiënten snel genezen of niet

1. Verstoring tussen belasting en belastbaarheid
- Langdurig lage belasting pees  pees kan pathologie ontwikkelen
- Korte periode van overbelasting
2. Microtraumata
- Lichaam herstelt dit zelf door ontsteking
3. Inflammatie
- Mogen we niet tegenwerken omdat het zorgt dat weefsel geneest
- Dus tendinitis in het begin!
- Inflammatie nodig  indien afwezig meer en meer microtraumata
- Weefsel zal na inflammatie sterker worden (we willen vorig event niet nog eens opnieuw
meemaken, daarom maakt lichaam het weefsel sterker = supercompensatie)
4. Supercompensatie




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller KPStudentGent. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.89. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62890 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$10.89
  • (0)
  Add to cart