[B1] Een if-zin bestaat uit twee delen: een hoofdzin en een bijzin die met if (als, indien) begint. De
bijzin kan voor of achter de hoofdzin staan. In de bijzin wordt altijd een voorwaarde genoemd; in de
hoofdzin staat het gevolg als aan die voorwaarde wordt voldaan.
De hoofdzin bevat (bijna) altijd een modaal werkwoord, de if-bijzin niet. De if-bijzin bevat nooit een
modaal werkwoord in de vier basis soorten voorwaardelijke zinnen (zero t/m third).
Als de zin begint met de if-bijzin, dan gebruik je tussen beide zinnen een komma. Staat de
voorwaarde later in de zin, dan is een komma overbodig.
I will change the design if you think this one is better. (gevolg + voorwaarde)
If you think this design is better, I will change it. (voorwaarde + gevolg)
Er zijn vier soorten voorwaardelijke zinnen:
Zero conditional
Bijzin present simple + hoofdzin present simple: het gevolg staat vast, is een feit. Iets is 100% zeker. In
plaats van if kun je meestal ook when gebruiken zonder de betekenis te veranderen.
My boss gets annoyed if we leave early.
If you mix red and green, you get yellow.
Ice melts when you heat it.
First conditional
Bijzin present simple + hoofdzin shall/will (not) en het hele werkwoord: iets gaat zeer waarschijnlijk
gebeuren.
If we leave now, we’ll probably catch that train.
We won't be late if we leave on time.
In plaats van will kun je ook een ander modaal werkwoord gebruiken,
zoals can (kunnen), may (misschien kunnen) of might (misschien kunnen, onzekerder dan may).
Hiermee geef je aan dat iets mogelijk (maar niet zeer waarschijnlijk) gaat gebeuren.
If we work extra hard, we may be able to double our sales figures.
She might be willing to help you if you ask her very nicely.
Second conditional
Bijzin past simple + hoofdzin would/could/might en het hele werkwoord: om een theoretische of
onwaarschijnlijke situatie aan te geven, of om advies of een mening te geven.
Bij I/he/she/it wordt in deze gevallen vaak ‘were’ in plaats van ‘was’ gebruikt.
, It would be more efficient if you all worked together.
If you arrived a little earlier, we could grab a coffee first.
If I were you, I wouldn’t take the first job I was offered without even negotiating wages.
*De second conditional wordt ook gebruikt als een beleefde vorm in brieven en e-mails. Scrol naar C1
beneden om hierover meer te leren.
Third conditional
Bijzin had en een voltooid deelwoord + hoofdzin would/could/might have en een voltooid
deelwoord: er kan niet meer aan de voorwaarde worden voldaan, dus iets gaat niet gebeuren.
If she had checked her email, she would have known about Ted’s accident.
The company might have avoided bankruptcy if it had maintained proper bookkeeping procedures.
Met de present continuous in de if-bijzin en een hoofdzin met should/would en het hele werkwoord
kun je advies of een mening uitdrukken.
If you are looking for professional advice, you should call Jake.
If you are entering the competition, I would think about the basic design a little more.
[B2] In plaats van if kun je ook een ander voegwoord, zoals unless, as long as of provided (that),
gebruiken om een uitzondering of voorwaarde uit te drukken.
Unless action is taken now, many people will die. (first condtional)
Our boss is generally happy with our work unless we are late. (zero conditional)
You can use my phone provided you bring it back as soon as possible. (first conditional)
Provided that they receive enough light and water, plants grow. (zero conditional)
[C1] In more formal contexts, such as business correspondence or reports, there are other ways to
introduce conditions that don’t use if clauses. While some of these options may seem contradict the
guidelines above, they in fact simply expand upon them. Here we will look at how to use should,
were or had at the start of a subordinate clause and how to use an elliptical if clause.
Subordinate clauses with inversion: should, were, had
To adopt a more formal tone we can use should/ were/ had (past perfect) instead of if to introduce a
condition at the start of a subordinate clause. Doing so helps us to express opinions or advice, refer
to realistic or theoretical future situations, or even talk about things that did not happen. In each
case, we use inversion and the verb comes before the subject.
Note that we do not use contractions when forming negations with any of these forms.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Noaveldmaat. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.35. You're not tied to anything after your purchase.