100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Class notes

FS: Alle hoorcolleges

Rating
3.0
(1)
Sold
2
Pages
55
Uploaded on
04-09-2023
Written in
2022/2023

Dit zijn de aantekeningen van alle hoorcolleges die gegeven zijn bij het vak Familiesociologie: trends, theorie en kwantitatief onderzoek, aan de Universiteit Utrecht. Dit vak is een derdejaarsvak en heb ik als keuzevak gevolgd tijdens mijn bachelor pedagogische wetenschappen.

Show more Read less
Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
September 4, 2023
Number of pages
55
Written in
2022/2023
Type
Class notes
Professor(s)
-
Contains
All classes

Subjects

Content preview

FS_Hoorcolleges



Hoorcollege 1 – Familiesociologie: Voorbij het nucleaire
gezin
Familiesociologie: Voorbij het nucleaire gezin
Familie  gaat verder dan nucleaire gezin (ouders en 2
kinderen). Bijvoorbeeld 2 stiefgezinnen met elk hun eigen
kinderen, en liefdesbaby. In deze cursus hebben over
meer dan alleen het standaard gezin dat vroeger vooral
was.
Sociologie  je bekijkt het vanuit de context (families in een bepaalde
context). Dus niet zozeer
vanuit het individu. (bv
plaatje met bakfiets, daar is
de tijd de context). In
sociologie zijn de kernvragen ook belangrijk (ongelijkheid
en cohesie zijn belangrijke vragen).




Kernvragen: Ongelijkheid: Wie krijgt wat, waarom?
Docu Sander en de kloof. Kloof tussen laag en hoger
opgeleiden wordt langzaam groter. Vooral
onderwijsongelijkheid. Het hangt heel erg af van waar je
vandaan komt, dat kan effect hebben op je latere
levenskansen. Familie en waar je vandaan komt is in dit
geval van invloed op je onderwijskansen.

Kernvragen: Sociale cohesie: Wat houdt een
samenleving bij elkaar?
Families en gezinnen spelen een belangrijke rol bij sociale cohesie.

Historisch perspectief
2 grote demografische transitie
1. 1750 – 1960
2. 1960 – nu  daar ook 2 fases in. (hier ook
tijdens cursus focus op)
Om 2e demografische transitie te begrijpen is inzicht
in de eerste transitie nodig.




1

,FS_Hoorcolleges




Historische trend 1: De eerste demografische transitie
Verandering in sterftecijfers en
geboortecijfers  invloed op totale
bevolking. In 1750 zien we dat zowel
het geboortecijfer en het sterftecijfer
erg hoog is (fase 1). In fase 1 is een
start gemaakt met de industrialisering.
Als eerste dalen daardoor de
sterftecijfers. De geboortecijfers
blijven dan nog relatief hoog (fase 2).
De zuigelingensterfte neemt enorm af
door betere gezondheidszorg, ontwikkelingen in de medische wetenschap, verbeteringen in
economische omstandigheden, en het allerbelangrijkste: verbeteringen in hygiëne. Het geboortecijfer
daalde dus iets later (fase 3). Doordat het sterftecijfer eerst daalde en het geboortecijfer later schiet
de totale bevolking omhoog. In fase 3 geboortecijfer naar beneden en totale bevolking vlakt af. Fase 4
is posttransitie: geboortecijfer en sterftecijfer zijn stabiel laag, maar totale bevolking nog steeds hoog.
In laatste fase (5) treed vergrijzing op, blauwe lijn schiet iets omhoog, totale bevolking vlakt iets af en
sterftecijfers gaan omhoog. Belangrijkste is wat er in fase 2 en 3 gebeurt.

Gevolgen duidelijk in jaren ’50
Levensloop was gestabiliseerd: men trouwde erg jong en kreeg bewust kinderen, en er was een
duidelijke taakverdeling tussen mannen en vrouwen. Op samenlevingsniveau was er sprake van een
burgerlijk gezinsideaal: normatief en ook beleid vond dat gezin heel belangrijk was. Het
gestandaardiseerde burgerlijk gezin werd gezien als hoeksteen van de samenleving.

Trend 2: De Tweede demografische transitie (SDT)
Bron: Lesthaeghe, R. (2010). The unfolding
story of the second demographic transition.
Population and development review, 36(2),
211-251.
 Deze auteur en vd Kaa worden altijd
genoemd ivm tweede transitie.
https://www.youtube.com/watch?v=LVlX2_vs55o

Vanaf 1960 bepaald ontwikkelingen gebeurd die
leiden tot wat de auteurs noemen tot de tweede
transitietheorie. Het gaat hier veel meer over
relatievorming (samenwonen, trouwen en scheiden),
en het krijgen van kinderen. De tweede
transitietheorie gaat over ontwikkelen van trouwen,
samenwonen, scheiden en fertiliteit.

SDT: Forerunners of change
 Binnen een land: culturele voorhoede
(culturele elite) start vaak met nieuw gedrag
o Bv samenwonen of uitstellen van kinderen.


2

,FS_Hoorcolleges


o Dit gedrag verspreidt zich daarna langzaam over de rest van de bevolking
 Tussen landen: Scandinavië als voorloper en daarna verspreiding over Europa/wereld
o Je ziet altijd dat Scandinavië als eerste begonnen met demografische veranderingen
in de tweede transitie, Noorwegen en Zweden altijd voorlopers.
 Ad b) Omdat de SDT zich eerst en verder heeft doorgezet in sommige landen zie je dus
verschillen in familiegedrag tussen landen.
Dit kan dus wel verklaren waarom landen verschillen in familie  scheidingscijfer bij Noorwegen
hoger dan bijvoorbeeld bij Roemenië.
Je zou eigenlijk kunnen zeggen dat die culturele elite, waar je het binnen een land over hebt, bij
landen Scandinavië was voor Europa.

Verklaringen SDT
 Culturele veranderingen (o.a. Lestaeghe, vd Kaa)
o Individualisering
o Higher order needs van Maslow (zelfontplooiing)  vrijheid willen hebben
o Secularisering  kerk minder belangrijk vanaf 1960, waardoor de normen en
waarden ook veranderden en het normaler werd om te scheiden of eerst te gaan
samenwonen voordat je ging trouwen.
Gaat dus om een verandering van culturele normen en waarden
 Structurele veranderingen (o.a. Gary Becker (vooral economisch, arbeidsparticipatie van
vrouwen))
o Economische veranderingen  vrouwen meedoen in de arbeidsmarkt, waardoor
ander demografisch gedrag ontstond
o Institutionele veranderingen  veranderingen in beleid en wetgeving. Bv opbouw
pensioensysteem  was voor mensen niet meer zo nodig om heel veel kinderen te
krijgen voor je goede oude dag.
o Technologische veranderingen  anticonceptiepil bijvoorbeeld, heeft er ook voor
gezorgd dat wij bewust het krijgen van kinderen konden uitstellen.

SDT: De keerzijde
 Toenemende ongelijkheid tussen kinderen van hoog en laag opgeleide
ouders in levenskansen (ofwel Diverging Destinies, McLanahan, 2004)
 Basis idee Diverging Destinies (DD):
o Veranderende selectiviteit familiegedrag naar opleiding
 Hoog opgeleiden: ‘positief’ familiegedrag (bijv. uitstel
trouwen, vaders veel doen): ‘gain resources’
 Uitstel huwelijk is positief omdat je daardoor
meer hulpbronnen en levenskansen opbouwt
(door dus in plaats daarvan te gaan focussen op
je carriére)
 Laag opgeleiden: ‘negatief’ familiegedrag (bijv. scheiden): ‘loss resources’
 Scheiden negatief omdat dat dus vaak gevolgen heeft voor je
inkomen, en dat is dus een verlies van resources.
o Reference: McLanahan, S. (2004). Diverging destinies: How children are faring under
the second demographic transition. Demography, 41(4), 607-627.
 https://www.youtube.com/watch?v=ACve-N_6KJc



3

, FS_Hoorcolleges



Toenemende selectie ‘negatief’ gedrag
Je ziet een toenemende ongelijkheid: er
zijn steeds meer laagopgeleide mensen die
alleenstaande moeder zijn in vergelijking
met hoog opgeleide mensen die relatief
stabiel blijft. We spreken van een negative
educational gradient bij alleenstaand
moederschap. Waarom negatief?  hoe
hoger opgeleid, hoe kleiner de kans dat je
alleenstaand moeder bent.




Toenemende selectie ‘positief’ gedrag
De gemiddelde leeftijd dat hoogopgeleide
vrouwen een kind krijgen is rond de 33 (in
1960 was dat 27). In vergelijking met
laagopgeleiden in 1960, was 24 gemiddeld, en
nu ook nog ongeveer. Er is hier sprake van een
toenemende positive educational gradient 
hoe hoger opgeleid de moeder, hou ouder je
bent als je moeder wordt.

Thema: families in context
Dit figuur is de rode draad voor het cursus en
het onderzoekspaper. Er is altijd een plek voor
de context (bijvoorbeeld tijd, maar ook
plaats). De verschillende pijlen worden allemaal
besproken in de colleges.
Nu kijken naar pijl 1: Bepaalt de context
familiegedrag?  toegepast op trouwen en
scheiden. Belangrijke determinant van scheiden
is of je zelf gescheiden ouders hebt. Als je een
scheiding meemaakt kan dat gevolgen hebben
voor je inkomen  dan zit je meer op de
uitkomsten. Belangrijk is dat de relatie tussen
determinanten, familiegedrag, altijd weer kan
afhangen van de context, dat is pijl 3. Bij pijl 3 is
sprake van een interactie. Determinant en
familiegedrag wordt bepaald door een tijds- of
plaatscontext. Pijl 4 is ook een interactie, effect van familiegedrag op uitkomsten, kan anders zijn over
tijd of over verschillende landen. Als we kijken naar de tweede demografische transitietheorie, dan

4
$4.83
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Reviews from verified buyers

Showing all reviews
1 year ago

3.0

1 reviews

5
0
4
0
3
1
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
DTV Universiteit Utrecht
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
625
Member since
5 year
Number of followers
423
Documents
81
Last sold
1 week ago

Hier kun je terecht voor samenvattingen van de vakken bij Pedagogische Wetenschappen :)

3.8

92 reviews

5
33
4
26
3
22
2
4
1
7

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions