100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Nova natuurkunde samenvattingen klas 4 vwo/gym H6 geofysica $7.07   Add to cart

Summary

Nova natuurkunde samenvattingen klas 4 vwo/gym H6 geofysica

 2 views  0 purchase
  • Course
  • Level

De samenvattingen van Nova natuurkunde 4 vwo/gym H1 beweging bepalen, H2 kracht en beweging, H3 energieomzettingen, H4 elektrisch vermogen en H6 geofysica.

Preview 2 out of 8  pages

  • September 19, 2023
  • 8
  • 2023/2024
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
NA samenvatting H6 Geofysica
6.1 Het inwendige van de aarde
Een geofysicus moet meerdere boringen doen om te weten te komen welke gesteenten en
mineralen zich bevinden in de bodem.
Seismologie = de studie naar trillingen in de aarde die vrijkomen bij aardbevingen

Lagen in de aarde:
 Aardkorst; 8 km tot 32 km, buitenste laag, bestaat vooral uit graniet en basalt, dunne laag en
bestaat uit continentale platen
 Mantel; 2900 km dik, grotendeels vervormbaar, bestaat vooral uit silicaathoudende
mineralen (bv. olivijn en pyroxeen)
 Buitenkern; 2200 km dik, bestaat voornamelijk uit vloeibaar ijzer en nikkel
- door stromingen wordt een magneetveld opgewekt, dit komt door de elektronen van de ijzer
en nikkel, dit magneetveld kan veranderen van richting
 binnenkern; 1200 km dik binnenste deel van aarde, is een vast deel door de extreme druk

indeling op basis van mechanische eigenschappen:
 lithosfeer; aardkorst en bovenste deel van de mantel
- bestaat vooral uit gesteente dat niet vervormt, maar breekt
- dikte varieert tussen 100 km en 400 km
 asthenosfeer; deel van de mantel dat makkelijk te vervormen is
- de lithosfeer drijft hier als het ware op, deze laag is ongeveer 100 km dik
 de rest van de mantel; dit is vast, maar kan wel vervormen
 de buitenkern
 de binnenkern


convectie; warme gesteente stijgen en koude stenen dalen, hierdoor bewegen de continenten.
Geofysische metingen wordt gebruikt om olie, gas en andere delfstoffen op te sporen, ook voor
bouwprojecten en archeologisch onderzoek.
 Hiervoor gebruiken ze bijvoorbeeld; zwaartekrachtmetingen, magnetische metingen,
elektrische metingen.
Aardbevingen: door de bewegingen in de platen in de lithosfeer ontstaan er op sommige plekken in
de aardkorst mechanische spanningen
Vulkanisme: als gesmolten gesteente omhoog komt, zal het een weg naar de oppervlakte zoeken
Hypocentrum: ondergrondse gebied waar de aardbeving plaatsvindt
Epicentrum: plek op het aardoppervlak loodrecht boven waar de aardbeving plaatsvindt

6.4 Warmte

De warmte in de aarde is voor een deel overgebleven van de tijd dat de aarde gevormd werd,
waardoor de buitenkant van aarde afkoelde. Daarnaast is het verval van radioactieve stoffen die zich
in de gesteenten van de aarde vinden (voornamelijk uranium en thorium). Ook door de
getijdenkrachten van de zon en de maan wordt warmte opgewekt.

De temperatuur in de aarde neemt toe met de diepte, in de buitenkern ligt de temperatuur boven
het smeltpunt van ijzer. Het smeltpunt stijgt als de druk hoger wordt. De binnenkern is daardoor
vast, ondanks de hogere temperatuur die daar heerst.

, Warmte kan getransporteerd worden door straling, geleiding of stroming. De asthenosfeer is niet
gesmolten, maar kan wel gemakkelijk vervormen doordat de temperatuur dicht bij de
smelttemperatuur van mantelgesteente ligt. De rest van de mantel is vast, maar kan toch voldoende
vervormen om convectie mogelijk te maken.

6.3 Seismologie

Seismologie = wordt gebruikgemaakt van de trillingen afkomstig van de aardbeving om het
inwendige van de aarde te bestuderen
Seismometer; bestaat uit een massa die los van het aardoppervlak hangt
 door het meten van de beweging van de massa ten opzichte van de rest van de seismometer
krijg je een seismogram

P-golven:
 Hebben de grootste snelheid en worden het eerst gedetecteerd
 P staat voor ‘Primary’ ofwel eerste
 longitudinale golven: de beweging van de deeltjes is in dezelfde richting als de
voortplantingsrichting van de golf.
 komen als eerste aan bij een meetstation.
S-golven:
 Hebben een kleinere snelheid en komen later aan
 S staat voor ‘Secondary’ ofwel tweede
 transversale golven: de beweging van de deeltjes is loodrecht op de voortplantingsrichting
van de golf.

Naar mate de afstand groter is, neemt de sterkte van de trillingen af. Uit het tijdverschil tussen de S-
en P-golven kun je een indicatie krijgen van de afstand tot de aardbeving.
Oppervlaktegolven; Dit zijn de golven die zich vanuit het epicentrum over het aardoppervlak
voortbewegen, leggen een langere weg af naar het en komen pas na de P- en de S-golven aan. De
oppervlaktegolven zorgen wel meestal voor de grootste trillingen. (De 'Love'-golven en de 'Rayleigh'-
golven zijn de belangrijkste oppervlaktegolven)

De buitenkern (vloeibaar) hebben de P-golven een lagere snelheid, dan in de mantel (vast). Dus P-
golven breken in de overgang.
Schaduwzone = komen geen rechtstreekse P-golven terecht van een aardbeving, S-golven gaan
helemaal niet door de vloeibare buitenkern van de aarde heen. De P-golven kunnen echter wél door
de vloeibare buitenkern. De golven worden echter van richting veranderd bij de overgang van vast
naar vloeibaar. Door deze richtingverandering zijn delen van de aarde niet bereikbaar voor de P-
golven.

 sp = afstand die de P-golven hebben afgelegd
 vp = snelheid van de P-golven = 6,0 km/s = 6000 m/s
 tp = tijd die de P-golven nodig had van de plaats van de aardbeving tot het meetstation
 ss = afstand die de S-golven hebben afgelegd
 vs = snelheid van de S-golven = 3,5 km/s = 3500 m/s
 ts = tijd die de S-golven nodig had van de plaats van de aardbeving tot het meetstation

De P- en de S-golven hebben allebei uiteraard dezelfde afstand afgelegd:
sp = ss  vp∙tp = vs∙ts
Uit de grafiek kun je aflezen dat de tijd tussen de aankomst van P- en de S-golven (21-12=) 9
seconden is. Dus:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller knorretje909kim. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.07. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.07
  • (0)
  Add to cart