Dit is een volledige samenvatting voor het schrijftelijk examen van het vak Nederlands 3. Thomas More campus Vorselaar. De onderdelen didactiek schrijven en didactiek spelling komen aan bod.
Didactiek spelling
De geschiedenis van ons schriftsysteem
Een blik op ons schriftsysteem
Wat is het verschil tussen een logografisch en een syllabisch schriftsysteem?
Bij een logografisch schrift staat elk plaatje voor een woord.
Bij een syllabisch schrift staat elke tekening voor een lettergreep.
In welke landen worden deze schriftsystemen gebruikt?
Logografisch: China
Syllabisch: Japan
Wat is het verschil tussen een foneem en een grafeem?
Foneem = spraakklank die betekenisverschil tussen klankgroepen veroorzaakt.
Grafeem = het teken waarmee we een foneem weergeven.
Bedenk voorbeelden bij de niet-eenduidige foneem-grafeemkoppeling.
/a/ = raam & ramen
/e/ = het & beer & pet
De geschiedenis van onze spelling
Het Middelnederlands heeft verschillende spellingsvarianten. Wat zijn hiervan de oorzaken?
Er waren geen spellingsregels, mensen schreven alles fonetisch, ze schreven wat ze hoorden.
Wat is het WNT?
Woordenboek der Nederlandsche taal = gezamenlijk woordenboek van Vlaams en Nederlands
grootste historische woordenboek ter wereld (28 delen)
Welke principes liggen ten grondslag aan onze spelling?
- zo veel mogelijk gebaseerd op uitspraak
- zo weinig mogelijk verschillende spelling
- dezelfde soort woorden op dezelfde manier
- vanaf nu ‘aa’ en ‘ij’ in plaats van ‘ae’ en ‘y’
Leerinhoud filmpjes
Spraak = systeem van klanken dat je gebruikt om mondeling met elkaar te communiceren (spreken,
roepen, zingen)
Schrift = systeem van grafische tekens dat je gebruikt om op een zichtbare manier met elkaar te
communiceren (afbeeldingen, letters, lijnen)
Nederlandse taal = afzonderlijke klanken van een woord noteren = alfabetisch schrift
ook andere systemen om menselijke taal vast te leggen
2 soorten schrift:
beeldschrift: taal wordt vastgelegd in afbeeldingen = pictografisch schrift (verkeersborden)
klankschrift
,Logografisch schrift elk plaatje staat voor een woord
Syllabisch schrift elk teken staat voor een syllabe/lettergreep
1000 v.C. Feniciërs ontdekten dat je woorden kan ontleden in beperkt aantal klanken leid tot
ontwikkeling van ons alfabet
Spraakklanken corresponderen met letters, maar niet elke spraakklak heeft een aparte letter
(fonemen = spraakklanken & grafemen = tekens waarmee we fonemen weergeven)
Foneem = spraakklank die betekenisverschil tussen klankgroepen veroorzaakt
Grafeem = het teken waarmee we een foneem weergeven
Nadelen alfabetisch schrift:
lastig om fonemen te herkennen
ons alfabet heeft niet genoeg teken om elk foneem weer te geven (26 letters voor 34
fonemen) eu, ui, oe
koppeling tussen grafemen en fonemen is niet eenduidig
bv. a in raam of ramen
Voordelen alfabetisch schrift:
beperkt aantal tekens te leren
nieuwe woorden zijn makkelijk te schrijven zodra je foneem-grafeemkoppeling kan maken
1150 – 1500 Middelnederlands (is geen standaardtaal, wel een overkoepelende term voor de
verschillende dialecten die gesproken werden)
geen regels
fonetische spelling
belangrijkste schrijftaal was Latijn bewijs dat je tot hoge kringen behoorde
later ook interesse voor ‘volkstaal’
belangrijkste uitvinding: boekdrukkunst
1500 – 1800: opbouw volkstaal
spelling wordt meer en meer eenvormig, deels vanzelf en deels gestuurd
men neemt voorbeeld aan Latijn opnieuw naamvallen in geschreven ‘Nederlands’
80-jarige oorlog (1568 – 1648) en val van Antwerpen (1585) start nationaal bewustzijn
schrijvers: vraag naar regels en grammatica
1804: de spelling siegenbeek
zo veel mogelijk gebaseerd op uitspraak
zo weinig mogelijk verschillende spelling
dezelfde soort woorden op dezelfde manier
vanaf nu ‘aa’ en ‘ij’ in plaats van ‘ae’ en ‘y’
1863: spelling De Vries en Te Winkel
, gezamenlijk woordenboek van Vlaams en Nederlands grootste historische woordenboek
ter wereld (28 delen) = WNT = Woordenboek der Nederlandsche taal
‘gh’ wordt ‘ch’ en ‘ey’ wordt ‘ei’
België accepteert in 1864 - Nederland in 1870
1891 – 1940: de grote spellingstrijd
Pleidooi voor vereenvoudiging door Kollewijn
1934: aanpassing door minister Marchant (enkel voor onderwijs):
o Vlaamsch Vlaams
o Mensch mens
Na WOII: officiële spelling
Vlaams-Nederlandse commissie verzorgt nieuwe spelling: in 1947 overal verplicht (zowel
overheid als onderwijs)
1954: eerste Groene Boekje
1995: eerste herziening (= voorkeursspelling als algemeen gaan accepteren)
2005: tweede herziening
TAALUNIE = vertegenwoordigers van alle landen waar Nederlands gesproken wordt
, Beginselen van de Nederlandse spelling
Wat is spelling?
Spelling = stelsel van afspraken waarmee je de klankvormen van een taal systematisch vastlegt met
behulp van grafische symbolen, meer bepaald met letters.
Die afspraken/conventies zijn nodig om datgene wat anderen opgeschreven hebben, te kunnen
lezen.
Als je schrijft, geef je datgene wat je hoort (= de klankvormen) schriftelijk weer. Je zet dus een
klanksysteem om in een schriftsysteem.
In het Nederlands doen we dat door een grafeem aan een foneem te koppelen, maar hiervoor
bestaat er geen één-op-één-verhouding. Voor het foneem /aa/, bestaan twee grafemen: aa in taak
en a in taken.
Die klankvormen worden systematisch vastgelegd: het Nederlands steunt op een aantal principes.
Beginselen van onze Nederlandse spelling
Basisbeginsel van onze spelling = standaarduitspraak
wordt ingeperkt door twee andere beginselen:
de gelijkvormigheid
de etymologie
Het basisbeginsel: de standaarduitspraak
= je spelt een woord met de klanken die je hoort in de standaarduitspraak van dat woord.
geen rekening houden met regionale verschillen, leeftijdsverschillen, specifieke kenmerken …
die eigen zijn aan een bepaalde spreker
= fonologisch principe elk foneem wordt door apart grafeem weergegeven
Dit principe is het eerste wat kinderen moeten beheersen wanneer ze leren spellen. De eerste
woordjes die ze schrijven zijn klankzuivere woorden (maan, roos, vis).
Mogelijke problemen:
o kinderen die een andere moeder- of thuistaal hebben dan het Nederlands
o kinderen die moeite hebben met het onderscheid dialect – Standaardnederlands
o kinderen die taalzwak zijn en/of de klankletterkoppeling heel moeizaam verloopt
Het beginsel van de gelijkvormigheid
= je spelt een woord of woorddeel zo veel mogelijk op dezelfde wijze.
‘bloed’: je hoort een t maar schrijft en d want je zegt ‘bloeden’
‘web’: je hoort een p maar schrijft een b want je zegt ‘webben’
je gaat na hoe een bepaald woord of woorddeel in andere woorden klinkt
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller julieguldentops. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.98. You're not tied to anything after your purchase.