Dit is een samenvatting van het eerste deeltentamen voor hersenen en gedrag. Het is een combinatie van het boek en van de hoorcolleges. Zelf had ik slechts 1 foutje bij het tentamen, dus hopelijk help hij jou ook! Bij vragen kan je me een berichtje sturen:)
Lagere prijs kan als je me een berichtje...
Hoorcollege 1
Infereren mentale processen: het bestuderen van mentale processen, zonder naar
het brein kijken.
Geconditioneerde systematische stimuli-> ongeconditioneerde stimuli->
ongecoditioneerde response
Geconditioneerd systematische stimuli-> geconditioneerde response
Genetische kwetsbaarheid wordt erg beinvloed door nurture
1-30
Introspection= persoonlijke observaties van gedachten, gevoelens en gedrag
Psychologie
Psyche=soul
Heeft overeenkomstige vlakken met filosofie en natuurlijke wetenschappen-> zijn de mentale
processen aangeboren of gevormd doormiddel van ervaring? Realtie tussen het lichaam en
de geest, relatie tussen mensen en andere diersoorten.
Objectieve studie van mentale processen
Hub science: meet invloedrijke wetenschappen
Nature: biologische factoren
Nurture: omgevingsfactoren
Griekse filosofen: observaties kunne worden uitgelegd bij natuurlijke redenen.
Britse empiritionisten: kennis is resultaat van ervaring
Oude natuurkundigen: het brein is de bron van de mind
17e en 18e natuurlijke wetenschappers: ontdekking over sensatie en beweging: de mind is fysiek
Herman Helmholtz: onderzocht reactie tijd op basis van aanraking en ondersteunde daarmee het
punt dat de mind fysiek is-> hoe verder weg van het brein de aanraking hoe langer de reactie tijd was
Donders: reactie tijd bij het herkennen van letters -> hoe langer het woord hoe langer de reactie tijd
Wilhelm Wundt: eerste psycholoog, hij was de assistent van Helmontz en ging verder op de reactie
tijd onderzoek en concludeerde dat er ook een samenhang is met de mentale zwaarheid.
Edward Titchener: brengde licht aan het fenomeen structuralisme: de mind is opgebouwd uit delen
zoals smaak, gevoel, emotionele processen. Hij zal het als bouwblokjes die je uit elkaar kan breken
Gestalt: sprak structuralisme tegen: zodra je de mind in stukjes breekt resulteert in het verliezen van
belangrijke psychologische informatie.
Functionalisme: de studie van het verband tussen gedrag en mentale processen ( afhankelijk van
consequenties) -> dit zorgt voor overleving
,Sigmund Freud (1856-1939)->
Ontwikkelde de psychodynamic theorie: krachten buiten een mens zijn weten kunnen
uitleggen waarom ze zich op een bepaalde manier gedragen
Focuste zich op psychological disorders
Eerste stappen psychoanalyse: bewust maken verbogen gedachten en gevoelens
Aanhangers (Freudians)-> waren er van overtuigd dat mensen van nature egoistisch en
aggresief waren
Humanisch psychologie: verschil omgaan mens-> spraken van een cliënt i.p.v. een patiënt.
‘There are no bad people, just bad societies that fail people’
Behaviorism: observatie van meetbaar gedrag, ervaring stimuleert juist wel of niet gedrag.
Cognitation: bestuderen mentale processen
Watson: koppelde een product aan een afbeelding
Psychologische perpectieven
Biologisch perspectief (behavioral neuroscience): bestudeerd de relatie tussen mind en
gedrag en hun onderliggende biologische processen, denk aan genen. Biochemie, anatomie
en fysiologie(functies van bepaalde structuren).
Evolutionaire psychologie: tak van biologisch wat zich richt op het relateren van de fysieke
structuur en gedrag en naar de overleving van soorten en hoe voordeel heeft gezorgd voor
evolutie.
Cognitieve psychologie: bestudeerd het proces van denken en hoe informatie wordt
verwerkt
Ontwikkelings psychologie: bekijkt hoe gedrag veranderd naarmate je ouder wordt
Sociale en persoonlijke psychologie: bekijkt de invloed van sociale en culturele verschillen.
Klinische psychologie: focust zich op mentale disorders
De 21ste eeuw combineren we deze perpectieven, omdat een enkel kan lijden tot mislijdende
conclusies
Psychiatrie mag als enige wel medicatie uitreiken.
30-50
Fundamental property -> kan door niks anders ontstaan
1) Waarneming gebeurd in de hersenen
2) Monism-> het idee dat alles een in, er zijn geen fundamentele apparaten, alles is afkomstig
van iets
3) Dualism: gedachte en lichaam zijn twee verschillende dingen
4) Maak geen overgehaaste conclusies
, Biological explanations of behaviour
Fysiologische verklaring: relateert gedrag met hersenactiviteit en andere organen
Ontogenetische verklaring: hoe gedrag ontwikkeld op basis van genen, ervaring, interactie en
voeding
Evolutionaire verklaring: relateert gedrag en structuur van organen door evolutionaire
geschiedenis.
Functionele verklaring: waarom gedrag of structuur is zoals het is
- genetic drift-> genen verspreiding bij toeval
Verschil evolutionair en functioneel: bij evolutionair wordt het uitgelegd waar het vandaan
komt ondanks of het handig is of niet in het nu, bij functioneel voor naar het voordeel in de
natuurlijke selectie gekeken in het nu.
Genetics and evolution of behavior
Genen zitten op chromosonen
Invloed van zowel meerdere genen als omgeving spelen een rol
Seks-linked genes: het gen zit op de X-chromosoon of Y-chromosoon (vaak X), er zit dus een
verschil in de kans van expressie
Seks-limited genes: op basis van het geslacht komen genen wel of niet tot expressie.
Epigenetica: genen expressie, niet permanent, sequentie wordt niet gewijzigd
DNA zit om histonen
Methyl: zorgt ervoor dat het gen niet tot expressie komt
Acetyl: zorgt voor los komen van het dna van histonine, waardoor er een verhoogde
kans is op expressie
Overerfbaarheid (0-1): kenmerk voor de invloed van genen op onze eigenschappen
MZ: zelfde genoom onderzoek nurture
MZ vs DZ: DZ delen niet hetzelfde DNA, maar wel het zelfde milieu. Om MZ en DZ te vergelijken kan
de invloed van genen worden bestudeerd.
Onderzoekers onderzoeken ook de meest voorkomende genen met overeenkomend gedrag dan
mensen die dat gedrag niet hebben.
Geadopteerd: zelfde opvoeding,genen verschillen, overeenkomst gedrag. Of overeenkomst met
ouders
Probleem invloed zwangerschap
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller arianapersoon. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.16. You're not tied to anything after your purchase.
