De ziekte
Om welke ziekte gaat het?
Epilepsie is een verzamelnaam voor een grote groep syndromen die epileptische aanvallen als een
gemeenschappelijk verschijnsel hebben. Om van epilepsie te mogen spreken moet iemand ten minste
twee aanvallen hebben gehad. Iemand die aan deze ziekte lijdt, heeft van tijd tot tijd een bepaald soort
aanvallen waarbij hij in veel gevallen het bewustzijn verliest en op de grond valt (daarom ook wel vallende
ziekte genoemd). Eigenlijk is dat niet juist, omdat epileptische aanvallen lang niet altijd met vallen
gepaard gaan.
Epileptische aanvallen kunnen gegeneraliseerd of partieel zijn. Bij gegeneraliseerde aanvallen is er
bewustzijnsverlies, bij partiele aanvallen is er een helder bewustzijn. Uitzondering hierop vormen
complexe partiele aanvallen die gepaard gaan met een verlaagd bewustzijn.
Gegeneraliseerde epileptische aanvallen
Kunnen zich in twee vormen voordoen:
- Tonisch-clonisch insult: Het tonisch-clonisch insult wordt ook wel ‘grand mal’ genoemd. Bij zo’n aanval
raakt de client plotseling bewusteloos, soms voelt de client dit van tevoren aankomen (aura), soms slaakt
de client een gil. Dit is geen hulpoproep of een uiting van angst, maar de gil ontstaat doordat de
ademhalingsspieren plotseling samentrekken en lucht door de vernauwde stemspleet naar buiten wordt
geblazen, alle spieren van het lichaam trekken samen zodat de client helemaal verstijfd. De ademhaling
stokt, waardoor een tekort aan zuurstof ontstaat en de client een blauwe kleur krijgt, deze fase wordt de
tonische fase genoemd en duurt een tiental seconden. Daarop volgen clonische trekkingen, dat wil
zeggen afwisselend samentrekken en verslappen van de spieren zodat er een heftig schudden van hoofd,
romp en ledematen ontstaan. Vaak raken tong, wang of lippen tussen de tanden bekneld (tongbeet). Er is
meestal een versterkte speekselafscheiding en de client laat de urine lopen. Het einde van de convulsies,
meestal na 2 of 3 minuten, gaat gepaard met hervatting van de ademhaling, die diep en blazend is. De
client begint meestal al enigszins op de omgeving te reageren, nog verward en zonder zich iet in te
kunnen prenten: posticale amnesie.
- Absences, ook wel ‘petit mal’ genoemd: Deze aanval wordt gekenmerkt door plotseling
bewustzijnsverlies, waarbij de patiënt meetstal niet valt. Het contact met de omgeving wordt verbroken,
de client reageert niet op aanspreken of aanraken. De blik wordt starend, soms draaien de ogen omhoog
en zakt het hoofd wat achterover. Deze aanvallen duren van enkele seconden tot dertig seconden en
eindigen abrupt, waarbij het bewustzijn dadelijk weer geheel hersteld is. Er is meestal geen sprake van
incontinentie voor urine en geen moeheid. Het is van groot belang de absences te onderscheiden van
kleine aanvalletjes die er sprekend op lijken, maar die gepaard gaan met andere verschijnselen: knipperen
met de oogleden, spiertrekkingen rond de mond of in de armen, knikken met het hoofd. Deze vorm wordt
wel myoclonische petit mal genoemd. Absences komen vooral bij kinderen voor en beginnen meestal
tussen het vierde en twaalfde levensjaar, ze verdwijnen vaak tegen de puberteit. Absences veroorzaken
geen hersenbeschadiging omdat ze niet gepaard gaan met ademhalingsstilstand (geen zuurstoftekort in
de hersenen).
Partiele epileptische aanvallen
Twee soorten:
- Eenvoudige partiele aanvallen gaan niet gepaard met verlies van het bewustzijn en kunnen
verschijnselen vertonen van de plaatselijke stoornis, die met de term focus wordt aangeduid. Bij de
, beeldvormende diagnostiek (CT, MRI) kan dan bijvoorbeeld een tumormetastase worden waargenomen,
maar het gebeurt nogal eens dat er niets wordt gevonden. Op het EEG kunnen soms wel plaatselijke
afwijkingen worden gezien en men spreekt dan van een functioneel focus.
- Complexe partiele epileptische aanvallen: Verreweg de meeste gevallen van een complexe partiele
epileptische aanval berusten op een afwijkingen, veelal een litteken, ontstaan bij de geboorte, in het
temporale gebied (psychomotore of temporale aanvallen). Deze aanvallen gaan bij uitstek gepaard met
zogeheten aura. Soms is dat een vreemd gevoel dat vanuit de buik naar het hoofd opstijgt, soms is het
een plotselinge, ongewone, dikwijls onaangename reukgewaarwording, soms wordt de omgeving vreemd
(veraf, vertekend, onwerkelijk groot of juist heel klein), of wordt de omgeving juist heel vertrouwd en als
eens eerder beleefd (deja-vu). Vervolgens verricht de client die een gedaald bewustzijn heeft, allerlei
handelingen zonder enige bedoeling die vaak stereotiep worden herhaald. De client loopt doelloos rond,
maakt tastende of krabbende bewegingen, slikt, kauwt of smakt zonder reden. Dit worden motorische
automatismen en stereotypieën genoemd. De aanval duurt meestal enkele minuten, soms langer, de
client herinnert zich in het algemeen de aanval niet of zeer vaag.
Gelegenheidsinsulten
Epileptische aanvallen die uitsluitend optreden onder bepaalde omstandigheden worden gelegenheid
insulten genoemd. Die omstandigheden, waar de ene mens gevoeliger voor is dan de andere, lokken een
epileptische aanval uit. Uitlokkende momenten zijn bijvoorbeeld: Slaapgebrek, alcohol misbruik, infecties
waarbij de lichaamstemperatuur snel oploopt, intoxicaties en bepaalde medicamenten (sommige
antidepressiva).
Niet epileptische aanvallen
Het spreekt voor zich dat natuurlijk niet iedere aanval een epileptische aanval is, ook niet wanneer die
met bewusteloosheid gepaard gaat. Bij een niet-epileptische aanvallen gaat het meestal om een onwel
wording, die de client zonder duidelijke aanleiding overvalt. Hieronder een aantal niet epileptische
aanvallen (ze worden zeer beknopt behandeld omdat ze vaak tot een ander vakgebied behoren)
Aanvallen met bewusteloosheid:
- Flauwvallen: Het wordt de client zwart voor de ogen, hij ziet bleek, wordt misselijk en transpireert.
Aanleiding is vaak emotie, overmatige warmte en lang moeten staan
- Bloeddrukdaling: Bijvoorbeeld bij gebruik van middelen tegen hoge bloeddruk
- Stoornissen in de hartfunctie: Bijvoorbeeld ritmestoornissen
- Hypoglykemie: Gaat gepaard met zweten en een bewustzijnsdaling, soms leidt dit tot echte epileptische
aanvallen met verschillende gedragsstoornissen. Het komt voor bij mensen met diabetes die te veel
insuline of orale antidiabetica gebruiken
- Intoxicaties: Bijvoorbeeld met geneesmiddelen (slaapmedicatie)
- Psychogene aanvallen: De aanvallen kunnen zich in vele vormen voordoen, maar niet onbekend is de
aanval met schreeuwen, slaan en schoppen die vaak geduid wordt als een primitieve woedeaanval.
Aanvallen zonder bewusteloosheid:
- Hyperventilatiesyndroom: Het gaat om labiele mensen die gemakkelijk op emoties reageren met
lichamelijke verschijnselen, zoals: tintelingen en krampen in de vingers, zwarte vlekken voor de ogen en
een gevoel van benauwdheid. En vaak angst en paniek
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller daniquevledder. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.26. You're not tied to anything after your purchase.